ECLI:NL:RBZWB:2013:BY8722
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot het stellen van een termijn voor aanvaarding of verwerping van een nalatenschap en benoeming van een vereffenaar
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 10 januari 2013 een beschikking gegeven naar aanleiding van een verzoek ex artikel 4:192, lid 2 van het Burgerlijk Wetboek. Het verzoekschrift, ingediend door mr. G.Z.U. Virágh namens verzoeker, betreft de nalatenschap van een overleden persoon, hierna aangeduid als 'erflater'. Verzoeker, die de nalatenschap beneficiair heeft aanvaard, verzoekt de kantonrechter om een termijn te stellen voor erfgename om zich uit te laten over de aanvaarding of verwerping van de nalatenschap. Daarnaast verzoekt verzoeker om de benoeming van een vereffenaar, wat echter niet binnen de bevoegdheid van de kantonrechter valt.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat erflater geen testament heeft achtergelaten en dat hij twee kinderen had, waaronder verzoeker en erfgename. Verzoeker heeft herhaaldelijk geprobeerd om erfgename te bereiken, maar zij heeft tot op heden geen keuze gemaakt over de aanvaarding of verwerping van de nalatenschap. De kantonrechter oordeelt dat het redelijk is om erfgename een termijn van vier weken te geven om haar keuze kenbaar te maken, te rekenen vanaf de dag waarop verzoeker de beschikking aan haar heeft betekend.
Wat betreft het verzoek om benoeming van een vereffenaar, heeft de kantonrechter zich onbevoegd verklaard, aangezien deze beslissing aan de rechtbank toekomt. De zaak wordt daarom verwezen naar de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, Team civiel, voor verdere behandeling van het verzoek tot benoeming van een vereffenaar. De beschikking is openbaar uitgesproken op de zitting van 10 januari 2013.