9.De beslissing
- verklaart de officier van justitie niet-ontvankelijk in de vervolging van verdachte voor de onder 4, 5 en 6 tenlastegelegde feiten;
- verklaart de officier van justitie voor het overige ontvankelijk;
-
spreekt verdachte vrijvan de onder 1 en 3 tenlastegelegde feiten;
- verklaart het ten laste gelegde bewezen, zodanig als hierboven onder 4.4. is omschreven;
- spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezen verklaarde het volgende strafbare feit oplevert:
feit 2:Met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige
handelingen plegen;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 13 (dertien) dagen;
- bepaalt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf;
- verstaat dat de onvoorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf reeds door verdachte is ondergaan;
- veroordeelt verdachte tot
een taakstraf van 150 (hondervijftig) uren;
- beveelt dat indien verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht,
vervangende hechteniszal worden toegepast van
75 (vijfenzeventig) dagen;
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf van 3 (drie) maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar;
- bepaalt dat de voorwaardelijke straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast omdat verdachte zich voor het einde van de proeftijd schuldig maakt aan een strafbaar feit;
Benadeelde partij [benadeelde partij 1]
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [benadeelde partij 1] van
€ 437,92, waarvan € 87,92 ter zake van materiële schade en € 350,- ter zake van immateriële schade, en vermeerderd met de wettelijke rente, berekend voor wat betreft de materiële schade vanaf 30 januari 2012 en voor wat betreft de immateriële schade vanaf 29 oktober 2011 tot aan de dag der algehele voldoening.
- veroordeelt verdachte in de kosten van de benadeelde partij tot nu toe gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart de benadeelde partij in het overige gedeelte van de vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat die vordering bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
- legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 1] (feit 2), € 437,92 te betalen, bij niet betaling te vervangen door 8 (acht) dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;
- bepaalt dat bij voldoening van de schadevergoedingsmaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij vervalt en omgekeerd;
Benadeelde partij [benadeelde partij 2]
- verklaart de benadeelde partij [benadeelde partij 2] niet-ontvankelijk in haar vordering en bepaalt dat die vordering bij de burgerlijke rechter kan worden aangebracht;
Benadeelde partijen [benadeelde partij 3] en [benadeelde partij 4]
-verklaart de benadeelde partijen [benadeelde partij 3] en [benadeelde partij 4] niet-ontvankelijk in hun vorderingen.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.H. Nomes, voorzitter, mr. I.M. Josten en mr. R.A. Borm, rechters, in tegenwoordigheid van mr. A.J. Moggré-Hengst, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 13 mei 2015.
Mr. G.H. Nomes is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.