2.8. [naam parkmanager] heeft De Schaapskooi een schriftelijke verklaring d.d. 14 december 2009 doen toekomen, die onder meer het volgende inhoudt:
“Hierbij verklaar ik, [voornaam] [naam parkmanager], (…) het volgende.
1. Ik ben in de periode 2008 tot een gedeelte van 2009 parkmanager geweest van Bospark de Schaapskooi te Epe. Toen ik begon met deze baan, gaf Zwemschool [voornaam ] [Eiser] gedurende 1 dag per week een paar uurtjes les in het zwembad van De Schaapskooi.
2. In oktober 2008 is [voornaam ] [Eiser] naar mij toegekomen, omdat hij gehoord had dat ik ook in zee wilde gaan met een andere zwemschool die nog op drie (andere) dagen zwemles zou kunnen geven. Dat zou geen gevolgen hebben voor [voornaam ] [Eiser]; hij zou gewoon die ene dag les kunnen blijven geven. [voornaam ] [Eiser] heeft toen aan mij gevraagd of hij die drie dagen erbij kon krijgen, zodat hij in totaal vier in plaats van drie dagen les zou geven in het zwembad van De Schaapskooi. Ik heb daarmee ingestemd onder de voorwaarden zoals opgeschreven in mijn brief van 29 oktober 2008.
3. Het is dus niet waar dat ik [voornaam ] [Eiser] heb gevraagd om het aantal uren uit te breiden. Het is ook niet waar dat ik tegen [voornaam ] [Eiser] heb gezegd dat ik het zwembad aan een andere zwemschool zou verhuren als hij zijn uren niet zou uitbreiden. (…)
4. Wij hebben vervolgens afgesproken dat [voornaam ] [Eiser] voor een periode van 1 jaar (namelijk tot 3 janauri 2010) op de afgesproken tijdstippen op vier dagen (…) zwemles zou geven, zoals is opgeschreven in de brief van 29 oktober 2008. Wij zouden dan bekijken of de exploitatie van De Schaapskooi last zou hebben van deze zwemlessen. Daarmee bedoel ik bijvoorbeeld of er klachten van parkgasten zouden komen over de beschikbaarheid van het zwembad ten gevolge van de zwemlessen. Als zo’n situatie zich zou voordoen, dan kan De Schaapskooi dus op 3 januari 2010 definitief stoppen met de verhuur van het zwembad voor de zwemlessen van Zwemschool [voornaam ] [Eiser].
5. Het is dus absoluut niet waar dat ik met [voornaam ] [Eiser] een huurovereenkomst voor 5 jaar ben aangegaan en dat was dus ook niet de bedoeling. [voornaam ] [Eiser] wist dat. De overeenkomst duurt tot 3 janauri 2010 en zou daarna eventueel opnieuw voor 1 jaar aangegaan kunnen worden. We hebben wel afgesproken dat het onze intentie was om voor een periode van vijf jaar steeds voor 1 jaar te verlengen, mits dat voor beide partijen nog wenselijk is voor wat betreft de bedrijfsvoering.
6. Mocht hierover onduidelijkheid bestaan: pas als er sprake is van een verlenging van opnieuw 1 jaar zou verder nog gekeken worden naar het aantal uren en/of de tijdstippen waarop zwemles gegeven zou worden. Het is dus niet zo dat verlenging sowieso zou plaatsvinden en dat we na 1 jaar alleen maar naar het aantal uren en/of de tijdstippen zouden kijken.
(…)”