ECLI:NL:RBZWB:2014:554

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
30 januari 2014
Publicatiedatum
3 februari 2014
Zaaknummer
2366627_E30012014
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag en benoeming van beschermingsbewindvoerder in civiele procedure

In deze zaak heeft de kantonrechter te Bergen op Zoom op 30 januari 2014 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontslag van de huidige beschermingsbewindvoerder en benoeming van een opvolgend beschermingsbewindvoerder. De rechthebbende, die onder bewind was gesteld, heeft aangegeven ontevreden te zijn over de huidige bewindvoerder, die niet bereikbaar was en gemaakte afspraken niet nakwam. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huidige bewindvoerder ernstig tekort is geschoten in haar taken, wat heeft geleid tot een vertrouwensbreuk. De rechthebbende heeft diverse klachten geuit, waaronder het ontbreken van een budgetplan en onvoldoende inzicht in haar financiële situatie. De kantonrechter heeft de huidige bewindvoerder ontslagen en een opvolgend bewindvoerder benoemd, waarbij is bepaald dat eventuele kosten voor de intake van de nieuwe bewindvoerder ten laste komen van de huidige bewindvoerder. De beslissing is genomen na een mondelinge behandeling waarbij de huidige bewindvoerder niet aanwezig was, maar wel schriftelijk heeft gereageerd. De kantonrechter heeft benadrukt dat de huidige bewindvoerder verantwoordelijk is voor een deugdelijke overdracht van het bewinddossier aan de opvolgend bewindvoerder. Tegen deze beschikking kan binnen drie maanden hoger beroep worden ingesteld.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Kanton
Bergen op Zoom
zaaknummer: 2366627 OV VERZ 13-4607
beschikking d.d. 30 januari 2014 op een verzoek tot ontslag als bewindvoerder en benoeming opvolgend bewindvoerder

1.Het procesverloop

1.1
Bij beschikking van de kantonrechter te Bergen op Zoom d.d. 17 september 2012 zijn de goederen van [rechthebbende], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum], wonende te [adres], hierna te noemen “rechthebbende” onder bewind gesteld met benoeming van[huidige bewindvoerder] , h.o.d.n. [naam], gevestigd te[adres], tot bewindvoerder, hierna te noemen: “[huidige bewindvoerder]”.
1.2
Op 18 september 2013 is ter griffie een verzoekschrift van de rechthebbende ontvangen waarin wordt gevraagd om een andere bewindvoerder te benoemen. Rechthebbende geeft - kort samengevat - aan dat zij niet tevreden is over de huidige bewindvoerder. [huidige bewindvoerder] is telefonisch niet bereikbaar en op e-mailberichten wordt niet gereageerd. Ter onderbouwing legt rechthebbende e-mailberichten over, alsmede het enige e-mailbericht dat zij van [huidige bewindvoerder] als antwoord hierop heeft ontvangen. Ook stelt rechthebbende dat [huidige bewindvoerder] gemaakte afspraken niet nakomt. Daarnaast heeft rechthebbende een begeleidende brief van [opvolgend bewindvoerder] overgelegd waarin hij aangeeft dat hij diverse malen getracht heeft om in contact te komen met [huidige bewindvoerder] om het dossier van rechthebbende over te nemen, maar dat er geen enkele reactie is ontvangen. Tevens heeft hij een bereidverklaring overgelegd om tot bewindvoerder te worden benoemd.
1.3
Op 23 september 2013 is een brief ontvangen van [opvolgend bewindvoerder] dat hij inmiddels per e-mailbericht een reactie heeft ontvangen van [huidige bewindvoerder]. Het e-mailbericht van [huidige bewindvoerder] heeft hij bij zijn brief bijgevoegd. [huidige bewindvoerder] geeft aan dat zij slecht bereikbaar was vanwege een technisch probleem en dat zij zal meewerken als rechthebbende een andere bewindvoerder wenst. Zij merkt daarbij op dat rechthebbende gelijk om een andere bewindvoerder vraagt als er iets niet loopt zoals rechthebbende wil.
1.4
[huidige bewindvoerder] is bij brief van 27 september 2013 verzocht om binnen 14 dagen te reageren op de klacht van rechthebbende. Zij heeft hier niet op gereageerd.
1.5
De kantonrechter heeft de bewindvoerder in onderhavig dossier, alsmede in een aantal andere dossiers waar zij als bewindvoerder is benoemd uitgenodigd voor een mondelinge behandeling om haar (dis)functioneren, althans haar tekortschieten als bewindvoerder te bespreken. Dit gesprek heeft plaatsgevonden op 17 december 2013.
1.6
Dit verzoek is mondeling behandeld op 16 januari 2014 in aanwezigheid van rechthebbende, alsmede [opvolgend bewindvoerder].
[huidige bewindvoerder] is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen.
Ter griffie is op 16 januari 2014 een schriftelijke reactie d.d. 14 januari 2014 ontvangen van [huidige bewindvoerder] waarin zij akkoord gaat met haar ontslag als bewindvoerder. Zij stelt dat rechthebbende een klacht heeft ingediend nadat zij geweigerd had de kinderbijslag naar rechthebbende over te maken. Ook zou rechthebbende nieuwe schulden hebben gemaakt. Daarnaast zou rechthebbende geen bewijzen overgelegd hebben van de besteding van een bedrag van € 1.500,00. Ter zitting weerspreekt rechthebbende het verweer van [huidige bewindvoerder].
Rechthebbende weerspreekt niet dat zij problemen heeft gehad met de Sociale Dienst, omdat haar zoon bij haar verbleef zonder dat hij bij de gemeente op haar woonadres stond ingeschreven. Rechthebbende benadrukt echter op dit punt nooit iets van haar beschermingsbewindvoerder te hebben gezien of gehoord. Rechthebbende geeft aan dat haar grootste probleem met [huidige bewindvoerder] steeds is geweest, dat zij van haar geen budgetplan kreeg en dat haar ook nooit een inzicht in haar inkomsten en uitgaven werd verschaft. Rechthebbende erkent dat zij nog steeds hulp nodig heeft bij de behartiging van haar vermogensrechtelijke belangen en dat zij nog veel vaardigheden op dit punt moet ontwikkelen.

2.De beoordeling

2.1
De kantonrechter stelt vast, dat rechthebbende de eerste zes maanden van haar bewindvoering met [huidige bewindvoerder] als beschermingsbewindvoerder best als positief heeft ervaren. Tijdens het kennismakingsgesprek klikte het volgens haar goed met [huidige bewindvoerder].
De problemen begonnen kennelijk in februari 2013 toen zij [huidige bewindvoerder] nadere vragen ging stellen over kinderbijslag waar zij recht op had. Dit ondermeer wat betreft de besteding van deze kinderbijslag. Zij slaagde er sindsdien nauwelijks in om telefonisch contact te krijgen met [huidige bewindvoerder]. Ook op vele e-mails werd niet of nauwelijks door [huidige bewindvoerder] gereageerd, aldus rechthebbende. Op verzoeken om een budgetplan te sturen wordt volgens rechthebbende eveneens niet door [huidige bewindvoerder] gereageerd. Enig inzicht in haar financiële situatie ontbreekt.
2.2
Opvallend is dat [huidige bewindvoerder] in feite niet weerspreekt dat zij als professioneel beschermingsbewindvoerder voor rechthebbende slecht bereikbaar was vanaf medio februari 2013. Ook weerspreekt [huidige bewindvoerder] niet, dat zij niet of nauwelijks heeft gereageerd op -van de zijde van rechthebbende- ontvangen e-mails. [huidige bewindvoerder] toont ook niet aan dat zij rechthebbende wel deugdelijk heeft geïnformeerd over haar inkomsten en uitgaven. Op het punt van het desgevraagd niet verstrekken van een budgetplan zegt [huidige bewindvoerder] ook niets.
2.3
Door zo te handelen is [huidige bewindvoerder] ernstig tekort geschoten in de uitvoering van haar taak als beschermingsbewindvoerder ten behoeve van rechthebbende. [huidige bewindvoerder] heeft geen inzage gegeven c.q. willen geven in de oorzaak/oorzaken van haar plotselinge disfunctioneren.
Dit ook niet in de gesprekken die de kantonrechter met haar heeft gevoerd, laatstelijk op 17 december 2013. Volstrekt begrijpelijk is, dat het vertrouwen bij rechthebbende in een vruchtbare voortzetting van dit beschermingsbewind, volledig is komen te vervallen.
De kantonrechter zal [huidige bewindvoerder] dan ook ontslaan als beschermingsbewindvoerder over rechthebbende onder gelijktijdige benoeming van een opvolgend beschermingsbewindvoerder.
2.4
Nu [opvolgend bewindvoerder], [adres], zich bereid hebben verklaard om tot opvolgend bewindvoerder benoemd te worden en tegen deze niet is gebleken van bezwaren, zal [opvolgend bewindvoerder]. voornoemd als opvolgend bewindvoerder worden benoemd met ingang heden.
2.5
Eventueel door de nieuwe bewindvoerder in rekening te brengen kosten met betrekking tot de intake komen ten laste van de rekening van de huidige bewindvoerder. Deze wijziging is een direct gevolg van het wegvallen van het vertrouwen tussen de huidige bewindvoerder en belanghebbende en de oorzaak voor deze vertrouwensbreuk is in overwegende mate gelegen in het (dis)functioneren van de huidige bewindvoerder. Gelet hierop dienen deze extra kosten niet voor rekening van rechthebbende te komen.
2.6
De huidige bewindvoerder is gehouden om op een deugdelijke wijze rekening en verantwoording af te leggen aan rechthebbende en aan de opvolgende bewindvoerder.
Ook dient zij voor een deugdelijke overdracht van het bij haar aanwezige bewinddossier zorg te dragen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
ontslaat, met ingang van 15 februari 2014 [huidige bewindvoerder], h.o.d.n. [naam], voornoemd als bewindvoerder over de goederen van de rechthebbende [rechthebbende];
benoemt, met ingang van 15 februari 2014 [opvolgend bewindvoerder], [adres], voornoemd, tot bewindvoerder over de goederen van de rechthebbende [rechthebbende];
verstaat dat te berekenen intakekosten in verband met deze wijziging ten laste van de rekening van [huidige bewindvoerder] , h.o.d.n. [naam] komen.
Deze beschikking is gegeven door mr. W.E.M. Verjans, kantonrechter, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 30 januari 2014.
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld:
door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van deze beschikking is verstrekt of verzonden: binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
door andere belanghebbenden: binnen drie maanden na de betekening van de beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.
Het beroepschrift moet door tussenkomst van een advocaat worden ingediend bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch.