ECLI:NL:RBZUT:2010:BN0544
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen aanwijzing percelen onder de Wet voorkeursrecht gemeenten
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 31 maart 2010 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, eigenaar van percelen in Hummelo, en de raad van de gemeente Bronckhorst. Eiser had bezwaar gemaakt tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Bronckhorst, waarbij zijn percelen werden aangewezen als gronden waarop de Wet voorkeursrecht gemeenten van toepassing is. Eiser stelde dat hij schade had geleden door deze aanwijzing, omdat een serieuze koper zijn bieding had ingetrokken als gevolg van de vestiging van het voorkeursrecht.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser in eerdere procedures al een uitspraak had gekregen die het college opdroeg om een nieuw besluit op bezwaar te nemen. Dit nieuwe besluit, dat op 23 oktober 2008 werd genomen, verklaarde het bezwaar van eiser opnieuw ongegrond. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld tegen dit besluit, maar de rechtbank oordeelde dat er geen procesbelang meer was, omdat de aanwijzing van de percelen door het college op 16 september 2008 was ingetrokken. Hierdoor was het beroep niet-ontvankelijk.
De rechtbank concludeerde dat eiser niet aannemelijk had gemaakt dat hij daadwerkelijk schade had geleden door de eerdere besluiten, en dat het aanbod om aanvullende bewijsstukken te overleggen in strijd was met de goede procesorde. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser niet-ontvankelijk en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. Deze uitspraak werd gedaan door mr. R.G.J. Welbergen en in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.