ECLI:NL:RBZUT:2010:BO0107
Rechtbank Zutphen
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot nakoming van de PPS-overeenkomst inzake de exploitatie van stortplaats De Sluiner te Wilp
In deze zaak vordert de gemeente Voorst nakoming van een overeenkomst met VAR betreffende de exploitatie van stortplaats De Sluiner. De overeenkomst, die in 1990 is gesloten, verplicht VAR om drie keer per jaar maximaal 500 kg huishoudelijk afval van de burgers van de gemeente Voorst gratis te accepteren. VAR heeft in oktober 2009 artikel 13 van deze overeenkomst opgezegd, wat de gemeente betwist. De voorzieningenrechter oordeelt dat de opzegging niet rechtsgeldig is, omdat deze een wijziging beoogt in een geheel van samenhangende afspraken, waarvoor opzegging niet bedoeld is. De vordering van de gemeente tot nakoming van de overeenkomst wordt toegewezen.
De procedure omvat een dagvaarding, conclusie van antwoord, proces-verbaal van de mondelinge behandeling en pleitnota's van beide partijen. De gemeente stelt dat de opzegging door VAR in strijd is met de redelijkheid en billijkheid, en dat VAR niet bevoegd is om van het erfpachtsrecht afstand te doen zonder medewerking van de gemeente. VAR voert verweer en stelt dat artikel 13 geen onderdeel uitmaakt van de erfpachtvoorwaarden en dat partiële opzegging mogelijk is.
De voorzieningenrechter concludeert dat de PPS-overeenkomst elementen van verschillende overeenkomsten bevat en dat de afspraken als een samenhangend geheel moeten worden beschouwd. De opzegging door VAR wordt niet rechtsgeldig geacht, en de gemeente wordt in het gelijk gesteld. VAR wordt veroordeeld om de overeenkomst na te komen en een dwangsom te betalen voor elke dag dat zij in strijd handelt met het vonnis. De proceskosten worden aan VAR opgelegd.