Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
of omstreeks27 oktober 2016 te Kloetinge, gemeente Goes,
opzettelijk en met voorbedachten rade, althansopzettelijk,
althans een dergelijke scherp voorwerp,in de
steken/snijden,
5.De strafbaarheid
Hetzij kan worden geoordeeld dat de invloeden van de stoornissen allesoverheersend en onontkoombaar zijn geweest, en hem aldus het delict niet kan worden toegerekend. Hetzij dient te worden geoordeeld dat hij ondanks de zeer sterke invloeden en doorwerking van de stoornissen wel een mogelijkheid moet hebben gehad om een andere keuze te maken dan het plegen van een delict. In dat geval zou het delict hem in verminderde mate kunnen worden toegerekend.’ De deskundige refereert zich aan het oordeel van de rechtbank.
6.De oplegging van een straf of maatregel
7.De benadeelde partij
8.Het beslag
9.De wettelijke voorschriften
10.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het impliciet primair ten laste gelegde feit;
niet strafbaar voor het bewezen verklaarde en ontslaat verdachte van alle rechtsvervolging;
terbeschikkingstellingvan verdachte,
met verplegingvan overheidswege;
R [benadeelde] € 10.852,96 (tienduizend achthonderd tweeënvijftig euro en zesennegentig eurocent) te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente, berekend vanaf 27 oktober 2016 tot aan de dag der algehele voldoening, bij niet betaling te vervangen door 89 dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;