Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
kennelijk ongegrondverklaard. De officier van justitie overweegt hierbij -zo blijkt uit het zaakoverzicht- in een standaard overweging (bouwsteen:930!): “U hebt beroep ingesteld tegen de opgelegde sanctie. U stelt dat er sprake is van omstandigheden waardoor uw motorrijtuig niet verzekerd of geschorst was. De officier van justitie overweegt dat u als kentekenhouder verantwoordelijk bent voor het nakomen van de motorrijtuig gebonden verplichtingen, zoals de verzekerings- of schorsingsplicht. U hebt niet voldoende aannemelijk gemaakt dat de beschikking onterecht aan u is opgelegd. Ook geven de omstandigheden geen aanleiding om de beschikking te vernietigen of het sanctiebedrag te verlagen. Alles overwegende verklaart de officier van justitie het beroep kennelijk ongegrond. Omdat het beroep kennelijk ongegrond is, wordt voorbijgegaan aan een eventueel verzoek te worden gehoord.”
1.De beoordeling
een gevoel van plaatsvervangende schaamtebij het zien van de wijze, waarop door of namens de officier van justitie voormeld beroep van betrokkene bij de officier van justitie is afgedaan. Met toepassing van bouwsteen 930 gaat de bevoegde officier van justitie ten onrechte op geen enkele wijze in op de bijzondere (persoonlijke) omstandigheden die door betrokkene werden aangevoerd. De kantonrechter heeft ter zitting al aangegeven niet te begrijpen hoe de officier van justitie tot een dergelijke beslissing is kunnen komen. Het zegt ook wel iets over de wijze, waarop dit soort beroepen, door of namens de bevoegde officier van justitie worden afgedaan.
op voorhand redelijkerwijs geen twijfel mogelijk isdat de bezwaren niet kunnen leiden toen een andersluidend besluit. Deze omstandigheid doet zich hier echter niet voor. Betrokkene had in zijn beroepschrift bij de officier van justitie overigens ook niet de wens geuit om in die procedure te worden gehoord.
2.De beslissing
- wijzigt de bestreden beslissing in die zin, dat de sanctie wordt gematigd tot nihil inclusief de administratiekosten;
- draagt de officier van justitie op een bedrag van € 337,