ECLI:NL:RBZUT:2012:BV3374

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
8 februari 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
06/460281-05
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • J. Ouweneel
  • A. van der Hooft
  • M. van Lookeren Campagne
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met twee jaar voor betrokkene met complexe problematiek

Op 8 februari 2012 heeft de Rechtbank Zutphen uitspraak gedaan in de zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een betrokkene, geboren in 1979, die momenteel verblijft in FPC Oldenkotte. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar toegewezen. De beslissing is gebaseerd op een verlengingsadvies van 6 september 2011, opgesteld door een team van deskundigen, waaronder psychiater H. de Boer en hoofd behandeling R. Panjer. Dit advies beschrijft de complexe problematiek van de betrokkene, waaronder een aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit, middelenproblematiek en een borderline persoonlijkheidsstoornis met antisociale trekken. De deskundigen hebben geconcludeerd dat bij onmiddellijke beëindiging van de maatregel het recidiverisico op korte termijn als matig tot hoog en op lange termijn als hoog wordt ingeschat. De rechtbank heeft ook de rapporten van gezondheidspsycholoog P.K. Kristensen en psychiater G.T. Gerssen in overweging genomen, die eveneens adviseren om de TBS-maatregel met twee jaar te verlengen. De rechtbank oordeelt dat de veiligheid van anderen en de algemene veiligheid van personen in dit geval vereisen dat de termijn van de terbeschikkingstelling wordt verlengd. De betrokkene heeft de afgelopen periode wel enige vooruitgang geboekt, maar is nog niet in staat om zelfstandig te functioneren in de maatschappij. De rechtbank heeft de beslissing genomen in aanwezigheid van de raadsman, mr. G.A. Pots, en de griffier, Van Aalst, en heeft de zaak behandeld op een openbare terechtzitting.

Uitspraak

Sector Straf
Meervoudige kamer
Parketnummer: 06/460281-05
raadsman: mr. G.A. Pots
Op 10 oktober 2011 is ter griffie van deze rechtbank ingediend een vordering van de officier van justitie in dit arrondissement, strekkende tot verlenging van de terbeschikkingstelling van:
[veroordeelde],
geboren te [plaats, 1979],
thans verblijvend in FPC Oldenkotte, locatie Rekken te Rekken,
met een termijn van twee jaar.
De maatregel van terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege is opgelegd bij vonnis van deze rechtbank van 4 november 2005, ingegaan op 19 november 2005 en laatstelijk verlengd bij beslissing van deze rechtbank van 27 november 2009.
De vordering is op de openbare terechtzitting behandeld door de rechtbank op 1 februari 2012. Van deze behandeling is proces-verbaal opgemaakt.
De rechtbank heeft de stukken bezien, waaronder:
• een verlengingsadvies gedateerd 6 september 2011 opgemaakt door H. de Boer, psychiater, R. Panjer, hoofd behandeling en J.H.M. Nijhuis, directeur/hoofd van de inrichting en allen verbonden aan Forensisch Psychiatrisch Centrum Oldenkotte;
• de wettelijke aantekeningen over de periode van september 2009 tot en met mei 2011;
• een advies van twee niet aan voormelde kliniek verbonden gedragsdeskundigen, bestaande uit een psychologisch rapport gedateerd 12 september 2011, opgemaakt door P.K. Kristensen, gezondheidspsycholoog en een psychiatrisch rapport gedateerd 10 september 2011, opgemaakt door G.T. Gerssen, psychiater.
Motivering
De vordering is binnen de in artikel 509o van het Wetboek van Strafvordering vermelde termijn ingediend.
De officier van justitie heeft ter terechtzitting de vordering tot verlenging met ene termijn van twee jaar gehandhaafd, gelet op de adviezen en de rapporten van de deskundigen.
De raadsman en betrokkene hebben zich bij de behandeling van de vordering op het standpunt gesteld dat zij zich kunnen vinden in een verlenging van de maatregel van terbeschikkingstelling voor de duur van twee jaar.
Uit het verlengingsadvies - in samenhang met de wettelijke aantekeningen – het psychologisch en het psychiatrisch rapport en de daarop gegeven toelichting door de deskundige R. Panjer, hoofd behandeling, komt onder meer het volgende naar voren.
In het verlengingsadvies van 6 september 2011 is onder meer het volgende beschreven. Bij betrokkene is sprake van een aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit, middelenproblematiek en een borderline persoonlijkheidsstoornis met antisociale trekken. Er is een lange voorgeschiedenis van gedragsproblemen en conflicten. De behandeling is gericht op stabilisatie van betrokkene. Dit brengt ene drietal thema’s met zich mee, respectievelijk stabiel houden van het toestandsbeeld, balans houden tussen beveiliging en kwaliteit van leven en doorplaatsen naar een longcare-unit, welke recent is aangepast naar een doorplaatsing naar een GGZ-instelling/woon-zorg boerderij. Betrokkene ziet zichzelf niet meer in de maatschappij functioneren. Wanneer met haar de opties worden besproken om terug te keren in de maatschappij raakt zij meteen ontregeld. Het verloop van de behandeling geeft op langere termijn geen aanleiding om het recidiverisico naar beneden bij te stellen. Bij onmiddellijke beëindiging van de huidige maatregel wordt het risico op een gewelddadig delict op korte termijn als matig tot hoog en op de lange termijn als hoog ingeschat. De copingvaardigheden van betrokkene zijn verre van adequaat. Wel is duidelijk dat betrokkene de afgelopen periode is gegroeid. Betrokkene heeft momenteel een machtiging dubbel begeleid verlof. Verwacht wordt dat betrokkene voldoende vaardigheden heeft voor kortdurende onbegeleide verloven mits er sprake is van een adequaat management en de verloven doelgericht zijn. Voor het opstarten van haar resocialisatie zal in het aankomende half jaar bekeken worden of het aanvragen van onbegeleide werkverloven aan de orde is. Zo kan betrokkene langzaam wennen aan meer (zelfstandige) verantwoordelijkheden.
Geadviseerd wordt de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen.
Het rapport van psychiater Gerssen van 10 september 2011 vermeldt onder meer het volgende.
Betrokkene is nog te afhankelijk van de geboden structuur en haar sociale vaardigheden en haar copingvaardigheden zijn nog onvoldoende om bij oplopen van spanning, weerstand te kunnen bieden aan haar primitief impulsgedrag. Er is thans onvoldoende waarborg dat destructief gedrag ook op termijn niet meer voor zal komen. Inmiddels is betrokkene gestart met begeleide verloven en zal zij de komende jaren nodig hebben om meer ervaring op te doen. Als haar vrijheden zijn vergroot en die zonder incidenten verlopen is het over twee jaar nog vroeg genoeg om te spreken over mogelijkheden in de transmurale richting. Betrokkene zal de verbetering die nu nog van korte duur is eerst moeten bestendigen. Geadviseerd wordt om de TBS-maatregel met twee jaar te verlengen.
Het rapport van gezondheidspsycholoog Kristensen, gedateerd 12 september 2011 vermeldt onder meer het volgende.
Bij betrokkene zal er sprake zijn van een hoog recidivegevaar zolang zij dat wil. Ten koste van alles wil betrokkene in de afhankelijke positie blijven. Met deze afhankelijkheid houdt zij iedereen in de tang. Zij is voldoende antisociaal en gewetenloos om haar omgeving te gebruiken voor haar eigen doeleinden. De proportionaliteit tussen haar oorspronkelijke delictgedrag en de duur van haar behandeling is inmiddels volstrekt zoek en er is sprake van ernstige hospitalisatie. Betrokkene heeft zich genesteld in een situatie met maximale zorg en veiligheid. Betrokkene is thans nog niet in staat om zich te handhaven in een andere setting dan de huidige. Het belangrijk om wel oog te houden voor de mogelijkheden tot een goed en zorgvuldig voorbereide overplaatsing naar een minder beveiligde setting met veel zorg. Inmiddels is er sprake van een positieve ontwikkeling die echter niet teveel benadrukt mag worden omdat betrokkene dan geneigd zal zijn deze teniet te doen. Geadviseerd wordt om TBS-maatregel met twee jaar te verlengen.
De rechtbank overweegt als volgt.
Bij betrokkene is sprake van een aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit, middelenproblematiek en een borderline persoonlijkheidsstoornis met antisociale trekken. Op grond van haar delictgeschiedenis in combinatie met de complexe problematiek wordt bij het direct wegvallen van de huidige maatregel van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege de kans op recidive op de korte termijn als matig tot hoog en op de lange termijn als hoog getaxeerd. De inschatting van het risico op lange termijn is zeer afhankelijk van het gevoel van veiligheid wat betrokkene ervaart van haar externe omgeving. Aangezien betrokkene zich nog zeer afhankelijk voelt van haar begeleiders en de steun, structuur en controle die de kliniek biedt, schat zij in dat haar resocialisatie zeer gefaseerd zal moeten worden opgestart. De rechtbank neemt deze bevindingen en conclusies over van de deskundigen.
Het vorenstaande leidt de rechtbank tot de conclusie dat de veiligheid van anderen, dan
wel de algemene veiligheid van personen in dit geval vereist dat de termijn van de
terbeschikkingstelling, welke maatregel onder meer is opgelegd ter zake van een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, wordt verlengd met een termijn van twee jaar.
Beslissing
De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling van betrokkene [veroordeelde] voornoemd voor de tijd van twee jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. Ouweneel, voorzitter, mrs. Van der Hooft en Van Lookeren Campagne, rechters, in tegenwoordigheid van Van Aalst, griffier en uitgesproken op de openbare terechtzitting van 8 februari 2012.