3.1Tussen partijen staat als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende weersproken het volgende vast:
- [eiser] , geboren op [geboortedatum] , is op 15 november 1979 in dienst getreden bij een van de rechtsvoorgangers van [gedaagde] , in de functie van magazijnmedewerker/heftruckchauffeur.
- Medio 2000 heeft [gedaagde] besloten om de toepasselijke pensioenregeling ten aanzien van haar werknemers jonger dan 50 jaar (geboren na 1 januari 1950 of in dient gekomen na 1 januari 2001) van de eindloonregeling om te gaan zetten in een beschikbare premieregeling.
- In verband met een reorganisatie binnen [gedaagde] is het dienstverband van [eiser] per 1 april 2011 geëindigd.
- Vervolgens is [eiser] in dienst getreden bij [naam 4]
Daarbij is overeengekomen dat de bestaande pensioenregeling zou worden overgenomen.
- [eiser] heeft bij brief van 1 september 2015 vragen gesteld aan [naam 5] ( [naam 5] ), werkzaam bij [gedaagde] , over zijn pensioen(opbouw). [naam 5] heeft [eiser] verwezen naar tussenpersoon [gedaagde in vrijwaring] .
- [gedaagde in vrijwaring] heeft [eiser] bij brief van 13 oktober 2015 bericht dat de vragen over zijn pensioen(opbouw) niet te kunnen beantwoorden.
- Vervolgens heeft [eiser] de vragen omtrent zijn pensioen(opbouw) voorgelegd aan een pensioenadviseur, de heer [naam 6] ( [naam 6] ) van Leef pensioen Advies. Medio maart 2016 heeft [naam 6] [eiser] geïnformeerd over zijn bevindingen.
- Vervolgens heeft de gemachtigde van [eiser] bij brief van 16 juni 2016 het volgende aan [gedaagde] bericht:
(…)”Bij controle van de polissen constateerde cliënt dat de pensioenregeling slechts gedeeltelijk was voortgezet bij zijn nieuwe werkgever. De polissen met nummer 06482-002-00038-01 en 06482-003-00025-01 zijn niet overgedragen aan de nieuwe verzekeraar Nationale Nederlanden. Bovendien kwam cliënt tot de ontdekking dat de hoogte van het opgebouwde pensioen aanzienlijk afwijkt van de door hem betaalde premies.(…)
Op 16 maart 2016 heeft de gemachtigde van cliënt de kwestie voorgelegd aan een pensioenadviseur (…) De heer [naam 6] constateerde – onder meer – dat de polis met nummer 06482-002-00038-01, voorheen polis 5100681, per 1 januari 2000 is gewijzigd van een eindloonregeling in een beschikbare premieregeling. Een mutatie in het nadeel van cliënt!
De rechtsvoorganger van [gedaagde] Nederland B.V., [naam 7] heeft derhalve een wijziging aangebracht in het pensioen van cliënt zonder dat zij hem daarover om toestemming heeft verzocht dan wel hem hierover heeft geïnformeerd.
Cliënt is niet bekend met zwaarwichtige belangen of dringende omstandigheden die de wijzigingen van zijn pensioenregeling rechtvaardigen. Hij stelt zich dan ook op het standpunt dat zijn pensioenregeling niet zonder zijn voorafgaande toestemming gewijzigd had mogen worden, zodat [gedaagde] tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit hoofde van de arbeidsovereenkomst althans dat er sprake is van een onrechtmatige daad. Zodoende is [gedaagde] Nederland B.V, gehouden om de door cliënt geleden schade als gevolg van deze mutatie te vergoeden.
Hierbij stelt ik u namens cliënt aansprakelijk voor de door hem geleden althans nog te lijden schade als gevolg van de eenzijdige wijziging van de pensioenregeling.(…)
Cliënt maakt voorts van de gelegenheid gebruik de verjaring van al zijn mogelijke rechtsvorderingen uit hoofde van de tussen partijen gesloten overeenkomst, daaronder begrepen vorderingen tot schadevergoeding, te stuiten. Hij behoudt zich nadrukkelijk alle rechten voor. (…)”
- [eiser] heeft de kwestie voorgelegd aan de heer drs. [naam 8] ( [naam 8] ) van [naam 9] . [naam 8] heeft in zijn memo aan [eiser] van 7 oktober 2016 geconcludeerd dat de pensioenschade door de overgang van eindloon naar beschikbare premieregeling in 2001 € 104.742 bedraagt.
- [gedaagde] heeft iedere aansprakelijkheid van de hand gewezen, stellende dat [eiser] heeft ingestemd met de wijziging van zijn pensioenregeling.