ECLI:NL:RBZUT:2006:AZ1342
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- H. Hemrica
- Borgerhoff Mulder
- Van Hoorn
- Rechtspraak.nl
Veroordeling van een loonwerker wegens overtreding van de Kernenergiewet en het Besluit stralingsbescherming
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 1 november 2006 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een loonwerker uit Neede, die werd beschuldigd van overtredingen van de Kernenergiewet en het Besluit stralingsbescherming. De verdachte werd ervan beschuldigd op 30 juni 2004 en 21 april 2005 zonder vergunning radioactieve stoffen, te weten Ra-226+, Ra-228+ en Th-228+, te hebben vervoerd en/of voorhanden te hebben gehad. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet tijdig de verplichtingen van het Ministerie van VROM had nageleefd om de overtredingen op zo kort mogelijke termijn te rectificeren. Desondanks had de verdachte uiteindelijk een deskundig bedrijf ingeschakeld om de radioactieve stoffen te verwijderen.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot twee voorwaardelijke geldboetes van elk € 200,-. De vordering tot ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel werd afgewezen, omdat de verdachte inmiddels de nodige stappen had ondernomen om de overtredingen te verhelpen. De rechtbank overwoog dat de strafoplegging in overeenstemming was met de aard en ernst van de feiten, en dat er rekening werd gehouden met de omstandigheden waaronder de overtredingen waren begaan. De rechtbank concludeerde dat de verdachte strafbaar was, maar sprak hem vrij van andere tenlasteleggingen die niet bewezen konden worden.
De uitspraak is gedaan in tegenwoordigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken tijdens de zitting. De rechtbank heeft de relevante artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Kernenergiewet in haar overwegingen betrokken, en heeft de strafoplegging gemotiveerd op basis van de feiten en omstandigheden van de zaak.