ECLI:NL:RBZUT:2008:BE2743
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Kleinrensink
- H. Hödl
- J. Gilhuis
- Rechtspraak.nl
Verlenging van terbeschikkingstelling voor een veroordeelde in het tbs-circuit
Op 27 juni 2008 is een vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling van een veroordeelde ingediend bij de Rechtbank Zutphen. De vordering, gedateerd 25 juni 2008, werd behandeld op 1 augustus 2008. De rechtbank heeft de relevante stukken bekeken, waaronder een verlengingsadvies van 22 mei 2008, opgesteld door drs. E.A.M. Terpstra, drs. H.M. Niehoff en drs. S.U. Leeuwestein, en de wettelijke aantekeningen van de periode van 23 november 2005 tot 13 december 2007. De betrokkene verblijft sinds 23 maart 2004 in Hoeve Boschoord en is sinds 23 mei 2007 op de besloten afdeling De Zilverspar. Het verlengingsadvies wijst op de afhankelijkheid van de betrokkene van intensieve begeleiding en de noodzaak van een gefaseerde invoer van vrijheden. De risico-inschatting zonder begeleiding is matig op korte termijn en hoog op lange termijn, terwijl deze met begeleiding laag is. De behandelaars adviseren om de TBS met twee jaar te verlengen, omdat de behandeling naar verwachting niet binnen deze termijn kan worden afgerond.
Tijdens de zitting hebben de raadsman en de betrokkene zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank, maar verzocht om een verlenging van slechts één jaar. Dit verzoek is gedaan met de argumentatie dat de betrokkene al veertien jaar in het tbs-circuit verblijft en dat de ontwikkelingen bij Hoeve Boschoord positief zijn. De rechtbank concludeert echter dat de veiligheid van anderen vereist dat de terbeschikkingstelling met twee jaar wordt verlengd. De aanpak van de kliniek lijkt vruchten af te werpen, en een kortere verlenging zou contraproductief kunnen zijn.
De rechtbank heeft daarom besloten om de termijn van de terbeschikkingstelling van de betrokkene met twee jaar te verlengen. Deze beslissing is genomen door de rechters A. Kleinrensink, H. Hödl en J. Gilhuis, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 15 augustus 2008.