ECLI:NL:RBZWB:2016:122
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering ZW-uitkering door UWV en de beoordeling van arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft eiser beroep ingesteld tegen het besluit van het UWV van 13 juli 2015, waarin zijn aanspraak op een Ziektewet (ZW) uitkering werd geweigerd per 22 april 2015. De rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft op 7 januari 2016 uitspraak gedaan in deze zaak. Eiser, bijgestaan door zijn gemachtigde mr. M. Akca-Altun, heeft tijdens de zitting op 27 november 2015 zijn standpunten toegelicht. Het UWV was vertegenwoordigd door een medewerker en er was ook een tolk aanwezig. Eiser betoogde dat zijn beperkingen door de verzekeringsarts waren onderschat, wat leidde tot een onjuiste beslissing op arbeidskundige gronden. De rechtbank heeft vastgesteld dat het medisch onderzoek door de verzekeringsartsen zorgvuldig is uitgevoerd en dat de bevindingen van de verzekeringsartsen niet ter discussie staan. De rechtbank oordeelde dat eiser geschikt was voor zijn eigen arbeid en dat het UWV terecht de ZW-uitkering had geweigerd. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en zag geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.