ECLI:NL:RBZUT:2008:BD3791

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
17 april 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
93303 KG RK 08-321
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot wraking van rechters in bestuursrechtelijke zaak niet-ontvankelijk verklaard

In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 17 april 2008 een verzoek tot wraking van rechters behandeld. De verzoeker, wonende te Apeldoorn, had een wrakingsverzoek ingediend tegen de rechters die hem in de zaak met nummer 05/1562 GGH 253 op 18 april 2008 om 11.45 uur niet in de gelegenheid zouden stellen om zijn belangen te verdedigen. De verzoeker stelde dat de rechters lid waren van een criminele organisatie en betrokken bij misdaden tegen hem, waaronder een moordaanslag. Hij beschuldigde hen ervan alleen hun eigen belangen te behartigen en geen aandacht te schenken aan de door hem verstrekte informatie.

De rechtbank heeft het verzoek tot wraking niet-ontvankelijk verklaard. De wrakingskamer oordeelde dat het verzoek niet voldeed aan de eisen die gesteld worden aan een wrakingsverzoek, zoals vastgelegd in artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Het verzoek was te algemeen en bevatte geen concrete argumenten die specifiek op de betrokken rechters waren toegespitst. Bovendien was de rechtbank bekend met het feit dat de verzoeker in het verleden al meerdere wrakingsverzoeken had ingediend, wat leidde tot de conclusie dat hij op de hoogte was van de inhoudelijke eisen waaraan een dergelijk verzoek moet voldoen.

De rechtbank besloot dat een volgend wrakingsverzoek in de betreffende zaak niet in behandeling zou worden genomen. De beslissing werd uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, mr. H.C. Wichers Hoeth. De uitspraak benadrukt het belang van een goed onderbouwd wrakingsverzoek en de noodzaak om specifieke rechters te benoemen in dergelijke verzoeken.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
rekestnummer: 93303 KG RK 08-321
Beschikking van 17 april 2008 van de meervoudige wrakingskamer op het wrakingsverzoek van
[verzoeker]
wonende te Apeldoorn
verzoeker
hierna te noemen [verzoeker],
strekkende tot wraking van
de rechters die verzoeker in de zaak met nummer 05/1562 GGH 253 op vrijdag 18 april 2008 om 11.45 uur te Zutphen, Martinetsingel 2 niet in de gelegenheid willen stellen om zijn belangen te verdedigen.
1. Het verloop van de procedure
Op 17 april 2008 is bij deze rechtbank een brief van [verzoeker] binnengekomen.
2. De motivering van het wrakingsverzoek
[verzoeker] heeft in deze brief aangevoerd dat hij de rechters wraakt die hem in de zaak met nummer 05/1562 GGH 253 op vrijdag 18 april 2008 om 11.45 te Zutphen, Martinetsingel 2 niet in de gelegenheid willen stellen om zijn belangen te verdedigen, omdat deze rechters:
- lid zijn van een criminele organisatie
- meewerken aan tegen hem gepleegde misdaden, waaronder een moordaanslag
- slechts hun eigen belangen behartigen
- geen aandacht schenken aan de door hem verstrekte informatie
- de door hem toegezonden stukken niet lezen
- klakkeloos instemmen met de leugenverhalen van de machthebbers
- zich vooral bezig houden met het stelen van geld, geluk, goederen en gezondheid van de zwakkeren om zichzelf en andere sterkeren te bevoordelen
3. De ontvankelijkheid
Ingevolge artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) kunnen op verzoek van een partij de rechters die een zaak behandelen, worden gewraakt op grond van feiten en omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
Uit de aard en het doel van wraking volgt dat een verzoek om wraking betrekking moet hebben op één of meerdere met name genoemde rechters. Het verzoek om wraking zoals door verzoeker ingediend, behelst het op voorhand wraken van iedere rechter van de sector bestuursrecht van deze rechtbank die de betreffende zitting van 18 april 2008 zal voorzitten. Hiermee worden aldus alle leden van de sector bestuursrecht dan wel de sector bestuursrecht als geheel op voorhand gewraakt
Voorts dient een verzoek om wraking te worden onderbouwd met concrete, op de betrokken rechter of rechters toegespitste argumenten. Het verzoekschrift is slechts algemeen gesteld en bevat dergelijke argumenten niet.
Het verzoekschrift voldoet aldus niet aan voormelde eisen en valt dan ook niet te duiden als een wrakingsverzoek. Nu het voorts de rechtbank ambtshalve bekend is dat [verzoeker] reeds vele malen wrakingsverzoeken heeft ingediend op grond waarvan ervan uit kan worden gegaan dat het [verzoeker] bekend is aan welke inhoudelijke eisen een dergelijk verzoek dient te voldoen, heeft de rechtbank aanleiding om op voet van artikel 8:18 Abw te bepalen dat een volgend verzoek in bovengemelde zaak niet in behandeling zal worden genomen.
De beslissing luidt daarom als volgt.
De beslissing
verklaart [verzoeker] niet-ontvankelijk in zijn verzoek tot wraking van de rechters die verzoeker in de zaak met nummer 05/1562 GGH 253 op vrijdag 18 april 2008 om 11.45 uur te Zutphen, Martinetsingel 2 niet in de gelegenheid willen stellen om zijn belangen te verdedigen;
bepaalt dat een volgend wrakingsverzoek in de zaak met nummer 05/1562 GGH 253 niet in behandeling genomen wordt.
Aldus gegeven door mr. G. Vrieze, president, mr. D. Vergunst, vice-president en mr. drs. T.C.M. Willemse, rechter en uitgesproken op 17 april 2008 in aanwezigheid van mr. H.C. Wichers Hoeth, griffier.