ECLI:NL:RBZWB:2019:2829

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
25 juni 2019
Publicatiedatum
26 juni 2019
Zaaknummer
7836921 OV VERZ 19-4133
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • E.J.G. Eijssen-Vruwink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot handlichting voor oprichting van een besloten vennootschap door een minderjarige

In deze beschikking van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, uitgesproken op 25 juni 2019, is een verzoek tot handlichting behandeld van Camiel Dutour Geerling, geboren op 2 juli 2002. Het verzoek is ingediend door mr. K.S. Haanstra, werkzaam bij dlb notarissen te Bergen op Zoom. De verzoeker wenst zijn eenmanszaak, Pusic Entertainment, om te zetten in een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, genaamd Pusic Entertainment B.V. Dit verzoek is gedaan op basis van artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek, dat het mogelijk maakt voor een minderjarige van 16 jaar of ouder om bepaalde bevoegdheden van een meerderjarige te verkrijgen.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verzoeker de vereiste leeftijd heeft bereikt en dat de ouders van de minderjarige instemmen met het verzoek. De rechter heeft het verzoek toegewezen, maar heeft ook opgemerkt dat de handlichting niet betekent dat de minderjarige bekwaam is om te beschikken over registergoederen, effecten of door hypotheek gedekte vorderingen. Daarnaast is er een beslissing genomen over de publicatieplicht van de handlichting. De kantonrechter heeft geoordeeld dat publicatie op de website van de rechtspraak voldoende is en dat publicatie in de Staatscourant niet nodig is, wat kosten en moeite bespaart. De verzoeker moet de handlichting ook bekendmaken in een regionaal dagblad, namelijk het 'Brabants Dagblad'.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Cluster I Civiele kantonzaken
Breda
zaaknummer 7836921 OV VERZ 19-4133
VB nummer 25200
beschikking van 25 juni 2019 op een verzoek tot handlichting
van:
Camiel Dutour Geerling, geboren op 2 juli 2002 in Breda,
wonende te (4758 BM) Standdaarbuiten, gemeente Moerdijk, Markt 16,
hierna te noemen: verzoeker.
Het verzoek is ingediend door tussenkomst van mr. K.S. Haanstra, werkzaam ten kantore van dlb notarissen te Bergen op Zoom.

1.Het verzoek

1.1
De kantonrechter heeft kennis genomen van een op 14 juni 2019 door de griffie ontvangen verzoekschrift met conceptakte (hierna: het verzoek).
1.2
Het verzoek strekt ertoe om bevoegdheden te verwerven van een meerderjarige. De reden hiervoor is dat verzoeker zijn huidige eenmanszaak Pusic Entertainment (KvK 70440484) wenst om te zetten in een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, geheten: Pusic Entertainment B.V. Het doel van de op te richten vennootschap en de bevoegdheden die verzoeker wenst te verkrijgen, zijn onder meer beschreven in artikel 2 van de conceptakte.

2.De beoordeling

2.1
Op grond van het bepaalde in artikel 1:235 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) kunnen aan een minderjarige die de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt bepaalde bevoegdheden van een meerderjarige worden toegekend.
2.2
Bij de beoordeling van het verzoek moet de kantonrechter zich laten leiden door het belang van de minderjarige en beoordelen of de gevraagde handlichting verantwoord kan worden geacht.
2.3
De kantonrechter stelt vast dat verzoeker de leeftijd van 16 jaar heeft bereikt. De kantonrechter stelt verder vast dat het gezag over de minderjarige verzoeker toekomt aan beide ouders en dat de ouders instemmen met het door hun minderjarige zoon gedane verzoek.
2.4
Gelet op de inhoud van het verzoek en de daaraan gehechte conceptakte, is de kantonrechter van oordeel dat het verzoek kan worden toegewezen. De kantonrechter wijst voor de goede orde nog wel op het bepaalde in het derde lid van artikel 1:235 BW, waarin is bepaald dat de minderjarige door de handlichting niet bekwaam wordt tot het beschikken over registergoederen, effecten of door hypotheek gedekte vorderingen.
2.5
Met betrekking tot de publicatieplicht, zoals voorgeschreven in artikel 1:237 BW, oordeelt de kantonrechter als volgt. In dit artikel is bepaald dat de beschikking waarin de handlichting is verleend, bekend moet worden gemaakt in de Staatscourant en in twee bij de benoeming voorgeschreven dagbladen. De bedoeling van de wetgever daarbij is geweest dat op die manier zo veel mogelijk personen kennis kunnen nemen van deze handlichting. In de huidige samenleving is echter toegang tot internet voor een ieder beschikbaar en publicatie van de handlichting via internet heeft naar het oordeel van de kantonrechter eenzelfde, zo niet een praktisch gezien, ruimer bereik dan de nog bij wet voorgeschreven wijze van publicatie in de Staatcourant en twee dagbladen. Bovendien is de voorgeschreven wijze van bekendmaking kostbaar en omslachtig. De kantonrechter zal dan ook bepalen dat publicatie in de Staatscourant achterwege kan blijven en bepalen dat de (door de griffie geïnitieerde) publicatie op www.rechtspraak.nl daarvoor in de plaats komt. Verder zal één regionaal dagblad worden aangewezen waarin verzoeker de hem verleende handlichting dient te laten bekendmaken.
2.6
Verzoeker zal er overigens rekening mee moeten houden dat de verleende handlichting niet eerder geldt dan dat de publicatie een feit is.

3.De beslissing

De kantonrechter:
verleent aan Camiel Dutour Geerling, geboren op 2 juli 2002 in Breda, handlichting tot het oprichten van de besloten vennootschap Pusic Entertainment B.V., en daarbij rechtshandelingen te verrichten zoals omschreven in aangehechte conceptakte;
bepaalt dat publicatie van de handlichting in de Staatscourant achterwege kan blijven en dat deze beschikking in plaats daarvan (door tussenkomst van de griffier) op de website www.rechtspraak.nl zal worden gepubliceerd;
bepaalt dat Camiel Dutour Geerling deze handlichting voor zijn eigen rekening en zo spoedig mogelijk bekend dient te maken in het dagblad “Brabants Dagblad”.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.J.G. Eijssen-Vruwink en is in het openbaar uitgesproken op 25 juni 2019.
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld:
a. door de verzoeker en door de in de procedure verschenen belanghebbenden: binnen drie maanden te rekenen van de dag van de uitspraak;
b. door andere belanghebbenden: binnen drie maanden na de betekening van de beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.
Het beroepschrift moet door tussenkomst van een advocaat worden ingediend bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.