Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- het tussenvonnis van 1 april 2015
- het proces-verbaal van comparitie van 23 juni 2015.
2.De feiten
Partijen hadden over en weer vorderingen op elkaar. Deze zijn tussentijds verrekend.
Skidome heeft de inventaris aan de nieuwe exploitant verhuurd.
3.Het geschil
De curator vordert ook de waarde van de voorraad die op 18 augustus 2014 aanwezig was. Die voorraden zijn gebruikt door de in opdracht van Skidome werkende opvolgende exploitant. De waarde van deze goederen wordt door de curator geschat op € 5.000,-, welk bedrag hij ook vordert.
De verrekening die heeft plaatsgevonden had geen betrekking op alle facturen. Het was slechts een inkorting van de lijst van vorderingen die partijen over en weer hadden.
Skidome heeft geen voorraden tot zich genomen en wijst ook de daarop betrekking hebbende vordering af.
4.De beoordeling
Partijen zijn het er over eens dat van de koopsom € 50.000,- is betaald. Uit de debiteurenlijst van Skidome (prod. 8 bij dagvaarding) blijkt dat eind 2012 nog € 40.750,00 openstond. Uit die lijst blijkt tevens dat het openstaande saldo, inclusief een door De Zeeuwse Alp te betalen huurwaarborg per 31 januari 2014 € 55.494,75 bedroeg.
Gezien deze boekhoudkundige handelingen staat vast dat het restant van de vordering tot betaling van de inventaris is verrekend met vorderingen van De Zeeuwse Alp op Skidome. Partijen hadden over en weer verrekenbare vorderingen en hebben die ook daadwerkelijk verrekend.
De curator heeft de waarde van de inventaris gesteld op minimaal € 108.900,- inclusief BTW. Dat is de oorspronkelijke koopsom. Een ander referentiepunt is de boekhouding van gefailleerde waarin de inventaris is opgenomen voor € 125.000,-.
Deze genoemde waarden zijn gelijk of hoger dan de koopprijs die De Zeeuwse Alp bij aanvang heeft betaald. Partijen zijn het niet eens over de waarde van de inventaris. Er zal een taxatie nodig zijn op basis van de door de deurwaarder bij het beslag op de inventaris opgemaakte lijst, zoals door de curator aangeboden.
De rechtbank overweegt een deskundige te benoemen. Zij zal de zaak naar de rol verwijzen zodat partijen zich kunnen uitlaten over de te benoemen deskundige (wie kan de taxatie uitvoeren) en de aan de deskundige te stellen vragen.
Wellicht dat partijen ook nog een vergelijk kunnen treffen over de schadevergoeding.