ECLI:NL:RBZUT:2010:BN4459
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- Kleinrensink
- Van Valderen
- Van der Mei
- Rechtspraak.nl
Tussenbeslissing in de strafzaak tegen verdachte C. inzake verzoeken van de verdediging
In deze tussenbeslissing heeft de Rechtbank Zutphen op 18 augustus 2010 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen verdachte C., die samen met twee medeverdachten wordt verdacht van betrokkenheid bij een fatale vechtpartij op 9 mei 2010 in Zutphen. De rechtbank heeft de verzoeken van de verdediging behandeld die tijdens de pro-formazitting op 4 augustus 2010 zijn ingediend. De verdediging heeft onder andere verzocht om het horen van verschillende getuigen, waaronder de gedragsdeskundige die betrokken was bij het verhoor van verdachte C. en de medeverdachten A en B. De rechtbank heeft geoordeeld dat het horen van de gedragsdeskundige van belang kan zijn voor de waardering van de verklaringen van verdachte C. en heeft dit verzoek toegewezen. Daarnaast heeft de rechtbank ook de verzoeken tot het horen van de medeverdachten toegewezen, omdat er verdedigingsbelang is bij het verkrijgen van informatie over hun verklaringen en onderlinge communicatie. De rechtbank heeft echter andere verzoeken van de verdediging afgewezen, zoals het verzoek om eerdere contacten van medeverdachte A met justitie te onderzoeken, omdat deze niet relevant werden geacht voor de zaak. De rechtbank heeft het onderzoek voor onbepaalde tijd geschorst in afwachting van verdere rapportages en heeft de voorlopige hechtenis van verdachte C. gehandhaafd, gezien de ernstige bezwaren die nog steeds aanwezig zijn. De rechtbank heeft ook bepaald dat de processen-verbaal van de getuigenverhoren in de dossiers van de medeverdachten moeten worden gevoegd, zodat de verdediging in staat is om de getuigen te ondervragen. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee andere rechters, en is openbaar uitgesproken.