Op 25 september 2017 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tussen eiseres, vertegenwoordigd door mr. S.M. de Waard, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waalwijk. Eiseres had beroep ingesteld tegen een besluit van 8 juni 2016 van het college, waarin een persoonsgebonden budget (pgb) voor begeleiding individueel werd afgewezen. De rechtbank constateerde een gebrek in het besluit en heeft het college in de gelegenheid gesteld om dit te herstellen. Na een tussenuitspraak op 13 maart 2017, waarin het college werd aangespoord om een extern deskundige in te schakelen, heeft het college een rapport van verzekeringsarts [naam verzekeringsarts] overgelegd. Deze deskundige concludeerde dat eiseres recht heeft op 585 minuten individuele begeleiding per week en een dagdeel groepsbegeleiding. Eiseres stemde in met deze conclusies, maar het college weigerde het besluit aan te passen. De rechtbank oordeelde dat het college de conclusies van de deskundige had moeten volgen en verklaarde het beroep gegrond. Het bestreden besluit werd vernietigd en het college werd veroordeeld tot vergoeding van proceskosten en griffierecht. De rechtbank besloot zelf in de zaak te voorzien en kende het pgb toe voor de gevraagde begeleiding.