Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
904,00(2 x € 452,00)
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak vorderde de vrouw, eiseres, op basis van artikel 843b van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) afgifte van documenten door de man, gedaagde, met wie zij een relatie heeft gehad. De vrouw stelde dat zij inzicht wilde in de financiële gegevens van de man over de jaren 2010 tot en met 2013, om haar standpunten in een eerdere alimentatieprocedure te onderbouwen. De rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Middelburg, heeft op 26 maart 2014 uitspraak gedaan in deze zaak.
De rechtbank oordeelde dat de vordering van de vrouw werd afgewezen. Artikel 843b Rv is niet bedoeld voor het opvragen van documenten waarvan de vrouw vermoedt dat deze steun kunnen geven aan haar stellingen over de inkomsten van de man. De rechtbank merkte op dat de partijen in 2010 zijn uiteengegaan en dat de vrouw onvoldoende onderbouwd had wat haar rechtmatig belang was om thans inzage in de gevraagde stukken te vorderen. De rechtbank stelde vast dat de vrouw in een eerdere procedure al had kunnen vragen om deze gegevens, maar dit niet had gedaan.
Daarnaast werd opgemerkt dat de vrouw, indien zij een wijziging in de kinderbijdrage wenst, een nieuwe procedure kan starten waarin de benodigde bewijsstukken mogelijk moeten worden overgelegd. De rechtbank veroordeelde de vrouw in de proceskosten, die aan de zijde van de man werden begroot op € 979,00. Het vonnis werd uitgesproken door mr. H.A. Witsiers en is openbaar gemaakt op dezelfde datum.