4.3Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank zal in haar bewijsoverwegingen eerst ingaan op de feiten 3 en 4 op de tenlastelegging, waarna zij achtereenvolgens op de feiten 1, 2 en 5 op de tenlastelegging zal ingaan.
- inleiding
Onder feit 3 is aan verdachte primair ten laste gelegd het (mede)plegen van een voltooide diefstal door middel van braak in de periode van 1 juni 2018 tot en met 16 augustus 2018 uit ongeveer 160 auto’s en/of kampeerauto’s.
De rechtbank stelt allereerst vast dat het dossier in totaal 157 aangiftes bevat, waarvan één ongenummerd. Van deze 157 aangiftes omvat het dossier in totaal 26 aangiftes die zien op een poging tot diefstal uit een auto of kampeerauto. Voorts zijn er in totaal 7 aangiftes die zien op het wegnemen van één of beide kentekenplaten van een auto. Ook omvat het dossier 1 aangifte die ziet op diefstal van een op de bagagedrager van een auto bevestigde fiets. Verder maakt van het dossier deel uit 1 aangifte die ziet op diefstal van een rugtas die op de bagagedrager van een gehuurde fiets zat. Aangezien de rechtbank is gebonden aan de tenlastelegging en deze pogingen tot diefstal, diefstal van kentekenplaten, diefstal van een fiets van de bagagedrager en de diefstal van een rugtas van een gehuurde fiets niet aan verdachte ten laste zijn gelegd - ook niet nadat op de terechtzitting een en ander met betrekking tot de pogingen nadrukkelijk aan de orde is geweest - kan zij, alleen al gelet hierop, niet anders dan verdachte vrijspreken van deze in totaal in 35 aangiftes vermelde feiten. Dit betreft ten aanzien van de pogingen de aangiftes onder de zaaknummers 6, 12, 22, 23, 35, 36, 37, 50, 57, 59, 60, 61, 63, 67, 80, 92, 98, 110, 114, 132, 136, 139, 140, 142, 143 en 146. Ten aanzien van de diefstal van kentekenplaten betreft dit de aangiftes onder de zaaknummers 21, 25, 42, 52, 68, 75 en 77. Ten aanzien van de diefstal van een fiets van de bagagedrager betreft dit de aangifte onder zaaknummer 101 en ten aanzien van de diefstal van een rugtas van een gehuurde fiets betreft dit de aangifte onder zaaknummer 129.
- medeplegen
De rechtbank stelt voorop dat de kwalificatie medeplegen slechts dan gerechtvaardigd is als de bewezen verklaarde – intellectuele en/of materiële – bijdrage aan het delict van de verdachte van voldoende gewicht is. Dat brengt mee dat, indien het ten laste gelegde medeplegen in de kern niet bestaat uit een gezamenlijke uitvoering, op de rechtbank de taak rust dat medeplegen nauwkeurig te motiveren. Bij de vorming van haar oordeel dat sprake is van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking, kan de rechtbank rekening houden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip.
Verdachte is op 16 augustus 2018 in Domburg samen met de medeverdachten aangetroffen en aangehouden in een camper. De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de camper afgeladen vol was met 20 koffers, 36 tassen, speelgoed, elektrische apparatuur, laptops, telefoons, sieraden, geld etc. en dat verdachte en de medeverdachten letterlijk en figuurlijk op de gestolen buit sliepen en zaten. De rechtbank stelt vast dat er geen lijst van aangetroffen en inbeslaggenomen goederen is overgelegd. Ook ontbreken foto’s van het interieur van de camper. Hierdoor is voor de rechtbank onduidelijk gebleven welke (aantallen) goederen er in de camper zijn aangetroffen en op welke plekken in de camper goederen zijn aangetroffen.
Verdachte heeft, zoals uit het hierna overwogene blijkt, ten aanzien van een deel van de tenlastegelegde diefstallen verklaard dat hij hier alleen voor verantwoordelijk is. De medeverdachten hebben ontkend betrokken te zijn geweest bij de diefstallen. Er zijn geen getuigen die de diefstallen hebben waargenomen. Onduidelijk is gebleven vanaf wanneer en op welk moment de medeverdachten in de camper zaten. Er is geen technisch bewijs dat in de richting van de medeverdachten wijst.
Gelet op het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat het dossier geen bewijs bevat om te kunnen komen tot een bewezenverklaring van medeplegen. Verdachte zal dus van dat gedeelte van de tenlastelegging onder feit 3 worden vrijgesproken De enkele stelling van de officier van justitie dat het medeplegen bewijsbaar is nu voor het plegen van deze grote hoeveelheid specifieke diefstallen, met deze modus operandi, een nauwe en bewuste samenwerking is vereist en verdachte dit niet alleen kan hebben gedaan, maakt het vorenstaande niet anders. Voor die stelling heeft de rechtbank geen bewijs aangetroffen.
- ten aanzien van de feiten
De rechtbank zal hierna ingaan op de in de overige 122 aangiftes vermelde feiten.
ten aanzien van de in de tenlastelegging nader omschreven zaaknummers 51, 113 en 120
Nu verdachte voornoemde feiten heeft bekend en hiervoor geen vrijspraak is bepleit, kan ten aanzien van deze feiten, op grond van artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering met de hierna genoemde opgave van bewijsmiddelen worden volstaan:
- de aangifte van [naam 7] van 1 augustus 2018 (zaaknummer 51, dossiernummer 2018180149);
- de aangifte van [naam 11] van 14 augustus 2018 (zaaknummer 113, dossiernummer 2018191365);
- de aangifte van [naam 14] van 16 augustus 2018 (zaaknummer 120, dossiernummer 2018192417);
- de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd tijdens de zitting van 5 april 2019.
Het kenteken [kenteken 1] , zoals vermeld in de tenlastelegging ten aanzien van zaaknummer 51, merkt de rechtbank aan als een kennelijke verschrijving. Gebleken is dat er geen twijfel bestaat over welk kenteken de personenauto beschikte, namelijk [kenteken 9] . De rechtbank zal “ [kenteken 1] ” dan ook verbeteren in “ [kenteken 9] ”. Verdachte is hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
Gelet op het feit dat uit de aangifte van [naam 11] ten aanzien van zaaknummer 113 niet blijkt dat er, zoals ten laste gelegd, ook een IPhone 5 en een creditcard bij de diefstal uit zijn kampeerauto zijn weggenomen, zal de rechtbank verdachte ten aanzien van dat gedeelte van de tenlastelegging vrijspreken.
Ten aanzien van zaaknummer 120 blijkt uit het dossier op pagina 2.10 dat aangever [naam 14] de powerbank, waarvan hij dacht dat deze gestolen was, later weer heeft teruggevonden. Gelet hierop zal de rechtbank verdachte ten aanzien van dat gedeelte van de tenlastelegging vrijspreken.
ten aanzien van de zaaknummers 14, 54, 69 en 81
Nu verdachte ook voornoemde feiten heeft bekend en hiervoor geen vrijspraak is bepleit, kan ten aanzien van deze feiten, op grond van artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering met de hierna genoemde opgave van bewijsmiddelen worden volstaan:
- de aangifte van [naam 18] van 21 juli 2018 (zaaknummer 14);
- de aangifte van [naam 19] van 1 augustus 2018 (zaaknummer 54);
- de aangifte van [naam 20] van 8 augustus 2018 (zaaknummer 69);
- de aangifte van [naam 21] mede namens [naam 22] van 8 augustus 2018 (zaaknummer 81);
- de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd tijdens de zitting van 5 april 2019.
ten aanzien van het in de tenlastelegging nader omschreven zaaknummer 125, dossiernummer 2018193181
Op 16 augustus 2018 deed [naam 10] aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 16 augustus 2018, uit zijn personenauto, een Audi met Zwitserse kentekenplaat [kenteken 3] , geparkeerd op de parkeerplaats van de Oost-Weg te Kamperland. De auto werd afgesloten. Bij terugkomst bleek dat de achterste ruit van de passagierszijde eruit was. Op het portier zaten twee bloedspatten. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een creditcard.De bloedsporen op het portier werden veiliggesteld.Het bloedspoor onder [nummer 3] leverde een match op met verdachte met een matchkans kleiner dan één op één miljard.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat het kan zijn dat hij deze diefstal heeft gepleegd.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte deze diefstal door middel van braak heeft gepleegd.
Het zaaknummer 160, zoals vermeld in de tenlastelegging ten aanzien van zaaknummer 125, merkt de rechtbank aan als een kennelijke verschrijving. Gebleken is dat er geen twijfel bestaat welk zaaknummer ten aanzien van de aangifte van [naam 10] wordt bedoeld, namelijk 125. De rechtbank zal “160” dan ook verbeteren in “125”. Verdachte is hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
ten aanzien van het in de tenlastelegging nader omschreven zaaknummer 126, dossiernummer 2018193186
Op 17 augustus 2018 deed [naam 12] mede namens [naam 13] aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 16 augustus 2018, uit zijn kampeerauto, een Fiat met kenteken [kenteken 5] , geparkeerd op de parkeerplaats aan de Strandweg te Burgh-Haamstede. De kampeerauto werd afgesloten. Bij terugkomst bleek het slot van de toegangsdeur van de kampeerauto geforceerd. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder bankpassen, creditcards, een JBL-speaker en een laptop van het merk Acer.Tijdens de doorzoeking in de camper waarin verdachte werd aangehouden, werden voornoemde JBL-speaker en laptop gevonden.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat het kan zijn dat hij deze diefstal heeft gepleegd.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte deze diefstal door middel van braak heeft gepleegd.
ten aanzien van het in de tenlastelegging nader omschreven zaaknummer 155, dossiernummer 2018235801
Op 3 augustus 2018 deed [naam 15] aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 3 augustus 2018 tussen 11.00 en 15.00 uur, uit zijn personenauto, een Volkswagen Touran met kenteken [kenteken 7] , geparkeerd aan de Noordweg te Ouddorp. De auto werd afgesloten. Bij terugkomst bleek dat het raam aan de bijrijderszijde was ingeslagen. Uit de auto werd een handtas weggenomen, met daarin een portemonnee met diverse pasjes en € 250,- aan contanten, de autosleutel, een trouwring en een tablet van het merk Lenovo.
Op 3 augustus 2018 om 12:16 uur is bij de pinautomaat van de ING-bank in de AH in Ouddorp geprobeerd om te pinnen met de gestolen bankpas van [naam 15] .Er zijn camerabeelden waaruit blijkt dat op 3 augustus 2018 om 12:14 uur een man en een jongen de AH in Ouddorp komen binnenlopen. Zij lopen verder in de richting van de servicebalie. De man en jongen zijn hierna niet meer zichtbaar voor de camera’s tot het einde van de opname (12:38 uur). De locatie waar de man en jongen onttrokken zijn voor de camera’s bevindt zich tussen de ingang van de liften en de servicebalie. Op deze locatie bevinden zich de bloemenafdeling en de pinautomaat van de ING-bank.Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij de man is die te zien is op de hiervoor vermelde camerabeelden.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte deze diefstal door middel van braak heeft gepleegd. Er is geen bewijs dat verdachte de diefstal tezamen en in vereniging met een ander heeft gepleegd.
- ten aanzien van de in de camper aangetroffen goederen
De rechtbank stelt vast dat van een aantal aangiftes (een deel van) de daarin genoemde goederen zijn teruggevonden in de camper waarin verdachte rondtrok en is aangehouden. Verdachte heeft daarover verklaard dat hij de camper van tante [naam 23] had geleend en dat veel van de in de camper aangetroffen goederen van deze tante waren. De rechtbank acht verdachtes verklaring ongeloofwaardig, zodat zij daaraan voorbij gaat. Verdachte heeft geen verklaring van [naam 23] in het geding gebracht, hoewel dat uitgaande van het door hem ingenomen standpunt wel van hem mag worden verlangd. De rechtbank heeft hiervoor met betrekking tot de aangiftes onder de zaaknummers 14, 51, 54, 69, 81, 113, 120, 125, 126 en 155 vastgesteld dat verdachte als dader van de diefstallen kan worden aangemerkt. Volgens verdachte kunnen de medeverdachten niet voor enige tenlastegelegde diefstal verantwoordelijk worden gehouden. De rechtbank is van oordeel dat het dossier geen bewijs bevat waaruit enige betrokkenheid van de medeverdachten bij de tenlastegelegde diefstallen valt af te leiden. Gelet op het vorenstaande en in aanmerking genomen dat verdachte geen aannemelijke verklaring heeft gegeven voor het aantreffen van de goederen in de camper waarin hij rondreed, is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat het verdachte is geweest die de betreffende en naar aangevers te herleiden goederen heeft gestolen en in de camper heeft gebracht. De rechtbank acht dan ook bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de hierna te noemen feiten, waarbij een of meerdere weggenomen goederen zijn teruggevonden in de camper waarin verdachte is aangehouden.
ten aanzien van het in de tenlastelegging nader omschreven zaaknummer 147, dossiernummer 2018229160
Op 28 juli 2018 deed [naam 9] mede namens [naam 8] aangifte van diefstal, gepleegd op 28 juli 2018, uit zijn kampeerauto, met kenteken [kenteken 2] , geparkeerd op de parkeerplaats tegenover strandtent ‘ [bedrijf 7] ’ in Ouddorp. De kampeerauto werd afgesloten. Bij terugkomst bleken er goederen weggenomen, waaronder een telefoon van het merk Samsung, type S7.Tijdens de doorzoeking in de camper waarin verdachte werd aangehouden, werd voornoemde Samsung S7, met daarin gegevens op naam van [naam 8] , gevonden.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte deze diefstal door middel van braak heeft gepleegd.
Het zaaknummer 125, zoals vermeld in de tenlastelegging ten aanzien van zaaknummer 147, merkt de rechtbank aan als een kennelijke verschrijving. Gebleken is dat er geen twijfel bestaat welk zaaknummer ten aanzien van de aangifte van [naam 9] en [naam 8] wordt bedoeld, namelijk 147. De rechtbank zal “125” dan ook verbeteren in “147”. Verdachte is hierdoor niet in zijn verdediging geschaad.
ten aanzien van de zaaknummers 72, 85, 103, 111, 112, 121 en 137
Op 5 augustus 2018 deed [naam 24] (zaaknummer 72) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 3 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Koudekerke. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen.
Tijdens de doorzoeking in de camper waarin verdachte werd aangehouden, werd een aantal goederen van aangever [naam 24] gevonden.
Op 8 augustus 2018 deed [naam 25] (zaaknummer 85) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 8 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Vrouwenpolder. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder twee zonnebrillen van het merk Ray-ban.Aangever [naam 25] herkende op de foto’s van het door de politie verspreide bericht met gevonden goederen in dit onderzoek een van de Ray-ban zonnebrillen die uit zijn voertuig waren weggenomen.
Op 13 augustus 2018 deed [naam 26] mede namens [naam 27] en [naam 28] (zaaknummer 103) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 13 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Zoutelande. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een reistas van het merk Burberry.Aangever [naam 26] herkende op een foto van de politie van een in dit onderzoek gevonden tas, de Burberry-tas van [naam 28] die uit zijn voertuig was weggenomen.
Op 14 augustus 2018 deed [naam 29] (zaaknummer 111) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 14 augustus 2018 uit haar kampeerauto, geparkeerd te Burgh-Haamstede. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een sleutelhanger.Aangeefster [naam 29] herkende op foto’s in de krant van de politie van in dit onderzoek gevonden goederen, de sleutelhanger die uit haar voertuig was weggenomen.
Op 14 augustus 2018 deed [naam 30] (zaaknummer 112) aangifte van diefstal, gepleegd op 14 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Vlissingen. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een tas.
Tijdens de doorzoeking in de camper waarin verdachte werd aangehouden, werd een tas gevonden die aangever [naam 30] herkende als de tas van zijn vrouw.
Op 15 augustus 2018 deed [naam 31] (zaaknummer 121) aangifte van diefstal, gepleegd op 15 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Domburg. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een navigatiesysteem en een tas van het merk Kappa.Aangever [naam 31] herkende op foto’s van in dit onderzoek gevonden goederen het navigatiesysteem en de tas die uit zijn voertuig waren weggenomen.
Op 5 augustus 2018 deed [naam 32] (zaaknummer 137) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 5 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Westkapelle. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een beige toilettas.Tijdens het onderzoek werd de beige toilettas van aangeefster [naam 32] teruggevonden.
Gelet op voorgaande bewijsmiddelen en gelet op hetgeen door de rechtbank al is overwogen met betrekking tot de goederen die in dit onderzoek zijn aangetroffen in de camper waarin verdachte is aangehouden, acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte voornoemde diefstallen (door middel van braak) heeft gepleegd.
- overige feiten
De rechtbank zal ten aanzien van de overige feiten onderscheid maken tussen aangiftes die zien op de periode van 16 juli 2018 tot 3 augustus 2018, aangiftes die zien op de periode van 3 augustus 2018 tot 14 augustus 2018 en aangiftes die zien op de periode van 14 tot en met 16 augustus 2018.
- periode van 16 juli 2018 tot 3 augustus 2018
(zaaknummers 1 t/m 5, 7 t/m 11, 13, 15 t/m 20, 24, 26 t/m 34, 38 t/m 41, 43 t/m 49, 53, 55, 56, 58, 62, 144, 145, 148 t/m 153)
De rechtbank stelt vast dat het dossier ten aanzien van de aangiftes onder de hiervoor vermelde zaaknummers geen bewijsmiddel bevat dat verdachte koppelt aan deze tenlastegelegde diefstallen uit (kampeer)auto’s. Gelet hierop is niet voldaan aan het bewijsminimum zodat verdachte zal worden vrijgesproken van dat gedeelte van de tenlastelegging dat ziet op de aangiftes onder de zaaknummers 1, 2, 3, 4, 5, 7, 8, 9, 10, 11, 13, 15, 16, 17, 18, 19, 20, 24, 26, 27, 28, 29, 30, 31, 32, 33, 34, 38, 39, 40, 41, 43, 44, 45, 46, 47, 48, 49, 53, 55, 56, 58, 62, 144, 145, 148, 149, 150, 151, 152 en 153.
- periode van 3 augustus 2018 tot 14 augustus 2018
(zaaknummers 64 t/m 66, 70, 71, 73, 74, 76, 78, 79, 82 t/m 84, 86 t/m 91, 93 t/m 97, 99 t/m 102, 104 t/m 109, 133 t/m 135, 138, 141, 154, 156)
3 augustus 2018
Op 3 augustus 2018 deed [naam 33] (zaaknummer 64) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 3 augustus 2018 tussen 10.15 uur en 16.00 uur uit haar auto met Belgisch kenteken, geparkeerd te Vrouwenpolder. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een handtas.
Tijdens de doorzoeking van de camper waarin verdachte rondtrok en is aangehouden, zijn diverse goederen in beslag genomen, waaronder een navigatiesysteem van het merk Garmin. Vervolgens werd er onderzoek gedaan naar dit navigatiesysteem. Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte die dag om 15.20 uur op de locatie genoemd in de aangifte was.
Op 3 augustus 2018 deed [naam 34] (zaaknummer 65) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 3 augustus 2018 tussen 16.00 uur en 16.45 uur uit haar auto met Duits kenteken, geparkeerd te Zoutelande. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een fototoestel en een koeltas met etenswaren.
Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte die dag om 15.51 uur op de locatie genoemd in de aangifte was.
Op 3 augustus 2018 deed [naam 35] (zaaknummer 66) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 3 augustus 2018 tussen 15.03 uur en 15.36 uur uit zijn kampeerauto met Zwitsers kenteken, geparkeerd te Vrouwenpolder. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een fotocamera en contant geld.
Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte die dag om 15.20 uur op de locatie genoemd in de aangifte was.
Op 3 augustus 2018 deed [naam 36] (zaaknummer 154) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 3 augustus 2018 tussen 11.00 uur en 12.00 uur uit zijn auto met Duits kenteken, geparkeerd te Ouddorp. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder koffers en een telefoon.
Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte die dag om 11.44 uur op de locatie genoemd in de aangifte was.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij steeds de bestuurder van de camper is geweest en hij bepaalde naar welke locaties werd gereden.
De rechtbank stelt voorop dat de Hoge Raad het toelaatbaar acht bewijsmiddelen die ten grondslag zijn gelegd aan de bewezenverklaring van een strafbaar feit, mede te gebruiken als steunbewijs voor andere soortgelijke strafbare feiten (schakelbewijs). Voorwaarde is dat uit dit bewijsmateriaal blijkt van een specifiek gedragspatroon van verdachte dat op essentiële punten overeenstemt met de (uit bijvoorbeeld de aangifte blijkende) gang van zaken bij het te bewijzen feit. Bij de vraag of verdachte voornoemde ten laste gelegde feiten heeft begaan, heeft de rechtbank de omstandigheid in aanmerking genomen dat de feitelijke gang van zaken ten aanzien van de hiervoor onder zaaknummers 14, 51, 54, 69, 72, 81, 85, 103, 111, 112, 113, 120, 121, 125, 126, 137, 147 en 155 bewezenverklaarde feiten, op essentiële punten overeenstemt met de feitelijke gang van zaken ten aanzien van de hiervoor omschreven ten laste gelegde feiten op 3 augustus 2018. Alle feiten zien namelijk op (kampeer)auto’s met vrijwel allemaal een buitenlands kenteken, die overdag geparkeerd stonden op een onbewaakte parkeerplaats aan de Zeeuwse/Zuid-Hollandse kust.
De rechtbank stelt vast dat verdachte ten aanzien van een van de diefstallen die is gepleegd op 3 augustus 2018 (aan de Zeeweg in Groede tussen 19.50 en 22.15 uur) (zaaknummer 69) een bekennende verklaring heeft afgelegd. Ten aanzien van de diefstallen onder zaaknummers 72 (gepleegd in Koudekerke tussen 12.00 en 19.00 uur) en 155 (gepleegd in Ouddorp tussen 11.00 en 15.00 uur) heeft de rechtbank wettig en overtuigend bewezen geacht dat verdachte zich daaraan op 3 augustus 2018 schuldig heeft gemaakt. De diefstallen onder zaaknummers 64, 65, 66 en 154 passen in de tijdlijn van deze andere door verdachte gepleegde diefstallen. Ook passen de afstanden tussen de betreffende locaties in het tijdsverloop. Er is ook geen aanwijzing dat sprake is geweest van een andere dader. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte voornoemde diefstallen (door middel van braak) onder zaaknummers 64, 65, 66 en 154 heeft gepleegd.
4 augustus 2018
Op 5 augustus 2018 deed [naam 39] (zaaknummer 70) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 4 augustus 2018 uit haar auto, geparkeerd te Zierikzee. Uit de auto werd een IPhone 7 weggenomen.
Op 4 augustus 2018 deed [naam 40] (zaaknummer 71) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 4 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Burgh-Haamstede. Uit de auto werden een koffer met kleding en een telefoon weggenomen.
Op 10 augustus 2018 deed [naam 41] (zaaknummer 97) aangifte van diefstal, gepleegd tussen 4 en 10 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Kamperland. Uit de auto werd onder meer een navigatiesysteem weggenomen.
Op 28 augustus 2018 deed [naam 42] (zaaknummer 138) aangifte van diefstal, gepleegd tussen 4 augustus 2018, 12.30 uur en 5 augustus 2018, 09.30 uit zijn auto, die geparkeerd stond op een camping te Zoutelande. Uit de auto werden een portemonnee en een telefoon weggenomen. Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte op 4 augustus 2018 om 15.16 uur op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
De rechtbank stelt vast dat het dossier ten aanzien van de aangiftes onder de zaaknummers 70, 71 en 97 geen bewijsmiddel bevat dat verdachte koppelt aan deze tenlastegelegde diefstallen uit auto’s. Gelet hierop is niet voldaan aan het bewijsminimum zodat verdachte zal worden vrijgesproken van dat gedeelte van de tenlastelegging dat ziet op de aangiftes onder de zaaknummers 70, 71 en 97. Met betrekking tot zaaknummer 138 overweegt de rechtbank dat gebleken is dat de camper van verdachte op 4 augustus 2018 in Zoutelande is geweest. Gelet op de ruime pleegperiode die door de aangever wordt genoemd en het feit dat er blijkens de aangifte jongens op de camping verbleven die betrokken zouden zijn bij inbraken, acht de rechtbank ten aanzien van zaaknummer 138 geen sprake van ondersteunend bewijs dat belastend is voor verdachte. Verdachte zal dan ook worden vrijgesproken van dat gedeelte van de tenlastelegging dat ziet op de aangifte onder zaaknummer 138.
5 augustus 2018, 6 augustus 2018 en 7 augustus 2018
Op 5 augustus 2018 deed [naam 43] (zaaknummer 73) aangifte van diefstal, gepleegd op
5 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Vrouwenpolder. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder twee schooltassen en een koeltas met voeding.
Op 5 augustus 2018 deed [naam 44] (zaaknummer 74) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 5 augustus 2018 uit haar kampeerauto, geparkeerd te Domburg. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een telefoon en een portemonnee.
Op 5 augustus 2018 deed [naam 45] (zaaknummer 76) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 5 augustus 2018 uit haar kampeerauto, geparkeerd te Domburg. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een fotocamera en een paar schoenen.
Op 13 augustus 2018 deed [naam 46] (zaaknummer 102) aangifte van diefstal, gepleegd op 5 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Sas van Gent. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen. Ook werden de banden lek geprikt.
Op 6 augustus 2018 deed [naam 47] (zaaknummer 78) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 6 augustus 2018 uit haar auto, geparkeerd te Renesse. Uit de auto werden goederen weggenomen.
Op 7 augustus 2018 deed [naam 48] (zaaknummer 79) aangifte van diefstal, gepleegd op 6 augustus 2018 uit haar kampeerauto, geparkeerd te Westkapelle. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een portemonnee en speakers.
Op 14 augustus 2018 deed [naam 49] (zaaknummer 109) aangifte van diefstal, gepleegd op 7 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Burgh-Haamstede. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder luiers, een fles water en een handtas.
De rechtbank stelt vast dat het dossier ten aanzien van voornoemde aangiftes geen bewijsmiddel bevat dat verdachte koppelt aan deze tenlastegelegde diefstallen uit (kampeer)auto’s. Gelet hierop is niet voldaan aan het bewijsminimum zodat verdachte zal worden vrijgesproken van dat gedeelte van de tenlastelegging dat ziet op de aangiftes onder de zaaknummers 73, 74, 76, 78, 79, 102 en 109.
8 augustus 2018
Op 8 augustus 2018 deed [naam 50] (zaaknummer 87) aangifte van diefstal, gepleegd op
8 augustus 2018 tussen 11.00 uur en 17.00 uur uit haar auto met Duits kenteken, geparkeerd te Kamperland. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder twee telefoons.
Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte die dag om 16.28 uur op de locatie genoemd in de aangifte was.
Op 8 augustus 2018 deed [naam 51] (zaaknummer 89) aangifte van diefstal, gepleegd op 8 augustus 2018 tussen 19.00 uur en 20.00 uur uit zijn kampeerauto met Duits kenteken, geparkeerd te Zoutelande. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder kleding en een videocamera.
Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte die dag om 18.27 uur op de locatie genoemd in de aangifte was.
Op 23 augustus 2018 deed [naam 52] (zaaknummer 134) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 8 augustus 2018 tussen 17.00 uur en 21.00 uur uit zijn kampeerauto met Nederlands kenteken, geparkeerd te Zoutelande. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder sieraden en een laptop.
Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte die dag om 18.27 uur op de locatie genoemd in de aangifte was.
Op 9 augustus 2018 deed [naam 53] (zaaknummer 156) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 8 augustus 2018 tussen 14.15 uur en 16.50 uur uit haar auto met Nederlands kenteken, geparkeerd te Ouddorp. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een rugtas en een IPad.
Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte die dag om 14.06 uur op de locatie genoemd in de aangifte was.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij steeds de bestuurder van de camper is geweest en hij bepaalde naar welke locaties werd gereden.
Overeenkomstig de bewijsoverwegingen ten aanzien van de feiten op 3 augustus 2018 past de rechtbank ook ten aanzien van de feiten op 8 augustus 2018 schakelbewijs toe. Bij de vraag of verdachte voornoemde ten laste gelegde feiten heeft begaan, heeft de rechtbank de omstandigheid in aanmerking genomen dat de feitelijke gang van zaken ten aanzien van de hiervoor onder zaaknummers 14, 51, 54, 69, 72, 81, 85, 103, 111, 112, 113, 120, 121, 125, 126, 137, 147 en 155 bewezenverklaarde feiten, op essentiële punten overeenstemt met de feitelijke gang van zaken ten aanzien van de hiervoor omschreven ten laste gelegde feiten op 8 augustus 2018. Alle feiten zien namelijk op (kampeer)auto’s met vrijwel allemaal een buitenlands kenteken, die overdag geparkeerd stonden op een onbewaakte parkeerplaats aan de Zeeuwse/Zuid-Hollandse kust.
De rechtbank stelt vast dat verdachte ten aanzien van een van de diefstallen die is gepleegd op 8 augustus 2018 (in Domburg tussen 11.00 en 14.00 uur) (zaaknummer 81) een bekennende verklaring heeft afgelegd. Ten aanzien van de diefstal onder zaaknummer 85 (gepleegd in Vrouwenpolder tussen 13.00 en 13.52 uur) heeft de rechtbank wettig en overtuigend bewezen geacht dat verdachte zich daaraan op 8 augustus 2018 schuldig heeft gemaakt. De diefstallen onder zaaknummers 87, 89, 134 en 156 passen in de tijdlijn van deze andere door verdachte gepleegde diefstallen. Ook passen de afstanden tussen de betreffende locaties in het tijdsverloop. Er is ook geen aanwijzing dat sprake is geweest van een andere dader. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte voornoemde diefstallen (door middel van braak) onder zaaknummers 87, 89, 134 en 156 heeft gepleegd.
Op 8 augustus 2018 deed [naam 54] (zaaknummer 82) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 8 augustus 2018 uit haar kampeerauto, geparkeerd te Ouddorp. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder twee tassen.
Op 8 augustus 2018 deed [naam 55] (zaaknummer 83) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 8 augustus 2018 uit haar auto, geparkeerd te Scharendijke. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een tas en een E-reader.
Op 8 augustus 2018 deed [naam 56] (zaaknummer 84) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 8 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Scharendijke. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder twee portemonnees en een koffer.
Op 8 augustus 2018 deed [naam 57] (zaaknummer 86) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 8 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Burgh-Haamstede. Uit de kampeerauto werd een notebook weggenomen.
Op 8 augustus 2018 deed [naam 58] (zaaknummer 88) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 8 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Westkapelle. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder drie tablets en een navigatiesysteem.
Op 14 augustus 2018 deed [naam 59] (zaaknummer 107) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 8 of 9 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Koudekerke. Uit de auto werden een navigatiesysteem en onderhoudsboekje weggenomen.
De rechtbank stelt vast dat het dossier ten aanzien van voornoemde aangiftes geen bewijsmiddel bevat dat verdachte koppelt aan deze tenlastegelegde diefstallen uit (kampeer)auto’s. Gelet hierop is niet voldaan aan het bewijsminimum zodat verdachte zal worden vrijgesproken van dat gedeelte van de tenlastelegging dat ziet op de aangiftes onder de zaaknummers 82, 83, 84, 86, 88 en 107.
9, 10 en 11 augustus 2018
Op 9 augustus 2018 deed [naam 60] (zaaknummer 90) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 9 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Groede. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een rugzak.
Op 9 augustus 2018 deed [naam 61] (zaaknummer 91) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 9 augustus 2018 uit haar auto, geparkeerd te Nieuwvliet. Uit de auto werd een handtas weggenomen.
Op 10 augustus 2018 deed [naam 62] (zaaknummer 93) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 10 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Burgh-Haamstede. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder twee tablets.
Op 10 augustus 2018 deed [naam 63] (zaaknummer 94) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 10 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Scharendijke. Uit de kampeerauto werd een rugzak weggenomen.
Op 10 augustus 2018 deed [naam 64] (zaaknummer 95) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 10 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Zoutelande. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder tassen en kleding.
Op 10 augustus 2018 deed [naam 65] (zaaknummer 96) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 10 augustus 2018 uit zijn caravan, geparkeerd te Groede. Uit de caravan werden diverse goederen weggenomen, waaronder een tas met kleding en boeken.
Op 10 augustus 2018 deed [naam 66] (zaaknummer 99) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 10 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Koudekerke. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder reistassen en kleding.
Op 11 augustus 2018 deed [naam 67] (zaaknummer 100) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 10 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Cadzand. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder kleding en toiletspullen.
Op 24 augustus 2018 deed [naam 68] (zaaknummer 135) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 10 augustus 2018 uit zijn kampeerauto, geparkeerd te Koudekerke. Uit de kampeerauto werden diverse goederen weggenomen, waaronder kleding en toiletartikelen.
Op 9 september 2018 deed [naam 69] (zaaknummer 141) aangifte van diefstal, gepleegd op 11 augustus 2018 uit haar auto, geparkeerd te Domburg. Uit de auto werden een navigatiesysteem en een stekkeraansluiting weggenomen.
De rechtbank stelt vast dat het dossier ten aanzien van voornoemde aangiftes geen bewijsmiddel bevat dat verdachte koppelt aan deze tenlastegelegde diefstallen uit (kampeer)auto’s. Gelet hierop is niet voldaan aan het bewijsminimum zodat verdachte zal worden vrijgesproken van dat gedeelte van de tenlastelegging dat ziet op de aangiftes onder de zaaknummers 90, 91, 93, 94, 95, 96, 99, 100, 135 en 141.
13 augustus 2018
Op 13 augustus 2018 deed [naam 70] (zaaknummer 105) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 13 augustus 2018 tussen 15.00 uur en 16.10 uur uit zijn auto met Duits kenteken, geparkeerd te Vrouwenpolder. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een tas en een paar schoenen.
Uit onderzoek in het navigatiesysteem bleek dat de camper van verdachte die dag om 13.51 uur op de locatie genoemd in de aangifte was.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij steeds de bestuurder van de camper is geweest en hij bepaalde naar welke locaties werd gereden.
Overeenkomstig de bewijsoverwegingen ten aanzien van de feiten op 3 augustus 2018 past de rechtbank ook ten aanzien van voornoemd feit op 13 augustus 2018 schakelbewijs toe. Bij de vraag of verdachte voornoemd ten laste gelegd feit heeft begaan, heeft de rechtbank de omstandigheid in aanmerking genomen dat de feitelijke gang van zaken ten aanzien van de hiervoor onder zaaknummers 14, 51, 54, 69, 72, 81, 85, 103, 111, 112, 113, 120, 121, 125, 126, 137, 147 en 155 bewezenverklaarde feiten, op essentiële punten overeenstemt met de feitelijke gang van zaken ten aanzien van het hiervoor omschreven ten laste gelegde feit op 13 augustus 2018. Alle feiten zien namelijk op (kampeer)auto’s met vrijwel allemaal een buitenlands kenteken, die overdag geparkeerd stonden op een onbewaakte parkeerplaats aan de Zeeuwse/Zuid-Hollandse kust.
Ten aanzien van de diefstal onder zaaknummer 103 (gepleegd in Zoutelande tussen 13.00 en 15.30 uur) heeft de rechtbank wettig en overtuigend bewezen geacht dat verdachte zich daaraan op 13 augustus 2018 schuldig heeft gemaakt. De diefstal onder zaaknummer 105 past in de tijdlijn met deze andere door verdachte gepleegde diefstal. Ook passen de afstanden tussen de betreffende locaties in het tijdsverloop. Er is ook geen indicatie voor een andere dader. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte voornoemde diefstal door middel van braak onder zaaknummer 105 heeft gepleegd.
Op 13 augustus 2018 deed [naam 71] (zaaknummer 104) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 13 augustus 2018 uit de auto, geparkeerd te Burgh-Haamstede. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder kleding en een IPad.
Op 13 augustus 2018 deed [naam 72] (zaaknummer 106) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 13 augustus 2018 uit haar auto, geparkeerd te Renesse. Uit de auto werden een handtas en rugzak weggenomen.
Op 14 augustus 2018 deed [naam 73] (zaaknummer 108) aangifte van diefstal, gepleegd op 13 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Oostkapelle. Uit de auto werd een rugzak met fotocamera’s weggenomen.
Op 23 augustus 2018 deed [naam 74] (zaaknummer 133) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 13 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Noordwelle. Uit de auto werd een boodschappentas met levensmiddelen weggenomen.
De rechtbank stelt vast dat het dossier ten aanzien van voornoemde aangiftes geen bewijsmiddel bevat dat verdachte koppelt aan deze tenlastegelegde diefstallen uit auto’s. Gelet hierop is niet voldaan aan het bewijsminimum zodat verdachte zal worden vrijgesproken van dat gedeelte van de tenlastelegging dat ziet op de aangiftes onder de zaaknummers 104, 106, 108 en 133.
- periode van 14 augustus 2018 tot en met 16 augustus 2018
(zaaknummers 115 t/m 119, 122 t/m 124, 127, 128, 130, 131 en zaak zonder nummer)
Op 15 augustus 2018 deed [naam 75] (zaaknummer 115) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd tussen 14 augustus 2018, 20.30 uur en 15 augustus 2018, 00.06 uur uit zijn auto met Nederlands kenteken, geparkeerd aan de Zeeweg te Groede. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een autoradio en subwoofer.
In het onderzochte navigatiesysteem uit de camper waarin verdachte rondtrok, was te zien dat er op 14 augustus 2018 een route gereden is van 98 kilometer. Op 15 augustus 2018 was er een route gereden van 252 kilometer. De route gaf aan dat de camper op genoemde dag op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
Op 15 augustus 2018 deed [naam 76] (zaaknummer 116) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 15 augustus 2018 uit zijn auto met Duits kenteken, geparkeerd aan de Zeeweg te Groede. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een IPad en een fotocamera.
De route in het navigatiesysteem gaf aan dat de camper op genoemde dag op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
Op 15 augustus 2018 deed [naam 77] (zaaknummer 117) aangifte van diefstal, gepleegd op 15 augustus 2018 uit zijn auto met Duits kenteken, geparkeerd te Renesse. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een IPhone.
De route in het navigatiesysteem gaf aan dat de camper op genoemde dag op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
Op 15 augustus 2018 deed [naam 78] (zaaknummer 118) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 15 augustus 2018 uit zijn auto met Nederlands kenteken, geparkeerd te Renesse. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een fototoestel en muziekbox.
De route in het navigatiesysteem gaf aan dat de camper op genoemde dag op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
Op 15 augustus 2018 deed [naam 79] (zaaknummer 119) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 15 augustus 2018 uit zijn auto met Duits kenteken, geparkeerd te Renesse. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een portemonnee en een fotocamera.
De route in het navigatiesysteem gaf aan dat de camper op genoemde dag op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
Op 15 augustus 2018 deed [naam 80] (zaaknummer 122) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 15 augustus 2018 uit zijn kampeerauto met Frans kenteken, geparkeerd te Domburg. Uit de kampeerauto werd een tablet weggenomen.
De route in het navigatiesysteem gaf aan dat de camper op genoemde dag op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
Op 15 augustus 2018 deed [naam 81] (zaaknummer 123) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 15 augustus 2018 uit zijn auto met Duits kenteken, geparkeerd te Burgh-Haamstede. Uit de auto werd een koffer met gereedschap weggenomen.
De route in het navigatiesysteem gaf aan dat de camper op genoemde dag op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
Op 16 augustus 2018 deed [naam 82] (zaaknummer 124) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 15 augustus 2018 uit zijn kampeerbus met Italiaans kenteken, geparkeerd te Burgh-Haamstede. Uit de kampeerauto werden tassen weggenomen.
De route in het navigatiesysteem gaf aan dat de camper op genoemde dag op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
Op 16 augustus 2018 deed [naam 83] (geen zaaknummer) aangifte van diefstal door middel van braak, gepleegd op 16 augustus 2018 uit haar auto met Frans kenteken, geparkeerd te Ouddorp. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een tas en een telefoon.
Uit het navigatiesysteem van de camper waarin verdachte rondtrok bleek dat er op
16 augustus 2018 een route was gereden van 151 kilometer. De route in het navigatiesysteem gaf aan dat de camper op genoemde dag op de locatie genoemd in de aangifte geweest was.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij steeds de bestuurder van de camper is geweest en hij bepaalde naar welke locaties werd gereden.
Overeenkomstig de bewijsoverwegingen ten aanzien van de feiten op 3 augustus 2018 past de rechtbank ook ten aanzien van de feiten op 14, 15 en 16 augustus 2018 schakelbewijs toe. Bij de vraag of verdachte voornoemde ten laste gelegde feiten heeft begaan, heeft de rechtbank de omstandigheid in aanmerking genomen dat de feitelijke gang van zaken ten aanzien van de hiervoor onder zaaknummers 14, 51, 54, 69, 72, 81, 85, 103, 111, 112, 113, 120, 121, 125, 126, 137, 147 en 155 bewezenverklaarde feiten, ten aanzien waarvan verdachte een bekennende verklaring heeft afgelegd, op essentiële punten overeenstemt met de feitelijke gang van zaken ten aanzien van de hiervoor omschreven ten laste gelegde feiten op 14, 15 en 16 augustus 2018. Alle feiten zien namelijk op (kampeer)auto’s met vrijwel allemaal een buitenlands kenteken, die overdag geparkeerd stonden op een onbewaakte parkeerplaats aan de Zeeuwse/Zuid-Hollandse kust.
De rechtbank stelt vast dat verdachte ten aanzien van een van de diefstallen die is gepleegd op 14 augustus 2018 (in Zoutelande tussen 14.00 en 16.40 uur) (zaaknummer 113) en een van de diefstallen die is gepleegd op 15 augustus 2018 (in Zoutelande tussen 13.30 en 17.20 uur) (zaaknummer 120) een bekennende verklaring heeft afgelegd. Ten aanzien van de diefstallen onder zaaknummers 111 (gepleegd in Burgh-Haamstede tussen 08.00 en 10.00 uur) en 112 (gepleegd in Vlissingen tussen 15.09 en 17.20 uur) heeft de rechtbank wettig en overtuigend bewezen geacht dat verdachte zich daaraan op 14 augustus 2018 schuldig heeft gemaakt. Ten aanzien van de diefstal onder zaaknummers 121 (gepleegd in Domburg tussen 16.00 en 17.00 uur) heeft de rechtbank wettig en overtuigend bewezen geacht dat verdachte zich daaraan op 15 augustus 2018 schuldig heeft gemaakt en ten aanzien van de diefstallen onder zaaknummers 125 (gepleegd in Kamperland tussen 14.00 en 16.28 uur) en 126 (gepleegd in Burgh-Haamstede tussen 11.48 en 13.50 uur) heeft de rechtbank wettig en overtuigend bewezen geacht dat verdachte zich daaraan op 16 augustus 2018 schuldig heeft gemaakt. De diefstallen onder zaaknummers 115, 116, 117, 118, 119, 122, 123, 124 en de diefstal zonder zaaknummer passen in de tijdlijn van deze andere door verdachte gepleegde diefstallen. Ook passen de afstanden tussen de betreffende locaties in het tijdsverloop. Er is ook geen aanwijzing dat sprake is geweest van een andere dader. Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte voornoemde diefstallen (door middel van braak) onder zaaknummers 115, 116, 117, 118, 119, 122, 123, 124 en de diefstal zonder zaaknummer heeft gepleegd.
Op 22 augustus 2018 deed [naam 84] (zaaknummer 130) aangifte van diefstal, gepleegd op
15 augustus 2018 uit haar auto, geparkeerd te Wissenkerke. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een GSM en rugzakken.
Op 22 augustus 2018 deed [naam 85] (zaaknummer 131) aangifte van diefstal, gepleegd op 15 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Wissenkerke. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een rugzak en camera’s.
Op 16 augustus 2018 deed [naam 86] (zaaknummer 127) aangifte van diefstal, gepleegd op 16 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Westkapelle. Uit de auto werden diverse goederen weggenomen, waaronder een tas met kleding.
Op 17 augustus 2018 deed [naam 87] (zaaknummer 128) aangifte van diefstal, gepleegd op 16 augustus 2018 uit zijn auto, geparkeerd te Domburg. Uit de auto werd een camera weggenomen.
De rechtbank stelt vast dat het dossier ten aanzien van voornoemde aangiftes geen bewijsmiddel bevat dat verdachte koppelt aan deze tenlastegelegde diefstallen uit auto’s. Gelet hierop is niet voldaan aan het bewijsminimum zodat verdachte zal worden vrijgesproken van dat gedeelte van de tenlastelegging dat ziet op de aangiftes onder de zaaknummers 130, 131, 127 en 128.
- te bewezen verklaren periode en pleegplaats
De rechtbank stelt vast dat de aangiftes in het onderzoek zien op diefstallen die zijn gepleegd in de periode van 16 juli 2018 tot en met 16 augustus 2018. Uit het dossier blijkt dat verdachte zich voor 16 juli 2018 in België bevond. Gelet op voorgaande bewijsoverwegingen komt de rechtbank tot een bewezenverklaring van 36 diefstallen die zijn gepleegd in een kortere periode dan ten laste is gelegd. De rechtbank zal ten aanzien van feit 3 de bewezenverklaarde periode dan ook beperken tot de periode van 21 juli 2018 tot en met 16 augustus 2018.
De rechtbank stelt verder vast dat in de tenlastelegging onder feit 3 niet alle pleegplaatsen van de feiten waarvan de rechtbank tot een bewezenverklaring komt zijn opgenomen en ook niet alle tenlastegelegde plaatsen kunnen worden bewezen. Gelet daarop acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat de feiten hebben plaatsgevonden in Nederland.
feit 4
Nu verdachte het aan hem onder 4 tenlastegelegde feit heeft bekend en hiervoor geen vrijspraak is bepleit, kan, op grond van artikel 359, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering met de hierna genoemde opgave van bewijsmiddelen worden volstaan:
- de aangifte van [naam 7] van 1 augustus 2018;
- het proces-verbaal van bevindingen van 5 augustus 2018;
- de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd tijdens de zitting van 5 april 2019.
medeplegen
Op de beelden van de geldopname bij Rabobank in Westkapelle van 30 juli 2018 is medeverdachte [naam 5] herkend, terwijl hij aan het pinnen is.Medeverdachte [naam 5] heeft verklaard dat hij de persoon is die op de beelden te zien is. Hij had het pasje van verdachte gekregen om geld op te nemen.Verdachte heeft ter zitting verklaard de bankpas aan medeverdachte [naam 5] te hebben gegeven.
Gelet op het voorgaande stelt de rechtbank vast dat verdachte aan medeverdachte [naam 5] de bankpas van aangever met bijbehorende pincode heeft gegeven om daarmee geldopnames te verrichten. Het is een feit van algemene bekendheid dat een bankpas de identiteit van de bezitter vermeldt. Medeverdachte [naam 5] heeft dus geweten dat de bankpas niet de bankpas van verdachte betrof. De rechtbank is, gelet op de feitelijke gang van zaken, van oordeel dat verdachte nauw en bewust heeft samengewerkt met medeverdachte [naam 5] om pintransacties te doen met een gestolen bankpas met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening. Verdachte heeft zich daarmee ten aanzien van dit gedeelte van de tenlastelegging onder feit 4 schuldig gemaakt aan het medeplegen van diefstal door middel van een valse sleutel. De rechtbank is van oordeel dat het dossier onvoldoende bewijs bevat om te kunnen komen tot een bewezenverklaring van medeplegen met betrekking tot de gedachtestreepjes 2 tot en met 7. Verdachte zal dus van dat gedeelte van de tenlastelegging onder feit 4 worden vrijgesproken.
feit 1
Aan verdachte is onder feit 1 ten laste gelegd dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan - kort gezegd - het (mede)plegen van mensenhandel zoals omschreven in artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht. Een wezenlijk bestanddeel van diverse varianten van het delict mensenhandel is dat sprake is van uitbuiting en/of dat het oogmerk van verdachte daarop is gericht. De vraag of - en zo ja, wanneer - sprake is van ‘uitbuiting’ in de zin van deze bepaling, is niet in algemene termen te beantwoorden, maar is sterk verweven met de omstandigheden van het geval. Bij de beantwoording van die vraag komt onder meer betekenis toe aan de aard en duur van de tewerkstelling, de beperkingen die zij voor de betrokkene meebrengt, en het economisch voordeel dat daarmee door de tewerksteller wordt behaald. Bij de weging van deze en andere relevante factoren dienen de in de Nederlandse samenleving geldende maatstaven als referentiekader te worden gehanteerd. Voorts brengt (het oogmerk van) uitbuiting met zich mee dat sprake moet zijn van een ernstige inbreuk op de lichamelijke en/of geestelijke integriteit en/of de persoonlijke vrijheid van het slachtoffer.
De rechtbank acht niet bewezen dat de kinderen [naam 1] , [naam 2] en [naam 3] zijn uitgebuit dan wel ten opzichte van hen is gehandeld met het oogmerk van uitbuiting. Zoals hiervoor reeds is overwogen bevat het dossier geen bewijs om te kunnen komen tot een bewezenverklaring van (mede)plegen van de diverse diefstallen uit (kampeer)auto’s. Alleen verdachte kan worden aangemerkt als dader van een aantal van die diefstallen. Ten aanzien van het pinnen met een gestolen bankpas merkt de rechtbank verdachte aan als dader, met medeverdachte [naam 5] deels als medepleger. Naar het oordeel van de rechtbank is er geen bewijs dat de kinderen [naam 1] , [naam 2] en [naam 3] zijn vervoerd naar parkeerplaatsen in Nederland en aldaar zijn ingezet voor diefstallen uit (kampeer)auto’s danwel dat zij zijn ingezet voor het doen van betalingen en/of het verrichten van geldopnames met bankpassen die van diefstal afkomstig zijn.
Gelet op het voorgaande zal verdachte worden vrijgesproken van het hem onder 1 ten laste gelegde.
feit 2
Aan verdachte is onder feit 2 ten laste gelegd dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan deelname aan een criminele organisatie, terwijl hij oprichter/leider van deze organisatie was.
Onder een criminele organisatie wordt verstaan een samenwerkingsverband tussen meerdere personen met een zekere duurzaamheid en structuur, dat tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven. Daarbij hoeft het plegen van misdrijven niet de enige of voornaamste bestaansgrond van de organisatie te zijn. Een zekere bestendigheid is vereist, maar het gaat niet zover dat vereist is dat de samenstelling van het samenwerkingsverband telkens dezelfde is. Het oogmerk van de criminele organisatie dient gericht te zijn op het plegen van misdrijven. Als bewijs voor het bestaan van het oogmerk van de organisatie kunnen (mede) dienen de misdrijven die zijn gepleegd en het duurzaam en/of gestructureerde karakter van de samenwerking.
Volgens bestendige rechtspraak is van deelneming aan een criminele organisatie sprake indien een persoon behoort tot de organisatie en een aandeel heeft in, dan wel ondersteunende gedragingen heeft verricht die strekken tot of rechtstreeks verband houden met de verwezenlijking van het oogmerk van de organisatie. Voor deelname aan de criminele organisatie is niet vereist dat een betrokkene deelneemt aan de misdrijven waarop het oogmerk van de organisatie is gericht. Evenmin is vereist dat een betrokkene samenwerkt of bekend is met alle personen die deel uitmaken van een organisatie. Ten aanzien van de rol van een betrokkene geldt voorts dat een betrokkene in zijn algemeenheid moet weten, in de zin van voorwaardelijk opzet, dat de organisatie tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven. Een betrokkene hoeft echter niet enige vorm van opzet te hebben gehad op concrete door de criminele organisatie beoogde misdrijven.
Voor een familieverband geldt in het algemeen dat de sociale structuur en de verhoudingen tussen de leden onderling, op een aantal punten overeenkomsten vertonen met de hierboven genoemde, in eerdere rechtspraak strafrechtelijk relevant beoordeelde, aspecten van een organisatie. Dit betekent echter niet dat om die reden reeds sprake is van een criminele organisatie indien meerdere leden van een familie tezamen misdrijven plegen.
Zoals hiervoor is overwogen, is de rechtbank van oordeel dat alleen verdachte kan worden aangemerkt als dader van de hiervoor onder feit 3 primair bewezenverklaarde feiten. De rechtbank komt voorts slechts bij medeverdachte [naam 5] tot een bewezenverklaring van het medeplegen met verdachte van het pinnen met een gestolen bankpas. Gelet hierop kan naar het oordeel van de rechtbank niet worden vastgesteld dat er sprake is geweest van een samenwerkingsverband met een zekere duurzaamheid en structuur, dat tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven. De rechtbank zal verdachte dan ook vrijspreken van het onder feit 2 ten laste gelegde.
feit 5
Op 16 augustus 2018 werd in Domburg de camper met daarin verdachte staande gehouden. Aan de bestuurder werd zijn rijbewijs ter inzage gevorderd. De bestuurder overhandigde vervolgens een Italiaans rijbewijs op naam van [verdachte] , geboren op [geboortedag] . Van alle inzittenden werd een legitimatiebewijs ter inzage gevorderd.
De identiteitskaarten en het rijbewijs van Italië werden onderzocht. Bij de Italiaanse identiteitskaart op naam van [verdachte] , voorzien van documentnummer [nummer 1] , werden als kenmerken van valsheid aangetroffen een onjuiste c.q. afwijkende wijze van de (machinaal) aangebrachte document/persoonsgegevens en het ontbreken van het originele droogstempel in het papier. De identiteitskaart bleek vanaf 30 juli 2012 als gestolen gesignaleerd te staan.
Bij het Italiaanse rijbewijs op naam van [verdachte] , voorzien van documentnummer [nummer 4] / [nummer 5] , werd als kenmerk van valsheid een onjuiste c.q. afwijkende wijze van de (machinaal) aangebrachte document/persoonsgegevens aangetroffen.
De Italiaanse identiteitskaart en het Italiaans rijbewijs betreffen originele dan wel authentieke documenten, die nu door het valselijk aanbrengen van de persoons- en autorisatiegegevens zijn vervalst.
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij een rijbewijs en identiteitsbewijs heeft overgelegd.Dit zijn volgens hem echter geen valse documenten, maar documenten die zijn uitgegeven door de Italiaanse instanties.
Gelet op het voorgaande stelt de rechtbank vast dat verdachte op 16 augustus 2018 in Domburg is aangehouden, terwijl hij in het bezit was van een vervalste Italiaanse identiteitskaart en rijbewijs. De rechtbank acht de verklaring van verdachte dat de door hem overgelegde documenten door de officiële Italiaanse autoriteiten aan hem zijn afgegeven niet aannemelijk, nu de rechtbank als uitgangspunt neemt dat door de officiële Italiaanse autoriteiten geen valse of vervalste identiteitskaarten en rijbewijzen worden afgegeven.
De rechtbank acht dan ook wettig en overtuigend bewezen dat verdachte een Italiaanse identiteitskaart en rijbewijs voorhanden heeft gehad, terwijl hij wist dat deze vervalst waren.