3. De vordering
3.1. [eiseres] vordert dat de rechtbank bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis:
primair
1. voor recht zal verklaren dat de gezondheidsklachten van [eiseres] een lichamelijke oorzaak hebben;
2. voor recht zal verklaren dat de lichamelijke klachten van [eiseres] vanaf de datum van 1 maart 2005 leiden en hebben geleid tot beroepsarbeidsongeschiktheid aan haar zijde en dat [eiseres] sedert 1 maart 2005 voor een percentage van 100% als beroepsarbeidsongeschikt dient te worden beschouwd;
3. voor recht zal verklaren dat Achmea gehouden is om [eiseres] met terugwerkende kracht sedert 1 maart 2005 een uitkering te verstrekken die overeenkomt met haar mate van arbeidsongeschiktheid, zijnde 100%;
4. Achmea zal veroordelen tot het verrichten van een (na)betaling aan [eiseres] van een bedrag, gelijk aan de uitkeringen die Achmea [eiseres] schuldig is conform de 100% arbeidsongeschiktheid aan de zijde van [eiseres] over de periode 1 maart 2005 tot en met de datum van dit vonnis inclusief de daarover beschuldigde wettelijke rente vanaf 1 maart 2005 tot en met de dag der algehele voldoening en de gemaakte buitengerechtelijke kosten en wel binnen twee dagen na dit vonnis;
5. voor recht zal verklaren dat Achmea, door in februari 2005 te verklaren dat zij
[eiseres] met terugwerkende kracht geen uitkeringen wegens arbeidsongeschiktheid ten gevolge van psychische klachten zal doen toekomen, in strijd met de eisen van redelijkheid en billijkheid heeft gehandeld en Achmea zal veroordelen om [eiseres], in het geval zij in de toekomst voor meer dan 25% arbeidsongeschikt raakt ten gevolge van psychische klachten en er dan tussen partijen nog immer een arbeidsongeschiktheidsverzekeringsovereenkomst bestaat, een geldelijke uitkering te doen toekomen die overeenkomt met de mate van beroepsarbeidsongeschiktheid van [eiseres] in dat geval;
6. Achmea zal veroordelen in de kosten van dit geding.
Subsidiair
Voor het geval de rechtbank van oordeel mocht zijn dat het geen [eiseres] primair vordert niet geheel voor toewijzing vatbaar is, vordert [eiseres] dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
1. voor recht zal verklaren dat de gezondheidsklachten van [eiseres] een lichamelijke oorzaak hebben;
2. voor recht zal verklaren dat de lichamelijke klachten van [eiseres] vanaf de datum van 1 maart 2005 leiden en hebben geleid tot beroepsarbeidsongeschiktheid aan haar zijde en dat [eiseres] sedert 1 maart 2005 voor een door de rechtbank in goede justitie te bepalen percentage als beroepsarbeidsongeschikt dient te worden beschouwd;
3. voor recht zal verklaren dat Achmea gehouden is om [eiseres] met terugwerkende kracht sedert 1 maart 2005 een uitkering te verstrekken die overeenkomt met haar door de rechtbank in goede justitie vast te stellen mate van arbeidsongeschiktheid;
4. Achmea zal veroordelen tot het verrichten van een (na)betaling aan [eiseres] van een bedrag, gelijk aan de uitkeringen die Achmea [eiseres] schuldig is en overeenkomstig een door de rechtbank in goede justitie vast te stellen mate van arbeidsongeschiktheid aan de zijde van [eiseres] over de periode 1 maart 2005 tot en met de datum van dit vonnis inclusief de daarover beschuldigde wettelijke rente vanaf 1 maart 2005 tot en met de dag der algehele voldoening en de gemaakte buitengerechtelijke kosten en wel binnen twee dagen na dit vonnis;
5. voor recht zal verklaren dat Achmea, door in februari 2005 te verklaren dat zij
[eiseres] met terugwerkende kracht geen uitkeringen wegens arbeidsongeschiktheid ten gevolge van psychische klachten zal doen toekomen, in strijd met de eisen van redelijkheid en billijkheid heeft gehandeld en Achmea zal veroordelen om [eiseres], in het geval zij in de toekomst voor meer dan 25% arbeidsongeschikt raakt ten gevolge van psychische klachten en er dan tussen partijen nog immer een arbeidsongeschiktheidsverzekeringsovereenkomst bestaat, een geldelijke uitkering te doen toekomen die overeenkomt met de mate van beroepsarbeidsongeschiktheid van [eiseres] in dat geval;
6. Achmea zal veroordelen in de kosten van dit geding.