3.1.Tussen partijen staat het navolgende vast.
- Goodlife verzorgt in Nederland (op basis van een samenwerkingsovereenkomst met Consilient Health Ltd, de registratiehouder ) exclusieve verkoop en marketing van vijf verschillende sterktes (doseringen) van 800 IE, 5.600 IE, 25.000 IE, 50.000 IE en 100.000 IE van het geneesmiddel colecalciferol Benferol.
- CZ is een zorgverzekeraar als bedoeld in de Zorgverzekeringswet (Zvw). Zij voert - evenals andere zorgverzekeraars- een preferentiebeleid ten aanzien van geneesmiddelen met toepassing van artikel 2 Besluit Zorgverzekering (Bzv).
- In artikel 2.8 lid 5 Bzv is bepaald dat de bij ministeriële regeling aangewezen geregistreerde geneesmiddelen, voor zover deze zijn aangewezen door de zorgverzekeraar, zoveel mogelijk worden ingedeeld in groepen van onderling vervangbare geneesmiddelen. De ministeriële regeling als in voormeld artikel genoemd betreft de zogeheten Regeling zorgverzekering (Rzv). Het systeem van de Rzv tot aanwijzing van geneesmiddelen en opname in de bijlage bij de regeling wordt het Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) genoemd.
- CZ heeft apotheekhouders in juli en augustus 2019 (per email) bericht:
“Wij schrijven u naar aanleiding van het bericht van Pharma Patent op haar website met betrekking tot de prijsontwikkeling van de vitamine D dosering 30.000 IU (maand) (…) In het kader van het leveren van doelmatige en doeltreffende zorg, zoals overeengekomen in deel 2 van de overeenkomst farmaceutische zorg, verwachten wij dat u zoveel als mogelijk de overstap maakt naar het ter hand stellen van OSFEROL –D3 TABLET FILMOMHULD 30.000 IE (1643237) voor de dosering eenmaal per maand. Voor het samenstellen van de weekdoseerverpakkingen gaan wij ervan uit dat u de doelmatigheidsslag maakt naar de veel doelmatiger dosering per maand van vitamine D. Wij zien een aflevering van een ander vitamine D product dan OSFEROL –D3 TABLET FILMOMHULD 30.000 IE (1643237) (email augustus 2019: met toevoeging van:
in beginsel) als ondoelmatig en niet doeltreffend. Wij verwachten van u een actieve deelname in het leveren van kwalitatief goede en doelmatige zorg aan onze haar verzekerden.”.
- Nadat naar aanleiding van voormeld bericht bij diverse geadresseerden vragen waren gerezen, heeft CZ hun als op 6 september 2019 als volgt geantwoord:
“(…) Omdat dit bericht tot vragen heeft geleid, leggen wij graag uit wat wij bedoelen. CZ heeft ter voldoening aan haar wettelijke taak in te staan voor zinnige en zuinige besteding van de middelen die beschikbaar zijn voor de uitvoering van de zorgverzekering en op grond van haar contractuele positie duidelijk gemaakt dat zonder medisch/farmaceutische contra-indicaties voor maanddoseringen Osferol 30.000 IE en voor weekdoseringen 7.000 IE in beginsel de doelmatige verstrekking aan bestaande en nieuwe patiënten is. CZ gaat er daarbij van uit dat als een apotheekhoudende de keuze heeft tussen twee min of meer gelijkwaardige middelen die voor dezelfde indicatie zijn toegelaten, de apotheekhoudende bij zijn keuze voor een van die middelen mede acht slaat op de kosten voor de zorgverzekering en dus op de prijs die in rekening wordt gebracht. Wij verwachten van zorgverleners dat zij hun keuze kunnen verantwoorden omdat als een doelmatig geneesmiddel wordt verstrekt, wij samen de zorg in Nederland betaalbaar houden.”.
- Goodlife heeft naar aanleiding van voormelde berichtgeving een bodemprocedure tegen CZ aanhangig gemaakt.
- CZ heeft op 2 december 2019 het document “Aanwijsprocedure artikel preferente geneesmiddelen juli 2020-juni 2022” gepubliceerd. Hierin is voor zover thans van belang, het navolgende bepaald:
“Artikel 1. Selectiecriteria voor aanwijsbare voorkeursmiddelen.1. De zorgverzekeraar kan voor één of meer productcategorieën één preferent geneesmiddel aanwijzen, op verstrekking of vergoeding waarop de verzekerde recht heeft met uitsluiting van andere geneesmiddelen uit die productcategorie(en). De wettelijke grondslag hiervoor is artikel 2.8. lid 1 onder a Besluit zorgverzekering alsmede de daarmee overeenkomende bepaling(en) in de modelovereenkomst(en) of het daarvan deel uitmakende reglement van de zorgverzekeraar.
2. Per productcategorie wordt aangewezen:a. Het geneesmiddel waarvan:
i. de prijs per eenheid op de peildatum het laagst is (…))
ii de toedieningsvorm, verpakkingsvorm en verpakkingsaantal het best passend zijn bij het gebruik van dit geneesmiddel door verzekerden. De geschiktheid is ter beoordeling van de zorgverzekeraar.
b. Producten binnen de productcategorieën waarvoor bij voorkeur één label wordt aangewezen voor alle doseringen. Indien gevallen zal het label met de laagste totaalkosten, eveneens rekening houdend met de voor verzekerden best passende toedieningsvorm, verpakkingsvorm en verpakkingsaantal, worden aangewezen. Indien dit van toepassing is wordt deze voorkeur aangegeven in bijlage 2.
(…)”
- In bijlage 2 “aanwijsbare preferente geneesmiddelen per 1 februari 2020 en later”
staat vermeld:
(…)
“Nieuw aan te wijzen productclusters:
Werkzame stof Toedienings- Sterkte PRK-clusters
Weg
(…)
Cholecalciferol (maand)** oraal 25000 IE-30000 IE 140244 - 126780
Cholecalciferol (week)** oraal 5600 IE – 7000 IE 108855 - 130273
(…)
Toelichting op preferente aanwijzing cholecalciferolVoor cholecalciferol bevattende geneesmiddelen kan op grond van de in het openbaar domein beschikbare documenten van de handelsvergunningen van die geneesmiddelen worden vastgesteld dat, voor zover thans van belang, de geneesmiddelen dag-, week- en maanddoseringen kennen ongeacht de individuele sterkte van de geneesmiddelen. Zo zijn er middelen die volgens de samenvatting van de productkenmerken per dag gebruikt dienen te worden met een sterkte van 400 IE, 800 IE en 1.000 IE, die per week gebruikt dienen te worden met een sterkte van 2.800 IE, 5.600 IE en 7.000 IE en die per maand gebruikt dienen te worden met een sterkte van 25.000 IE en 30.000 IE .
Met verwijzing naar artikel 2.39 van de Regeling zorgverzekering heeft CZ de samenvatting van de productkenmerken als bron genomen voor de indeling van cholecalciferol bevattende geneesmiddelen in groepen van onderling vervangbare geneesmiddelen. Voor de werkzame stof cholecalciferol maakt CZ onderscheid naar sterkte voor weekdoseringen en maanddoseringen, uitgaande van de door de houder van de handelsvergunning in de goedgekeurde samenvatting van productkenmerken voorgeschreven dosering. CZ maakt voorts onderscheid naar toedieningsweg waarbij geldt dat capsules en (oplos)tabletten in dezelfde groep worden samengebracht. Dit betekent dat er voor de weekdoseringen een cluster is met cholecalciferol bevattende geneesmiddelen van 5.600 IE en 7.000 IE en voor maanddoseringen een cluster is met cholecalciferol bevattende geneesmiddelen van 25.000 IE en 30.000 IE. De dosering van 2.800 IE valt buiten deze aanwijsprocedure. “.
- Goodlife heeft bij brief van 11 december 2019 haar bezwaren tegen het preferentiebeleid kenbaar gemaakt. Zij heeft CZ verzocht en gesommeerd het preferentiebeleid ten aanzien van cholecalciferol als gepubliceerd binnen 3 werkdagen in te trekken met adequate kennisgeving aan alle marktpartijen.
- In reactie hierop heeft CZ bij brief van (haar advocaat van) 18 december 2019 aangegeven dat CZ geen reden ziet haar besluit in te trekken.
- Goodlife heeft vervolgens dit kort geding aanhangig gemaakt.
- Met ingang van 1 januari 2020 hanteert CZ de Verzekeringsvoorwaarden Zorgverzekeringen en Aanvullende Verzekeringen. In hoofdstuk B.15 staat het recht van verzekerden op geneesmiddelen nader uitgewerkt. De zorg omvat volgens B.15.1. (het leveren van en adviseren over) medicijnen die zijn opgenomen in het GVS. In artikel B.15.1. a. is opgenomen:
“De zorg omvat niet: medicijnen waar wij geen voorkeur voor hebben. Zie toelichting op voorkeursgeneesmiddelen in het Reglement Farmacie en onze lijst Voorkeursgeneesmiddelen”.
In artikel B.15.2. is bepaald:
“VoorwaardenVoorkeursgeneesmiddelen
Binnen de groep onderling vervangbare geneesmiddelen, wijzen wij op basis van de laagste prijs één of meerdere middelen aan als voorkeursgeneesmiddel. U bent dan binnen deze groep alleen verzekerd voor dat voorkeursgeneesmiddel. Er is altijd minstens één medicijn met de voorgeschreven werkzame stof in de geschikte sterkte en toedieningsweg beschikbaar voor u. (…) Wij kunnen deze lijst tussendoor aanpassen. Als wij dit doen plaatsen wij een bericht op onze website “.
- Het Reglement Farmacie, dat onderdeel uitmaakt van de Verzekeringsvoorwaar-den: bevat de navolgende toelichting:
“Er is altijd minstens één medicijn met de voorgeschreven werkzame stof, in de geschikte sterkte en toedieningsweg beschikbaar voor u. De werkzame stof die in een medicijn zit, bepaalt de werking van een medicijn. Vaak zijn er meerdere medicijnen met dezelfde werkzame stof, in de geschikte sterkte en dezelfde manier van toedienen Deze medicijnen hebben een andere prijs, maar dezelfde werking. Voor sommige stofnamen bepalen wij op basis van de prijs welk medicijn wordt vergoed. Ondervindt u problemen? Het kan voorkomen dat u andere bijwerkingen heeft van hetzelfde medicijn in de geschikte sterkte, maar dan van een andere fabrikant. Dit kan komen door bijvoorbeeld bepaalde hupstoffen, zoals kleurstoffen of vulmiddelen (…)”
- Nadat tussen partijen correspondentie heeft plaatsgevonden met betrekking tot (de ingangsdatum van het door CZ te voeren) preferentiebeleid, heeft CZ op 28 januari 2020 op haar website navolgende tekst geplaatst:
“(…) Cholecalciferol preferent aangewezen.
In 2020 hebben we nieuwe geneesmiddelen als preferent aangewezen, waaronder cholecalciferol. De onderhoudsdoseringen voor de maand- en weekdosering van cholecalciferol zijn nieuw toegevoegd aan ons preferentiebeleid. Dit gaat in per respectievelijk 1 februari 2020 en 1 maart 2020. CZ heeft voor de weekdosering cholecalciferol bevattende geneesmiddelen van 5.600 IE en 7.000 IE geclusterd (PRK’s 108855 en 130273) IE. Voor de maanddosering bestaat het cluster uit cholecalciferol bevattende geneesmiddelen van 25.000 IE en 30.000 IE (PRK’s 140244 en 126780). Deze clustering geldt zowel voor capsules als (oplos)tabletten. Maar het geldt niet voor andere farmaceutische vormen, zoals ampullen en ook niet voor andere indicaties. De dosering van 2.800 IE valt buiten de aanwijzing. We gaan ervan uit dat apotheken hun patiënten voor de onderhoudsdosering overzetten naar het preferent aangewezen middel van Pharma Patent. (…)”