ECLI:NL:RBZUT:2006:AZ3389
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. van Hoorn
- A. Krijger
- J. Hemrica
- Rechtspraak.nl
Heropening van het onderzoek naar brandstichting en bedreiging in Klarenbeek
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zutphen, is op 27 november 2006 een tussenvonnis uitgesproken in een strafzaak tegen een verdachte die wordt beschuldigd van brandstichting en bedreiging. De rechtbank heeft vastgesteld dat het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) een aanzienlijke achterstand heeft in het uitvoeren van stemvergelijkend onderzoek, wat de voortgang van de zaak belemmert. De rechtbank heeft daarom besloten om de rechter-commissaris de gelegenheid te geven om een gecertificeerd instituut in het buitenland te benaderen voor het uitvoeren van het onderzoek binnen een aanvaardbare termijn. Dit is van belang omdat de toerekeningsvatbaarheid van de verdachte ter discussie staat, wat een multidisciplinair rapport noodzakelijk maakt.
De verdachte, geboren in [plaats] en momenteel gedetineerd in het huis van bewaring “De Kruisberg” te Doetinchem, heeft tijdens de zittingen ontkend de brandstichting en bedreigingen te hebben gepleegd. Hij heeft aangevoerd dat hij op de relevante data bij zijn aanstaande echtgenote in Zwolle verbleef. De rechtbank heeft eerder, op 6 september 2006, al aangegeven dat er behoefte is aan deskundig onderzoek naar de audio-opnames van de voicemailberichten die door de verdachte zijn ingesproken, om te bepalen of deze daadwerkelijk van hem zijn.
Tijdens de zitting op 22 november 2006 heeft de verdediging aanvullende informatie over de verdachte gepresenteerd, wat de rechtbank heeft doen concluderen dat zij onvolledig geïnformeerd was over de geestelijke gesteldheid van de verdachte. De rechtbank heeft daarom besloten dat er een multidisciplinair rapport moet worden opgesteld, waarbij ervoor gezorgd moet worden dat de psychiater die eerder betrokken was, niet bij dit onderzoek betrokken is. De rechtbank heeft ook besloten dat de getuige [getuige] ter zitting moet worden gehoord. Tot slot heeft de rechtbank het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte onder voorwaarden geschorst en het onderzoek heropend, met de beslissing om dit voor onbepaalde tijd te schorsen.