ECLI:NL:RBZUT:2011:BU7191
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- mr. Kleinrensink
- mrs. Van Breda
- mr. Aufderhaar
- Rechtspraak.nl
Verlenging van terbeschikkingstelling van veroordeelde in ontuchtzaak
Op 7 december 2011 heeft de Rechtbank Zutphen uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling van een 66-jarige man, veroordeeld voor ernstige seksuele delicten, waaronder verkrachting en ontucht met minderjarigen. De officier van justitie had een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaar, maar de betrokkene verzocht om een verlenging van slechts één jaar. De rechtbank heeft de zaak behandeld op een openbare zitting op 23 november 2011, waar deskundigen en de officier van justitie hun standpunten hebben toegelicht.
De rechtbank overwoog dat de betrokkene, die lijdt aan pedofilie en een narcistische persoonlijkheidsstoornis, zich actief inzet voor zijn behandeling en dat de medicatie goed lijkt te werken. Hij heeft geen seksuele fantasieën over minderjarigen en er is toezicht op zijn gedrag. De rechtbank concludeerde dat, gezien de problematiek van de betrokkene, permanente controle en begeleiding noodzakelijk zijn. De rechtbank achtte het herhalingsgevaar nog steeds aanwezig, wat de verlenging van de terbeschikkingstelling rechtvaardigde.
Uiteindelijk besloot de rechtbank om de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar te verlengen, met de mogelijkheid om over een jaar opnieuw te evalueren of een voorwaardelijke beëindiging van de maatregel mogelijk is. De rechtbank benadrukte dat de verlenging geen invloed mag hebben op toekomstige beoordelingen van de opgelegde maatregel. De beslissing werd genomen door een meervoudige kamer, waarbij mr. Aufderhaar niet in staat was om de beslissing mede te ondertekenen.