ECLI:NL:RBZWB:2017:6823
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de arbeidsongeschiktheid en de WIA-uitkering van eiseres na weigering van IVA-uitkering door UWV
In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen een besluit van het UWV van 20 januari 2017, waarin haar aanvraag voor een IVA-uitkering werd geweigerd en haar WIA-uitkering per 1 januari 2017 werd beëindigd. De rechtbank heeft op 10 oktober 2017 een zitting gehouden, waarbij eiseres werd bijgestaan door haar gemachtigde en begeleidster. De rechtbank heeft vastgesteld dat het UWV op basis van medisch onderzoek en arbeidsdeskundig onderzoek tot de conclusie is gekomen dat eiseres niet volledig arbeidsongeschikt is. Eiseres heeft aangevoerd dat haar psychische en lichamelijke klachten onvoldoende zijn meegewogen en dat zij volledig arbeidsongeschikt is. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de verzekeringsartsen zorgvuldig hebben gehandeld en dat de vastgestelde beperkingen adequaat zijn. De rechtbank heeft de FML van 11 januari 2017 als uitgangspunt genomen en geconcludeerd dat eiseres geschikt is voor bepaalde functies, wat leidt tot een arbeidsongeschiktheid van 6,31%. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard, wat betekent dat het UWV terecht de IVA-uitkering heeft geweigerd en de WIA-uitkering heeft beëindigd. De uitspraak is gedaan door rechter R.P. Broeders en is openbaar uitgesproken op 24 oktober 2017.