2.1.De rechtbank gaat uit van het navolgende:
a. a) [eiseres] is op huwelijksvoorwaarden gehuwd met de heer [echtgenoot]
(hierna: [echtgenoot] . Tussen hen is een echtscheidingsprocedure aanhangig.
b) Rabobank heeft aan [echtgenoot] en [eiseres] financieringen verstrekt, onder meer
ter bekostiging van het registergoed [adres] te Halsteren
(hierna: het registergoed).
c) Bij notariële akte van 28 februari 2007 is ten gunste van Rabobank een eerste recht
van hypotheek ad € 500.000,-- gevestigd op onder andere (de grond ten behoeve van) het registergoed. De hypotheekakte bevat onder meer de volgende bepalingen:
De comparanten (…) verklaarden (…) aan de bank hypotheek te verlenen tot het hierna te noemen bedrag op het hierna te noemen onderpand, tot zekerheid voor de betaling van al hetgeen de bank blijkens haar administratie van de comparanten (…) genoemd, zowel van hen tezamen als van ieder van hen afzonderlijk (…) te vorderen heeft of mocht hebben, uit hoofde van verstrekte en/of alsnog te verstrekken geldleningen, verleende en/of alsnog te verlenen kredieten in rekening-courant, tegenwoordige en/of toekomstige borgstellingen, dan wel uit welken anderen hoofde ook.
d) [echtgenoot] is enig aandeelhouder en bestuurder van [BV]
(hierna: [BV] ), welke vennootschap is opgericht op 29 mei 2009.
Artikel 2 van de oprichtingsakte luidt:
De vennootschap heeft ten doel:
a. het oprichten, verkrijgen en vervreemden van vennootschappen en ondernemingen, het verkrijgen en vervreemden van belangen daarin en het beheren of doen beheren, en het voeren of doen voeren
van bestuur over vennootschappen en ondernemingen en het financieren of doen financieren
daarvan;
b. (…);
c. (…) het ter leen opnemen en ter leen verstrekken van gelden (…);
d. het verstrekken van periodieke uitkeringen, het uitvoering geven aan pensioenregelingen en het
aangaan van stamrecht- en/of lijfrenteovereenkomsten;
en het verrichten van al hetgeen met het vorenstaande verband houdt of daartoe bevorderlijk kan
zijn.
De bedrijfsomschrijving van [BV] in het Handelsregister luidt:
Financiële holdings, Holdingactiviteiten.
e) Op 29 mei 2009 is een [echtgenoot] toekomende ontslagvergoeding via de notaris
bijgeschreven op de bankrekening van [BV] .
f) [BV] is enig aandeelhouder en bestuurder van Dyron Trading
B.V. (hierna: Dyron), dat eveneens is opgericht op 29 mei 2009.
g) Bij notariële akte van 10 juni 2011 is door Enviropulp Ltd. als enig aandeelhouder
EPL Europe B.V. (hierna: EPL) opgericht, dat zich bezighield op het terrein van
verpakkingsproducten.
h) Bij financieringsovereenkomst van 9 september 2011 heeft Rabobank een
geldlening van € 75.000,-- verstrekt aan [BV] ter financiering van
een deelname in EPL. [echtgenoot] heeft zich in het kader van deze overeenkomst
persoonlijk borg gesteld voor de nakoming van de terugbetalingsverplichtingen van [BV] .
i. i) Bij notariële akte van 4 oktober 2011 is ten gunste van Rabobank een recht van
hypotheek, tweede in rang, gevestigd op het registergoed. Deze akte bevat onder meer de volgende bepaling:
(…) verklaarde de hypotheekgever aan de bank hypotheek te verlenen tot het hierna te noemen
bedrag op het hierna te noemen onderpand tot zekerheid voor de betaling voor al hetgeen de bank blijkens haar administratie van de hierna te noemen debiteur, zowel van hen samen als van ieder van hen afzonderlijk te vorderen heeft of mocht hebben uit hoofde van:
-
verstrekte en/of te verstrekken geldleningen,
-
verleende en/of te verlenen kredieten,
-
door de debiteur ten behoeve van de bank gestelde en/of te stellen borgtochten (…).
De inhoud van de akte is aan hen opgegeven en toegelicht. De verschenen personen hebben verklaard op volledige voorlezing van de akte geen prijs te stellen en tijdig voor het verlijden van de akte van de inhoud van de akte te hebben kennisgenomen, met de inhoud in te stemmen en op de gevolgen van de akte te zijn gewezen.
j) Bij brief van 5 december 2012 heeft Rabobank de financieringsrelatie met
[BV] opgezegd en haar gesommeerd het opeisbare obligo uiterlijk
1 maart 2013 te voldoen. Omdat niet tijdig was betaald, heeft Rabobank
[echtgenoot] in de hoedanigheid van borg gesommeerd tot voldoening van het
bedrag van € 75.000,- exclusief rente. [echtgenoot] heeft eveneens niet betaald.
k) Per brief van 14 februari 2013 aan [echtgenoot] en [eiseres] heeft Rabobank de
privéfinancieringsrelatie met hen opgezegd. Deze brief bevat onder meer de navolgende passage:
Tevens heeft u nog een lopende verplichting uit hoofde van de door u getekende borgtocht ad
€ 75.000,-- jegens S.D. [BV] welke financiering ook is opgezegd (…).
l) Na in november 2015 bericht te hebben ontvangen dat het registergoed was
verkocht, heeft Rabobank op verzoek van [eiseres] opgaaf gedaan van de
verplichtingen van [echtgenoot] en [eiseres] jegens Rabobank, waarbij is gemeld dat de gevestigde hypotheekrechten ter zekerheid van deze vorderingen strekten.
m) Bij brief van 14 december 2015 heeft [eiseres] de vernietiging ingeroepen van de
borgtochtovereenkomst en Rabobank tevens aangesproken op haar zorg- en
waarschuwingsplicht.
n) Het registergoed is verkocht voor een koopsom ad € 670.000,-- en op 1 april 2016
geleverd. Met inbegrip van de borg ad € 75.000,-- bedroeg de vordering van
Rabobank op [echtgenoot] en [eiseres] € 664.200,09, welk bedrag uit de opbrengst
van het registergoed alsmede uit een bijbetaling ad € 5.235,37 vanwege [echtgenoot] en [eiseres] is voldaan.