ECLI:NL:RBZWB:2013:6711
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot betaling van achterstallig loon en vakantietoeslag in kort geding
In deze zaak vordert eiseres, een interieurverzorgster, in kort geding betaling van achterstallig loon en vakantietoeslag van gedaagde, een besloten vennootschap. Eiseres stelt dat zij sinds januari 2013 geen loon meer heeft ontvangen, terwijl zij in dienst is sinds september 2011. De vordering betreft een totaalbedrag van € 3.725,00 bruto, inclusief wettelijke verhoging en rente. Gedaagde betwist de vordering en stelt dat de arbeidsovereenkomst niet geldig is, omdat de ondertekenaar niet bevoegd was. Tevens wordt aangevoerd dat eiseres de arbeidsovereenkomst op 3 april 2013 heeft opgezegd.
De kantonrechter oordeelt dat eiseres een spoedeisend belang heeft bij haar vordering en dat er voldoende bewijs is voor de geldigheid van de arbeidsovereenkomst. De kantonrechter wijst de vordering tot betaling van het achterstallige loon en vakantietoeslag toe, met inachtneming van een eerder ontvangen voorschot. Ook de vordering tot afgifte van loonspecificaties wordt toegewezen, zij het met een gematigde dwangsom. Gedaagde wordt veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak is gedaan op 4 juli 2013.