ECLI:NL:RBZWB:2014:738
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bevel tot wijziging van de akte van splitsing in appartementsrechtzaak
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, heeft de kantonrechter op 4 februari 2014 een beschikking gegeven in een verzoekschrift ex artikel 5:144 BW. De verzoekende partij, aangeduid als '[verzoekster]', heeft een bevel gevraagd tot wijziging van de akte van splitsing van een appartementsrecht. De aanleiding voor het verzoek is dat de feitelijke situatie van de bebouwing afwijkt van de juridische situatie zoals vastgelegd in de akte van splitsing. De verzoekster is eigenaar van gronden in [plaats] en heeft geconstateerd dat de gerealiseerde bebouwing niet overeenkomt met de juridische omschrijving in de akte van splitsing. Dit betreft een situatie als bedoeld in artikel 5:144 lid 1 sub c BW, waarbij de bouw of inrichting van het gebouw niet meer beantwoordt aan de omschrijving in de akte van splitsing.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verzoekster ontvankelijk is in haar verzoek en dat er een situatie is die wijziging rechtvaardigt. De rechter heeft de betrokken partijen, waaronder de hoofdvereniging '[naam]', opgeroepen om hun standpunten te delen. De hoofdvereniging heeft verweer gevoerd, maar erkent dat de feitelijke situatie afwijkt van de juridische situatie. De kantonrechter heeft de verzoekster in het gelijk gesteld en een bevel gegeven tot wijziging van de akte van splitsing, onder de voorwaarde dat het correcte aantal appartementen en de bijbehorende breukdelen in de notariële akte worden opgenomen.
De beslissing van de kantonrechter houdt in dat de hoofdsplitsingsakte moet worden aangepast zodat deze overeenkomt met de feitelijke situatie, en dat de verzoekster wordt veroordeeld in de proceskosten. Deze beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.