ECLI:NL:RBZWB:2014:2264
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Tussenuitspraak bestuurlijke lus
- Rechtspraak.nl
Tussenuitspraak over de beëindiging van een individuele vervoersvoorziening en de bruikbaarheid van een scootermobielpool
In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedateerd 3 april 2014, staat de zaak centraal van een eiseres die beroep heeft ingesteld tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Terneuzen. Dit besluit betreft de beëindiging van een individuele vervoersvoorziening in de vorm van een scootermobiel, en de aanbieding van deelname aan een scootermobielpool. Eiseres, die kampt met verschillende medische aandoeningen, stelt dat de scootermobielpool niet voldoet aan haar vervoersbehoefte en dat het college onvoldoende rekening heeft gehouden met haar beperkingen en persoonskenmerken. De rechtbank oordeelt dat het college niet voldoende onderzoek heeft gedaan naar de bruikbaarheid van de scootermobielpool voor eiseres en dat het besluit om haar individuele voorziening te beëindigen niet zorgvuldig is genomen. De rechtbank maakt gebruik van de bestuurlijke lus, waardoor het college de gelegenheid krijgt om het gebrek in het besluit te herstellen. De rechtbank stelt een termijn van zes weken in om dit te doen, waarna eiseres de mogelijkheid krijgt om te reageren op de herstelpoging. De rechtbank houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak.