Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Ontstaan en loop van het geding
2.Feiten
- een afschrift van de interne compensatieregeling (‘Set-Off’) tussen belanghebbende, [E], [F], [G] en [H BV]; en
- de factuur van [H BV] aan belanghebbende voor een bedrag van € 832.100.
3.Geschil
4.Beoordeling van het geschil
5.Proceskostenvergoeding
6.Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar alsmede de naheffingsaanslag, de boetebeschikking en de beschikking heffingsrente;
- veroordeelt de inspecteur in de proceskosten van belanghebbende ten bedrage van € 1.225;
- gelast dat de inspecteur het door belanghebbende betaalde griffierecht van € 318 aan deze vergoedt.
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden: