3.1Tussen partijen staat in rechte het volgende vast.
Blijkens een aanslagbiljet gemeentelijke belastingen van 28 februari 2015 met betrekking tot het adres [adres 4] is over de periode van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2015 een bedrag van € 78,08 aan Rioleringsheffing in rekening gebracht.
Op 26 februari 2015 is de moeder van gedaagden overleden, waarna gedaagden de woning aan het adres [adres 4] hebben geërfd.
Eiseres als koper en gedaagden (als erfgenamen van [naam 1] ) als verkopers hebben op 22 april 2015 een koopovereenkomst gesloten ter zake van de woning met tuin en ondergrond aan de [adres 4] (hierna: de koopovereenkomst).
In artikel 5 van de koopovereenkomst is het volgende vermeld.
“ (…) Koper verklaart ermee bekend te zijn dat deze woning (en de bijgebouwen) meer dan vijftig jaar oud zijn, wat inhoudt dat de eisen die aan bouwkwaliteit gesteld mogen worden, aanzienlijk lager liggen dan die voor nieuwere woningen. Verkoper staat niet in voor fundering, vloeren, leidingen van elektriciteit, water en gas, riolering en de afwezigheid van doorslaand en/of optrekkend vocht. Bouwkundige gebreken worden geacht niet belemmerend te werken op het in deze koopakte omschreven (woon)gebruik en m et ingang van de datum van eigendomsoverdracht vrijwaart de koper de verkoper voor bekende en onbekende, zichtbare en onzichtbare gebreken. (…)”
In artikel 10 van de koopovereenkomst is het volgende vermeld.
“Koper garandeert, onverminderd het hiervoor verklaarde, het navolgende:
(…) verkoper is niet bekend dat in het verkochte ondergrondse tanks voor het opslaan
van vloeistoffen aanwezig zijn. Indien aanwezig, is het opslaan van deze vloeistoffen n.v.t. beëindigd en, indien niet van toepassing, is hiervoor kennisgegeven aan het bevoegd gezag. Indien van toepassing is (zijn) de tank(s) geleegd en/of zal (zullen) de tanks worden geleegd. Indien geleegd zal *zullen) de tanks n,v.t. worden schoongemaakt en zonodig n.v.t. worden verwijderd overeenkomstig de geldende voorschriften. (…)”
Gebleken is dat zich een beerput bevond op het perceel.
Eiseres heeft vervolgens op 20 juni 2016 een aangetekend schrijven aan gedaagden verzonden met de volgende inhoud.
“(…) Vorige week wilde mijn oom de badkamer gaan vervangen. Nieuw sanitair en nieuwe tegels. Bij de werkzaamheden heeft hij ontdekt dat er totaal geen vuilwaterafvoer (riolering) van de wc aanwezig is. Het vuilwater wordt, als je lang genoeg doorspoelt, afgevoerd naar een zogenaamde beerput. Het blijkt dus dat het huis niet is aangesloten op het stadsriool. Dat er een beerput ligt, had aan mij overgedragen moeten worden vóór de verkoop. Dit is bij de wet bepaald (ook tanks en bodemverontreiniging vallen hieronder). Dan had ik over de prijs kunnen nadenken en onderhandelen, want nu kom ik voor hoge kosten te staan, waarvoor ik het geld momenteel niet heb, maar het probleem moet wel opgelost worden. Bij deze stel ik jullie als erfgenamen aansprakelijk voor deze nalatigheid en de onkosten die hieruit voortkomen. Ik laat binnenkort het rioolprobleem door een aannemer oplossen. De kosten hiervan kunnen oplopen tot zo’n € 3.500,- euro. Hiermee zijn jullie een beetje voorbereid. Indien jullie een alternatief hebben dan hoor ik dat graag. Ik vertrouw op jullie medewerking. Graag zie ik jullie schriftelijke reactie binnen 1 à 2 weken tegemoet. (…)”
In een brief van gedaagden van 23 juni 2016 is het volgende vermeld.
“(…) Dat wij onze ouderlijke woning aan u voor deze lage verkoopprijs aan u wilden gunnen had ook te maken met het feit dat het een oudere, gedateerde woning betrof. U was er van op de hoogte dat er nog het nodige aan de woning gemoderniseerd en geïsoleerd moest worden. U heeft diverse keren met diverse mensen de woning bezichtigd alvorens de koopovereenkomst te ondertekenen. U wist dat u een oudere woning kocht met alle mogelijke consequenties van dien. (…) Tijdens de laatste 25 jaar dat onze ouders daar hebben gewoond hebben wij nooit gehoord dat er problemen zouden zijn met het riool. U woont inmiddels ook al meer dan een jaar daar en wij hebben u daar ook nooit eerder over gehoord dus wij nemen aan dat het riool naar behoren heeft gewerkt (…) Verder wijzen wij u op Artikel 5 van de door u ondertekende (…) koopovereenkomst, de Ouderdomsclausule. Op basis van het bovenstaande wijzen wij dan ook elke aansprakelijkheid af. (…)”
i. In een brief van de gemachtigde van eiseres van 9 september 2016 aan gedaagden is het volgende vermeld.
“(…) Op 20 juni 2016 heeft cliënte aan u gemeld dat gebleken is dat de woning niet is aangesloten op het riool. Dit is aan cliënte nimmer medegedeeld. Cliënte stelt dat er sprake is van een verborgen gebrek, dan wel van een niet nakoming van de gesloten koopovereenkomst.
Verborgen gebrek
(…) Immers, de afwezigheid van een riool staat aan het normaal gebruik van de woning in de weg. In geval van een verborgen gebrek, doet het er niet toe of de verkopende partij op de hoogte was van het gebrek.
Niet nakoming van de koopovereenkomst
Voorts is de koopovereenkomst niet, althans niet correct nagekomen. Immers, onder artikel 10 van de koopovereenkomst is opgenomen (…)
In uw brief d.d. 23 juni 2016 stelt u dat de verkochte woning uw ouderlijk huis betrof. Voorts heeft u aan cliënte aangegeven dat u vrijwel wekelijks bij uw ouders over de vloer kwam in de bedoelde woning. Dat betekent dat u wist, althans had behoren te weten dat de woning voorzien was van een beerput. Dit temeer nu in 2008 de gehele straat opengebroken is geweest om woningen aan te sluiten op het riool. (…)
Op grond van het bovenstaande acht cliënte u dan ook aansprakelijk voor de door haar geleden schade. De omvang van de schade kan worden geschat op een bedrag ad € 2.500,00. Namens cliënte verzoek ik u dan ook om dit bedrag binnen veertien dagen na heden over te maken op (…)”
In een brief van gedaagden van 22 september 2016 aan (de gemachtigde van) eiseres is het volgende vermeld.
“(…) Is het dan niet zo dat u dan bij de Gemeente moet zijn om verhaal te halen? (…) Als bewoner of eigenaar van een woning in Tilburg kun je toch niet zelf de straat open gaan maken om je woning op het riool aan te sluiten? (…) Daarnaast is het vreemd dat onze ouders nimmer last hebben gehad van problemen met het riool, dat zou toch al lang gebeurd hebben moeten zijn als de woning niet op het riool aangesloten zou zijn geweest? (…) Daarnaast is er voor deze woning ook gewoon jaren en jaren rioolbelasting betaald; wij mogen dan toch ook aannemen dat er sprake is van een aansluiting op het riool? Waaruit blijkt volgens u dan dat dit niet het geval is? Hoe weet u dit zo zeker? (…) Gezien bovenstaande en mede op basis van het aan u vermeldde in onze brief van 23 juni 2016 wijzen wij elke aansprakelijkheid dan ook af. (…)”
In een brief van (de gemachtigde van) eiseres aan gedaagden van 27 september 2016 is het volgende vermeld.
“(…) De aannemer heeft reeds geconstateerd dat de woning niet is aangesloten op het riool. (...) Uit geen enkel stuk blijkt aansluiting op het riool; volgens openbare gegevens had de woning bij oplevering geen aansluiting op het riool en heeft de woning deze aansluiting ook nooit gehad. (…) De perceeleigenaren dienen zelf zorg te dragen voor de aansluiting op het gemeentelijk riool. (…) Indien er sprake is van een aansluiting die niet is geregistreerd bij de gemeente en die tevens niet is opgemerkt door de aannemer, dient u het bewijs te leveren van het bestaan van een dergelijke aansluiting. (…)”
In een e-mail van [naam 2] , adviseur riolering van de gemeente Tilburg vanaf het adres [emailadres] , aan [emailadres2] op 14 november 2016 is het volgende vermeld.
“U heeft bij de gemeente Tilburg informatie opgevraagd over de rioolaansluiting(en) van het pand [adres 4] . Bijgaande stuur ik de gegevens op die wij in ons archief beschikbaar hebben. De hoofdriolering in de Hobbemastraat is in 2008 aangelegd. Zo ook de rioolaansluitingen van het pand. Het pand [adres 4] heeft een regenwater aansluiting (op 48,80 meter van put D1018) en een vuilwater aansluiting (op 60,00 meter van put D0087). De vuilwater aansluiting loopt door de brandgang naast het pand. E.e.a. aangegeven op bijgaande tekeningen. Uit deze gegevens is niet op te maken wat er op de aansluiting is aangesloten. (…)”
Eiseres heeft aan gedaagde kenbaar gemaakt dat verwijdering van de tank en herstel van het riool door een professioneel bedrijf heeft plaatsgevonden en dat de kosten hiervoor
€ 2.500,00 bedroegen.
[naam 3] van [bedrijf] heeft het volgende aan eiseres geschreven.
“(…) Via deze weg wil ik bevestigen dat de werkzaamheden aan de riolering zijn uitgevoerd. Beerput is gedempt en de riolering door de brandgang vervangen. De gemaakte kosten zijn
€ 2.500,00. (…)”