ECLI:NL:RBZWB:2016:6743
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van onbetaalde commissie en schadevergoeding in het kader van een bemiddelingsovereenkomst met concurrentiebeding
In deze zaak vordert eiser, een zelfstandig vertegenwoordiger, betaling van onbetaalde commissie en schadevergoeding van de besloten vennootschap Premium Ceilings Franchising B.V. (PCF). De vordering is gebaseerd op een bemiddelingsovereenkomst die tussen partijen heeft bestaan van 14 oktober 2014 tot 9 november 2015. Eiser stelt dat PCF de overeenkomst op 9 november 2015 mondeling heeft opgezegd zonder de overeengekomen opzegtermijn van één maand in acht te nemen, waardoor hij schade heeft geleden. Eiser vordert een totaalbedrag van € 12.438,43, inclusief rente en incassokosten.
PCF voert verweer en vordert in reconventie betaling van een bedrag van € 11.305,-- en stelt dat eiser zich schuldig heeft gemaakt aan onrechtmatig handelen door het concurrentiebeding te overtreden. De kantonrechter heeft de vorderingen in conventie en reconventie gezamenlijk beoordeeld. De kantonrechter oordeelt dat PCF tekort is geschoten in de nakoming van de overeenkomst door de opzegtermijn niet in acht te nemen, en kent eiser een schadevergoeding toe van € 1.600,--. Daarnaast wordt PCF veroordeeld tot betaling van de onbetaalde commissie van € 10.381,--, vermeerderd met wettelijke handelsrente.
De kantonrechter wijst de vorderingen van PCF in reconventie af, omdat de concurrentiebeding niet van toepassing is gezien de wijze van beëindiging van de overeenkomst. De proceskosten worden toegewezen aan eiser, die in het gelijk is gesteld. Dit vonnis is uitgesproken op 19 oktober 2016 door kantonrechter J.A. van Voorthuizen.