ECLI:NL:RBZWB:2018:2053
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van de opleiding tot registerloods en de rechtsverhouding tot het Loodswezen
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 11 januari 2018 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure tussen [eiser] en verschillende partijen, waaronder de Nederlandse Loodsencorporatie en het Nederlands Loodswezen B.V. [eiser], die in opleiding was tot registerloods, verzocht om de vernietiging van zijn ontslag op staande voet en om doorbetaling van zijn salaris. De achtergrond van de zaak betreft de beëindiging van de opleiding van [eiser] door de Nederlandse Loodsencorporatie, die hem niet geschikt achtte voor het beroep van registerloods. Dit besluit was genomen op basis van een negatief advies van de examencommissie, die concludeerde dat [eiser] zich toegang had verschaft tot exameninformatie met het doel om meer kennis te vergaren.
De kantonrechter heeft de rechtsverhouding tussen [eiser] en het Loodswezen beoordeeld. [eiser] stelde dat er sprake was van een arbeidsovereenkomst, terwijl het Loodswezen betwistte dat er een arbeidsovereenkomst bestond. De kantonrechter oordeelde dat, indien er een leerovereenkomst was, deze niet als een arbeidsovereenkomst kon worden gekwalificeerd. De activiteiten van [eiser] waren primair gericht op het vergroten van zijn eigen kennis en het opdoen van werkervaring, en niet op het belang van het Loodswezen. Hierdoor werd het verzoek van [eiser] afgewezen.
De kantonrechter heeft [eiser] veroordeeld in de proceskosten, en het verzoek van het Loodswezen tot terugbetaling van onverschuldigd betaald loon werd niet behandeld, omdat de voorwaarde voor behandeling niet was vervuld. De beschikking is uitgesproken ter openbare terechtzitting, waarbij de kantonrechter de beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaarde.