3.1.Op grond van de niet of onvoldoende weersproken stellingen en de overgelegde producties wordt uitgegaan van de navolgende feiten:
Opvoedpoli is op grond van de Wet toelating zorginstellingen in december 2008 toegelaten als instelling voor medisch specialistische zorg; zij is gestart met één vestiging in Amsterdam en heeft inmiddels twintig vestigingen in geheel Nederland.
Opvoedpoli onderscheidt zich in de markt doordat zij onder één dak particuliere dienstverlening, preventie, jeugdzorg, onderwijsbegeleiding, AWBZ-zorg en eerste- en tweedelijns GGZ aanbiedt aan kinderen, jongvolwassenen tot 23 jaar en hun ouders.
De door Opvoedpoli verleende zorg heeft betrekking op vragen en problematiek rondom ouderschap, opvoeding en ontwikkeling en omvat zowel diagnostiek als behandeling.
CZ heeft in 2009 en 2010 met Opvoedpoli zorgovereenkomsten gesloten.
Sinds 2011 declareert Opvoedpoli de door haar verleende zorg aan CZ-verzekerden rechtstreeks bij CZ; daartoe hebben de verzekeringnemers van CZ de uit de met CZ gesloten verzekeringsovereenkomst voorvloeiende vorderingsrechten ten aanzien van kosten van zorg verleend door Opvoedpoli, aan Opvoedpoli gecedeerd.
CZ vergoedt sinds 2011 de aldus door Opvoedpoli ingediende declaraties met betrekking tot verzekerden met een naturaverzekering – ingevolge artikel 13 Zvw – voor 75% van het marktconforme tarief. Aan verzekerden met een restitutiepolis vergoedt CZ 100% van de declaraties.
CZ heeft haar polisvoorwaarden aldus gewijzigd dat CZ met ingang van 1 januari 2013 de zorg die Opvoedpoli aan CZ-verzekerden verstrekt niet langer voor 75%, maar slechts voor 50% van het marktconforme tarief vergoedt. De vergoeding voor verzekerden met een restitutiepolis blijft ook in 2013 100%.
CZ heeft vanaf 14 februari 2013 de declaraties van Opvoedpoli in het geheel niet meer vergoed en als reden voor die stopzetting aangegeven dat niet zou zijn aangetoond dat de door Opvoedpoli gedeclareerde zorg verzekerde zorg in de zin van de Zvw c.a. en haar polisvoorwaarden betreft.
Opvoedpoli heeft inmiddels aan ingediende declaraties die betrekking hebben op 2012 een bedrag van ca. € 550.000,-- bij CZ open staan.
De Verzekeringsvoorwaarden Zorgverzekeringen en Aanvullende Verzekeringen 2012, door Opvoedpoli overgelegd als productie 1, omvatten de navolgende artikelen, waarvan de relevante tekst luidt:
Artikel B.19.2.2. Specialistische GGZ zonder opname
B.19.2.2.1. Omschrijving van de zorg
De zorg omvat specialistische geestelijke gezondheidszorg (specialistische GGZ) naar de normen van psychiaters, zenuwartsen en klinisch psychologen
zonderdat opname in een psychiatrisch ziekenhuis (…) plaatsvindt. Onder deze specialistische geestelijke gezondheidszorg verstaan wij diagnostiek (het vaststellen van de aandoening) en specialistische behandeling van ingewikkelde (complexe) psychische aandoeningen.
De zorg omvat tevens:
a. de psychotherapie, waaronder (langdurige) psychoanalytische psychotherapie;
b. andere specialistische GGZ zonder opname;
c. de verpleging, geneesmiddelen, hulpmiddelen en verbandmiddelen die bij de behandeling horen.
(…)
De zorg omvat niet:
- neurofeedback;
- psychoanalyse;
- behandeling van aanpassingsstoornissen
B.19.2.2.2. Voorwaarden
De voorwaarden om voor de zorg in aanmerking te komen zijn verschillend voor:
- psychotherapie (…)
- andere specialistische GGZ zonder opname (…)
In ieder van de twee daarop volgende voorwaarden B.19.2.2.2.1. en B. 19.2.2.2.2 is onder het kopje ‘Verwijzing’ bepaald dat een verwijzing noodzakelijk is door een huisarts, arts verstandelijk gehandicapten, specialist ouderengeneeskunde, jeugdarts, psychiater, zenuwarts, bedrijfsarts ( de bedrijfsarts kan niet verwijzen als sprake is van (langdurige) psychoanalytische psychotherapie) of Bureau Jeugdzorg als bedoeld in de Wet op de jeugdzorg.
Onder het kopje ‘Zorgverlener” is bepaald
- een psychiater, zenuwarts, psychotherapeut, klinisch psycholoog of instelling voor medisch specialistische zorg verleent de psychotherapie.
- een psychiater, zenuwarts of instelling voor medisch specialistische zorg verleent de zorg voor andere specialistische GGZ zonder opname.
CZ heeft Opvoedpoli bij brieven van 21 februari, 7 maart en 8 mei 2013 gevraagd om nadere informatie over de door Opvoedpoli verleende zorg. Opvoedpoli heeft bij brieven van 13 maart, 28 maart en 24 april 2013 op die verzoeken gereageerd.
Bij brief van 22 mei 2013 heeft Opvoedpoli aan CZ medegedeeld:
“Wij kunnen u, zoals u weet, alleen dossierinhoudelijke informatie geven als u bij materiële controles voldoet aan de geldende wet- en regelgeving.”(..)In uw brief van 8 mei 2013 staat een aantal algemene zaken waarover u informatie vraagt. Dat is informatie die wij u graag doen toekomen. In deze brief zullen wij de door u aangedragen punten nalopen en beschrijven. Bij deze brief vindt u tevens enkele bijlagen waarin een aantal thema’s nader wordt toegelicht. Wij zijn blij dat wij dit namens alle verzekerden van CZ die bij ons in zorg zijn (geweest), kunnen doen. Voor verzekerden zelf is een dergelijke gedetailleerde uitvraag van informatie over hun zorgverlener een moeilijke zaak, zo lijkt ons.In de bij die brief gevoegde bijlage ‘Zorgpaden curatieve GGZ bij Opvoedpoli’ is in hoofdstuk 1, Inleiding, ondermeer vermeld:
Over cliënten en deelmarkten
Voor wat betreft het onderscheid in typen cliënten, hanteren wij de indeling zoals deze wordt voorgesteld door Agis-Achmea:
Deelmarkt 1:
Geïndiceerde preventie bij stemmingsklachten, gedragsproblemen en KOPP.
Deelmarkt 2:
Curatieve GGZ, zorg die grotendeels volgens protocol kan worden uitgevoerd.
Deelmarkt 3:
Zorg voor kinderen/jeugdigen met een complexe GGZ-zorgvraag en hun gezin.
Deelmarkt 4:
Zorg aan multiprobleemgezinnen en dakloze jongeren.
De navolgend beschreven zorgpaden betreffen met name deelmarkt 2, conform de gestelde eisen door de zorgverzekeraars. Het grootste deel van de cliënten van de Opvoedpoli vallen echter binnen deelmarkt 3 en 4. Juist voor deze doelgroep heeft onze geïntegreerde aanpak op maat een grote meerwaarde. Uitgangspunt is wel steeds dat de beschreven zorgpaden ook binnen de behandelingen binnen deelmarkt 3 en 4 herkenbaar moeten zijn. De hulp heeft in deze cliëntgroepen echter een bredere scope en omvat alle levensgebieden. Veelal worden de in dit stuk beschreven zorgpaden derhalve aangevuld met pedagogische en systemische interventies. Deze zullen in een later stadium worden beschreven.
Bij brief van 31 mei 2013 heeft CZ aan Opvoedpoli onder meer medegedeeld:
(…)
1. In onze brief (verwezen is naar de brief van CZ van 8 mei 2013
) hebben wij onder 1 een aantal vragen gesteld die erop gericht waren vast te stellen of de Opvoedpoli verzekerde zorg verleent zoals omschreven in de Verzekeringsvoorwaarden van CZ. Bij de beantwoording van deze vraag is in het bijzonder bijlage 1 bij uw brief (Zorgpaden, curatieve GGZ bij de Opvoedpoli) van belang. In dit document geeft u aan dat u de indeling in deelmarkten hanteert zoals voorgesteld door Agis-Achmea. U geeft aan dat het grootste deel van de cliënten van de Opvoedpoli valt binnen deelmarkten 3 en 4 en dat deelmarkt 2 wordt bestreken door de zorgpaden die in het vervolg van het document worden beschreven.
2. Wij hebben de zes beschreven zorgpaden die betrekking hebben op deelmarkt 2 bestudeerd. Vooralsnog gaan wij er vanuit dat de daarin beschreven vormen van onderzoek, diagnostiek en behandeling kunnen worden beschouwd als specialistische geestelijke gezondheidszorg zoals bedoeld in onderdeel B.19.2.2.1 van de Verzekeringsvoorwaarden. Wij kunnen niet vaststellen of in de praktijk van de zorgverlening overeenkomstig de beschrijving van deze zorgpaden wordt gehandeld, maar wij zijn voor dit moment bereid ervan uit te gaan dat dit het geval is.
3. In het document ‘Zorgpaden’ hebt u voor elk afzonderlijk zorgpad de DBC’s vermeld die Opvoedpoli in rekening brengt. Op basis van het document nemen wij aan dat per zorgpad de juiste DBC’s worden gedeclareerd volgens de tariefbeschikking van de NZa (kenmerk TB/CU- 5047-01, per 1 januari 2012 en kenmerk TB/CU 5066 per 1 januari 2013):- zorgpad ADHD: DBC voor ‘aandachtstekort- en gedragsstoornissen’- zorgpad angststoornissen: DBC voor ‘angststoornissen’- zorgpad autisme: DBC voor ‘pervasieve stoornissen’- zorgpad ODD/CD: DBC voor ‘aandachtstekort- en gedragsstoornissen’- zorgpad stemmingsstoornissen: DBC voor ‘depressieve stoornissen’- zorgpad trauma en kindermishandeling: DBC voor ‘angststoornissen’- Wij gaan er vooralsnog van uit dat de hiervoor genoemde DBC’suitsluitendworden gedeclareerd voor zorg die wordt verleend in het kader van de genoemde zorgpaden.
4. Gelet op onze bevindingen en de hiervoor vermelde aannames zijn wij bereid de hiervoor genoemde DBC’s aan u te voldoen tot de percentages van onze verzekeringsdekking voor niet-gecontracteerde zorg. Deze betaling geschiedt onder het voorbehoud van de uitkomsten van een materiële controle, ter zake waarvan wij onze rechten voorbehouden.5. Ten aanzien van de door u genoemde deelmarkten 1, 3 en 4 schiet de door u verstrekte informatie tot dusver tekort. Over deelmarkt 1 hebben wij in uw brief en de bijlagen in het geheel geen informatie aangetroffen. Over deelmarkten 3 en 4 geeft u in het document ‘Zorgpaden’ aan dat ‘het grootste deel van de cliënten van de Opvoedpoli vallen [..] binnen deelmarkt 3 en 4. U spreekt in dit verband over uw ‘geintegreerde aanpak’, waarbinnen de zorgpaden herkenbaar moeten zijn. Daaraan voegt u toe dat ‘de hulp in deze cliëntgroepen een bredere scope heeft en alle levensgebieden omvat’. In het document ‘Verzekerde GGZ bij de Opvoedpoli’ geeft u aan dat de Opvoedpoli gespecialiseerd is in gezinsbehandeling. Deelmarkt 3 zou 42% van uw ggz-cliënten omvatten, namelijk ‘jeugdige cliënten met een zeer specialistische zorgvraag en hun omgeving’. Deelmarkt 4 zou 22% van uw ggz-cliënten omvatten, namelijk ‘multiprobleemgezinnen’ die een langdurige hulpverleningsgeschiedenis hebben.
6. In deze en de verder door u aangereikte documentatie hebben wij geen omschrijving van de door u aangeboden zorg aangetroffen die aanknopingspunten geeft voor de conclusie dat er sprake is van verzekerde zorg in de zin van de verzekeringsvoorwaarden.
7. De overige door u verstrekte informatie roept veeleer nog extra twijfel op over de kwalificatie van de door u aangeboden zorg. Zo is op p. 5 van het document ‘Verzekerde GGZ bij de Opvoedpoli’ een tabel opgenomen waarin u verzekerde en niet-verzekerde zorg van elkaar onderscheidt. Het valt op dat onder verzekerde ggz onder andere worden genoemd ‘kortdurende leerkrachtbegeleiding’, ‘family mediation’ en ‘zorgcoördinatie in het gezin’, activiteiten die volgens elke gangbare omschrijving niet tot het domein van de specialistische ggz behoren. Wij verwijzen u in dit verband ook naar de voorbeelden van zorg die volgens het slot van B.19.2.2.1 van de Verzekeringsvoorwaarden van verzekeringsdekking zijn uitgesloten.En zo heeft ook de aandacht getrokken dat u (althans in 2011) in 40,5 van de gevallen ‘Andere aandoeningen’ heeft gedeclareerd (in geld is dit 50,8%), welke DBC niet te rijmen is met de door uzelf omschreven zorgpaden.
8. Gezien het voorgaande kunnen wij op dit moment door u ingediende declaraties voor zorg die in uw indeling valt in deelmarkten 1, 3 en 4 niet honoreren.
9. Wij zullen graag gebruik te maken van de uitnodiging voor overleg in uw brief van 22 mei 2013. Wij verzoeken u ons in dat overleg aan te tonen dat andere zorg dan behorend in deelmarkt 2 kan worden gekwalificeerd als verzekerde zorg overeenkomstig onze Verzekeringsvoorwaarden.(…)