Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van 26 oktober 2016 van de meervoudige kamer in de zaak tussen
[naam eiser] te [woonplaats eiser] , eiser,
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda, verweerder.
.
Procesverloop
Overwegingen
lees: 2030, hierna: Structuurvisie) beoogde ruimtelijke kwaliteitsverbetering teweeg zal brengen. In de aan het bestreden besluit ten grondslag liggende beleidsnotitie is uitgebreider ingegaan op de beoogde kwaliteitsverbetering. Aangegeven is dat in Breda behoefte bestaat aan (grote) woonpanden op exclusieve locaties, dat [wijk 1] een populair woongebied is onder gezinnen die stedelijk willen wonen en dat de Willem van Oranjelaan een woonmilieu met grotere eengezinswoningen/herenhuizen heeft en daarmee een van de woonstraten is voor dit segment. Desgevraagd is ter zitting namens het college verklaard dat deze invulling van de kwaliteitsverbetering is afgeleid uit de Structuurvisie, maar de rechtbank heeft dit niet zo concreet als verwoord in deze beleidsnotitie terug kunnen vinden. Daarmee ontbeert het bestreden besluit een deugdelijke motivering.