3.1 In deze procedure wordt uitgegaan van de volgende feiten:
a. [X] is op 1 januari 1999 voor onbepaalde tijd in dienst getreden bij [de BV]. [X] was laatstelijk werkzaam in de functie van directeur/procuratiehouder, tegen een salaris van € 6.953,- bruto per maand exclusief 8% vakantietoeslag en overige emolumenten;
b. in artikel 9 van de tussen [X] en [de BV] gesloten arbeidsovereenkomst is het volgende bepaald: “Werknemer verbindt zich zijn gehele arbeidskracht ter beschikking van de Vennootschap te stellen en gedurende de dienstbetrekking zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de Vennootschap voor geen andere werkgevers werkzaam te zijn, noch direct, noch indirect, en zich te onthouden van het doen van zaken voor eigen rekening. De Vennootschap zal deze toestemming niet op onredelijke gronden mogen weigeren.”;
c. [Y] is op 16 augustus 2007 voor onbepaalde tijd in dienst getreden bij [de BV]. [Y] was laatstelijk werkzaam in de functie van officemanager, tegen een salaris van € 4.542,- bruto per maand exclusief 8% vakantietoeslag en overige emolumenten;
d. op 22 oktober 2009 hebben [X en Y] de besloten vennootschap [Q] (verder te noemen: [Q]) opgericht. [Y] is als bestuurder/algemeen directeur benoemd. [X en Y] zijn beiden elk voor 50% aandeelhouder van [Q];
e. op 11 februari 2010 heeft [Q] samen met [klant 3] de besloten vennootschap [de Academy] (verder te noemen: [de Academy]) opgericht. Beide vennootschappen zijn bestuurder van en voor elk 50% aandeelhouder van [de Academy];
f. [de Academy] is een commerciële relatie van [de BV]. De commerciële relatie bestaat er in ieder geval uit dat [de Academy] af en toe ten behoeve van eigen cursussen en opleidingen docenten van [de BV] inleent;
g. op 11 december 2012 hebben [X en Y] zich ziek gemeld;
h. de bedrijfsarts, de heer [naam bedrijfsarts], heeft [de BV] bij brieven van 4 januari 2013 bericht dat er naar zijn mening sprake is van een arbeidsconflict. Hij adviseert [de BV] om op korte termijn met [X en Y] in gesprek te gaan om een oplossing voor de ontstane situatie te bespreken. De bedrijfsarts eindigt zijn brieven met de volgende zin: “Na dit gesprek zijn er geen medische beperkingen meer voor werkhervatting en kan de ziekmelding beeindigd worden.”;
i. Op 13 februari 2013 heeft tussen [de BV] en [X en Y] het door de bedrijfsarts bedoelde gesprek plaatsgevonden;
j. [de BV] heeft [X en Y] bij brieven van 14 februari 2013 op staande voet ontslagen.
a) In de brief aan [X] is, voor zover van belang, het volgende medegedeeld:
“Recentelijk heb ik geconstateerd dat u en uw echtgenote, mevrouw [Y], verbonden bent met en activiteiten verricht ten behoeve van de onderneming [Q] te Tilburg. U bent met mevrouw [Y] tijdens het dienstverband met [de BV]. overgegaan tot oprichting van [Q] en deze vennootschap, waarvan u beide eigenaar bent, is voor 50%, althans voor een belangrijk deel, mede-aandeelhouder geworden en tevens bestuurder geworden van [Q] Uw echtgenote is bestuurder van [Q] [Q] verricht bedrijfsactiviteiten welke geheel althans gedeeltelijk concurrerend zijn met de bedrijfsactiviteiten van [de BV] Bovendien vinden er af en toe zakelijke transacties plaats tussen beide vennootschappen. Hierdoor heeft u tijdens het dienstverband een belang gekregen in een concurrent van uw werkgever, beconcurreert u tijdens dienstverband uw werkgever en is bovendien sprake van een ontoelaatbare tegenstrijdigheid van belangen althans belangenverstrengeling tussen hetgeen van u verwacht wordt als algemeen directeur en uw verbondenheid met en activiteiten ten behoeve van een concurrent. U had iedere schijn van belangenverstrengeling dienen te vermijden. Ik ben vandaag bij u op bezoek geweest en heb u en uw echtgenote geconfronteerd met mijn bevindingen. U ontkende aanvankelijk en verwees naar uw echtgenote. Uw echtgenote zei dat er geen klanten van ons bedrijf zijn benaderd. Ik heb u medegedeeld dat u en uw echtgenote met onmiddellijke ingang zijn geschorst. Ik acht het onacceptabel dat u in uw functie van directeur van [de BV] en in uw hoedanigheid van echtgenoot van mevrouw [Y] op deze wijze verbonden bent met en activiteiten verricht ten behoeve van een concurrerende onderneming en relatie. Verder is relevant dat in artikel 9 van de arbeidsovereenkomst een beding is opgenomen op grond waarvan u zich verplicht uw gehele arbeidskracht ter beschikking van de vennootschap te stellen en gedurende de dienstbetrekking -zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de vennootschap- voor geen andere werkgevers werkzaam te zijn, noch direct, noch indirect, en zich te onthouden van het doen van zaken voor eigen rekening. U overtreedt deze bepaling. Ook zijn in uw arbeidsovereenkomst een geheimhoudingsbeding en een relatiebeding inclusief boetebedingen opgenomen. Ik acht uw handelwijze en gedragingen een grove schending van de verplichtingen welke voor u als werknemer voortvloeien uit uw arbeidsovereenkomst en uit de wet. Ook acht ik uw gedragingen jegens uw werkgever onrechtmatig. De geconstateerde feiten zijn voor mij aanleiding u op staande voet te ontslaan. Door middel van deze brief beëindig ik uw arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang. Ook als slechts een deel van de hierboven geconstateerde feiten en omstandigheden komt vast te staan is dit voor mij een dringende reden het dienstverband met onmiddellijke ingang te beëindigen….”;
b) In de brief aan [Y] is, voor zover van belang, het volgende medegedeeld“Recentelijk heb ik geconstateerd dat u en uw echtgenoot, de heer [X], verbonden bent met en activiteiten verricht ten behoeve van de onderneming [Q] te Tilburg. U bent met de heer [X] tijdens het dienstverband met De [de BV] overgegaan tot oprichting van [Q] en deze vennootschap, waarvan u beide eigenaar bent, is voor 50%, althans voor een belangrijk deel, mede -aandeelhouder geworden en tevens bestuurder geworden van [Q] U bent bestuurder van [Q] [Q] verricht bedrijfsactiviteiten welke geheel althans gedeeltelijk concurrerend zijn met de bedrijfsactiviteiten van [de BV] Bovendien vinden er af en toe zakelijke transacties plaats tussen beide vennootschappen. Hierdoor heeft u -al dan indirect middels uw echtgenoot- een belang gekregen in een concurrent van uw werkgever, beconcurreert u uw werkgever en is bovendien sprake van een ontoelaatbare tegenstrijdigheid van belangen althans belangenverstrengeling tussen hetgeen van u verwacht wordt in uw functie van office manager en uw verbondenheid met een concurrent. U had iedere schijn van belangenverstrengeling dienen te vermijden. Ik ben vandaag bij u op bezoek geweest en heb u en uw echtgenoot geconfronteerd met mijn bevindingen. Uw echtgenoot ontkende aanvankelijk en verwees naar u en zei dat er geen klanten van ons bedrijf zijn benaderd. Ik heb u medegedeeld dat u en uw echtgenote met onmiddellijke ingang zijn geschorst. Ik acht het onacceptabel dat u in uw functie van office manager in dienst van [de BV] en in uw hoedanigheid van echtgenote van onze algemeen directeur op deze wijze verbonden bent met en activiteiten verricht ten behoeve van een concurrerende onderneming. Ik acht uw handelwijze en gedragingen een grove schending van de verplichtingen welke voor u als werknemer voortvloeien uit uw arbeidsovereenkomst en uit de wet. Ook acht ik uw gedragingen jegens uw werkgever onrechtmatig. De geconstateerde feiten zijn voor mij aanleiding u op staande voet te ontslaan. Door middel van deze brief beëindig ik uw arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang. Ook als slechts een deel van de hierboven geconstateerde feiten en omstandigheden komt vast te staan is dit voor mij een dringende reden het dienstverband met onmiddellijke ingang te beëindigen….”;
k. [de BV] heeft op 14 februari 2013 voor [X en Y] ontslagvergunningen -voor zover nodig- bij het UWV WERKbedrijf aangevraagd. De procedures bij het UWV WERKbedrijf lopen thans nog.