ECLI:NL:RBZUT:2006:AY5337

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
1 augustus 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
79031 / KG ZA 06-154
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van onjuiste mededelingen door Streekziekenhuis Koningin Beatrix over Ascon

In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 1 augustus 2006 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de stichting Antistollingscentrum Oost-Nederland (Ascon) en het Streekziekenhuis Koningin Beatrix (SKB). Ascon vorderde rectificatie van onjuiste mededelingen die door SKB in de media en op haar website waren gedaan over de kwaliteit van de zorg die Ascon verleent. SKB had een eigen trombosedienst opgericht en in persberichten en op haar website mededelingen gedaan die Ascon als ongeoorloofde vergelijkende reclame beschouwde. De rechtbank oordeelde dat SKB inderdaad onjuiste mededelingen had gedaan en dat deze rectificatie noodzakelijk was om de reputatie van Ascon te beschermen. SKB werd veroordeeld om rectificaties te plaatsen in verschillende lokale kranten en op haar website. De rechtbank stelde ook dat SKB een dwangsom zou verbeuren voor elke dag dat zij in gebreke bleef met de rectificaties. De vorderingen van Ascon werden gedeeltelijk toegewezen, waarbij de rechtbank oordeelde dat de uitlatingen van SKB onrechtmatig waren en dat de vorderingen tot rectificatie gerechtvaardigd waren. De proceskosten werden gecompenseerd, wat betekent dat elke partij haar eigen kosten droeg.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK Zutphen
Sector Civiel – Afdeling Handel
zaaknummer / rolnummer: 79031 / KG ZA 06-154
Vonnis in kort geding van 1 augustus 2006
in de zaak van
de stichting
ANTISTOLLINGSCENTRUM OOST-NEDERLAND,
gevestigd te Lichtenvoorde,
eiseres,
procureur mr. A.J.H. Ozinga,
advocaat mr. A. de Buck te Enschede,
tegen
de stichting
STICHTING ZIEKENHUISVOORZIENINGEN OOST-ACHTERHOEK
(STREEKZIEKENHUIS KONINGIN BEATRIX)
gevestigd te Winterswijk,
gedaagde,
advocaat mr. E.W.M. Meulemans en mr. H.W. de Weijs te respectievelijk Zwolle en Zutphen.
Partijen zullen hierna Ascon en SKB genoemd worden.
1. De procedure
1.1 Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van Ascon
- de pleitnota van SKB.
1.2 Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1 Ascon is een trombosedienst die sinds 1976 de antistollingszorg in Oost-Twente en de Achterhoek verzorgt. Ascon heeft vestigingen in Lichtenvoorde en Enschede.
2.2 De rechtsvoorganger van Ascon is de stichting "Stichting Trombosedienst voor Oost-Gelderland en Aangrenzende Gebieden". Deze stichting is op 11 november 1975 opgericht door de regionale ziekenhuizen, huisartsen, zorgverzekeraars en het Rode Kruis. Bij statutenwijziging van 8 juni 1984 is een Raad van Toezicht, als orgaan naast het bestuur, in het leven geroepen. Bij akte van 31 december 2001 is Ascon ontstaan uit een fusie van de hiervoor genoemde stichting en de stichting "Stichting Trombosedienst Enschede en omstreken, in Samenwerking met het Nederlandse Rode Kruis".
2.3 Ascon en SKB werken sinds een aantal jaren samen. Deze samenwerking houdt onder andere in dat SKB financiële administratieve werkzaamheden voor Ascon verricht zoals het opstellen van de jaarrekening en het verzorgen van de salarisadministratie. Voorts verwijzen de in het SKB werkzame specialisten hun patiënten naar Ascon.
2.4 In 2003 heeft op initiatief van de voorzitter van de Raad van Bestuur van SKB, [naam], hierna te noemen [voorzitter Raad van Bestuur van SKB], een gesprek plaats gevonden tussen onder andere [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] en de directeur van Ascon, [naam], hierna te noemen [directeur ASCON]. Het doel van dit gesprek was om de samenwerking tussen Ascon en SKB te intensiveren. Dit gesprek heeft niet tot nadere afspraken geleid.
2.5 Op zeker moment is Ascon in gesprek geraakt met de stichting "Stichting Huisartsenlaboratorium Oost" hierna te noemen SHO over mogelijke vormen van samenwerking. Nadat [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] hiervan op de hoogte is geraakt, heeft hij hierover informatie gevraagd bij [directeur ASCON]. [directeur ASCON] heeft vervolgens op 16 februari 2006 aan [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] een brief geschreven die luidt, voor zover relevant:
"Recent voerden wij enkele telefoongesprekken naar aanleiding van "geluiden uit de wandelgangen "met betrekking tot samenwerkingsoverleg tussen ASCON en SHO. Zoals ik u reeds mededeelde voert ASCON inderdaad overleg met SHO over mogelijkheden tot samenwerking.
U gaf aan hiermee problemen te hebben aangezien u SHO als concurrent ziet en vroeg of het zinvol was in dit kader een gesprek te hebben met u en de directie van het Slingelandziekenhuis gezamenlijk.
Van mijn kant heb ik aangegeven dat in deze fase een gezamenlijk gesprek niet zinvol leek en een gesprek met u slechts zinvol was indien er van de kant van SKB concrete aanknopingspunten/voorstellen waren met betrekking tot de samenwerking, hetgeen niet het geval bleek.
Dit neemt niet weg dat ASCON een goede samenwerkingsrelatie met het SKB zeer op prijs stelt en ook in de toekomst te allen tijde bereid is over concrete punten betreffende de samenwerking overleg te voeren."
2.6 SKB is met ingang van 1 mei 2006 gestart met een eigen trombosedienst. SKB heeft deze trombosedienst opgezet in samenwerking met de trombosedienst van het Deventer Ziekenhuis te Deventer. In dit kader heeft SKB een persbericht laten plaatsen in locale kranten en een vergelijkbaar bericht geplaatst op haar website.
2.7 [naam], huisarts te Groenlo en (mede-)oprichter van Ascon, heeft in de Twentse Courant Tubantia en de Gelderlander van 29 mei 2006 zijn ongenoegen geuit over de handelwijze van SKB. In deze artikelen is ook [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] aan het woord gekomen.
3. Het geschil
3.1 ASCON vordert dat de voorzieningenrechter, bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis :
1. SKB zal veroordelen om op de voorpagina van de Twentse Courant Tubantia, op de voorpagina van de Gelderlander en op de voorpagina van het Achterhoek Nieuws in de eerstkomende zaterdageditie na de datum van dit vonnis het volgende bericht te doen plaatsen onder het kopje "SKB erkent kwaliteit Ascon":
"In eerdere artikelen in deze krant zijn door de Raad van Bestuur van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix (SKB), Winterswijk onjuiste mededelingen gedaan over Ascon. SKB betreurt dit zeer. Wij benadrukken dat wij geen enkele reden hebben om aan de betrouwbaarheid en kwaliteit van de door Ascon verleende zorg te twijfelen. Onze samenwerking met Ascon over de afgelopen 30 jaar heeft nimmer aanleiding gegeven tot klachten. Ascon was wel degelijk bereid met het SKB te spreken over verschillende vormen van samenwerking. Echter het bestuur van het SKB heeft uiteindelijk zelf besloten om haar eigen weg te gaan en een eigen trombosedienst op te richten. De cijfers van de Federatie Nederlandse Trombosediensten, die in eerdere publicaties genoemd werden, zijn niet zonder meer geschikt om trombosediensten onderling te vergelijken. Op basis van deze cijfers kan geen kwalificatie gegeven worden over welke trombosedienst dan ook.
Raad van bestuur van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix te Winterswijk"
2. SKB zal veroordelen om op de voorpagina van de Winterswijkse weekkrant in de eerstkomende editie na de datum van dit vonnis het volgende bericht te doen plaatsen onder het kopje "SKB erkent kwaliteit Ascon":
"In eerdere artikelen in deze krant zijn door de Raad van Bestuur van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix (SKB), Winterswijk onjuiste mededelingen gedaan over Ascon. SKB betreurt dit zeer. Wij benadrukken dat wij geen enkele reden hebben om aan de betrouwbaarheid en kwaliteit van de door Ascon verleende zorg te twijfelen. Onze samenwerking met Ascon over de afgelopen 30 jaar heeft nimmer aanleiding gegeven tot klachten. Ascon was wel degelijk bereid met het SKB te spreken over verschillende vormen van samenwerking. Echter het bestuur van het SKB heeft uiteindelijk zelf besloten om haar eigen weg te gaan en een eigen trombosedienst op te richten"
3. SKB zal veroordelen om op de dag na de datum van dit vonnis op de homepage van haar website het volgende bericht te doen plaatsen voor een periode van minimaal zeven dagen onder het kopje "SKB erkent kwaliteit Ascon".
"Op deze homepage van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix (SKB), zijn door de Raad van Bestuur van het SKB Winterswijk, onjuiste mededelingen gedaan over Ascon. SKB betreurt dit zeer. Wij benadrukken dat wij geen enkele reden hebben om aan de betrouwbaarheid en kwaliteit van de door Ascon verleende zorg te twijfelen. Onze samenwerking met Ascon over de afgelopen 30 jaar heeft nimmer aanleiding gegeven tot klachten, Ascon was wel degelijk bereid met het SKB te spreken over verschillende vormen van samenwerking. Echter het bestuur van het SKB heeft uiteindelijk zelf besloten om haar eigen weg te gaan en een eigen trombosedienst op te richten. De cijfers van de Federatie Nederlandse Trombosediensten, die in eerdere publicaties genoemd werden, zijn niet zonder meer geschikt om trombosediensten onderling te vergelijken. Op basis van deze cijfers kan geen kwalificatie gegeven worden over welke trombosedienst dan ook.
Raad van Bestuur van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix Winterswijk"
een en ander op straffe van een dwangsom ter hoogte van € 500,-- voor elke dag dat SKB één van de sub 1 tot en met 3 gevorderde rectificaties nalaat, met een maximum van € 100.000,--.
4. SKB zal veroordelen de dag na datum van dit vonnis het bericht dat is geplaatst op de website van SKB op 22 mei 2006 onder het kopje "Eigen trombosedienst voor SKB" te wijzigen zodanig dat de volgende passages daaruit worden verwijderd:
"Tot dit voorjaar waren patienten in de regio Winterswijk aangewezen op de trombosedienst in Lichtenvoorde. Het SKB wilde de zorg voor trombosepatienten in deze regio verbeteren en richtte daarom een eigen trombosedienst op (...) Het SKB zoch voor zijn tromboseservice samenwerking met de trombosedienst van het Deventer Ziekenhuis. Uit de jaarcijfers van de Federatie van Nederlandse Trombosediensten over de jaren 2002, 2003 en 2004 blijkt dat deze dienst het beste presteert van de 64 aangesloten trombosediensten (...)"
een en ander op straffe van een dwangsom ter hoogte van € 500,-- voor elke dag dat SKB één van de sub 1 tot en met 3 gevorderde rectificaties nalaat, met een maximum van € 100.000,--.
5. SKB zal bevelen zich te onthouden van de te rectificeren mededelingen zoals hierboven geciteerd dan wel anderszins publiciteit te geven aan haar eigen trombosedienst ten koste van Ascon, op straffe van een dwangsom van € 10.000,-- per overtreding;
6 SKB zal verbieden om patiënten van Ascon te benaderen om over te stappen naar SKB, alsmede SKB zal veroordelen om tot 31 december 2006 patiënten niet exclusief door te verwijzen naar de trombosedienst van het SKB maar deze patiënten ook te wijzen op de mogelijkheid om gebruik te blijven maken van de trombosedienst van Ascon;
7. SKB zal veroordelen in de kosten van het geding.
3.2 Aan deze vordering legt Ascon in het licht van de feiten de volgende stellingen ten grondslag. Indien SKB op grond van de brief van [directeur ASCON] van 16 februari 2006 de conclusie heeft getrokken dat samenwerking met Ascon onmogelijk is, heeft SKB de verkeerde conclusie getrokken. Ascon heeft juist in deze brief haar positieve intentie uitgesproken over de bestaande samenwerkingsrelatie tussen SKB en Ascon. Nadat SKB, kennelijk naar aanleiding van deze brief, besloten heeft om zelf een trombosedienst op te richten is zij een mediacapgagne gestart. SKB heeft daartoe persberichten rondgestuurd waarin zij dan wel [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] onjuiste en negatieve informatie over Ascon heeft opgenomen. Ook heeft SKB een bericht van die strekking op haar website geplaatst. Nu SKB en/of [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] in deze berichten haar eigen diensten aanprijst ten koste van Ascon, is er sprake van ongeoorloofde vergelijkende reclame zodat deze berichten dienen te worden gerectificeerd. [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] handelt daarnaast ook onrechtmatig jegens Ascon. Door deze berichten lijdt Ascon reputatie en financiele schade en zal zij nog schade gaan lijden.
3.3 SKB voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1 Beoordeeld moet worden of de bodemrechter, indien het geschil aan hem wordt voorgelegd, tot de conclusie komt dat de uitlatingen van SKB en [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] in de media en op haar website over de door haar opgerichte trombosedienst, zodanige inhoud hebben dat zij aan te merken zijn als ongeoorloofde vergelijkende reclame dan wel dat zij onrechtmatig jegens Ascon zijn.
4.2 Met betrekking tot het artikel in de kranten waarin [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] aan het woord komt heeft SKB aangevoerd dat er vanuit kan worden gegaan dat diens uitlatingen daarin geen reclame-uitingen zijn nu Ascon dit in haar dagvaarding niet heeft gesteld en SKB deze mening ook is toegedaan. SKB ziet hierbij echter over het hoofd dat Ascon ter gelegenheid van de mondelinge behandeling haar stellingen heeft aangepast en heeft aangevoerd dat niet alleen het persbericht in de locale kranten een reclame-uiting bevat maar ook de mededelingen die [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] in het kader van een interview over Ascon heeft gedaan in de Twentse Courant Tubantia en de Gelderlander van 29 mei 2006. (Zie de pleitnota van Ascon onder 8.). In dit licht zal eerst beoordeeld worden of de uitlatingen van [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] aan te merken zijn als reclame en zo ja, of diens uitlatingen als ongeoorloofde vergelijkende reclame in de zin van artikel 6:194a van het Burgerlijk Wetboek (BW) aangemerkt moeten worden.
4.3 Volgens de Memorie van Toelichting bij artikel 6:194a BW (MvT, Kamerstukken II 2000/2001, 27 619 nr.3) dient onder reclame het volgende te worden verstaan:
"Reclame valt in dit opzicht te beschouwen als iedere mededeling bij de uitoefening van een commerciële, industriële of ambachtelijke activiteit of van een vrij beroep ter bevordering van de afzet van goederen of diensten, met inbegrip van onroerende goederen, rechten en plichten: (...) Reclame bevat een wervend aanbod, gericht tot een publiek.
(...)".
4.4 In het artikel in de Twentse Courant Tubantia en de Gelderlander van 29 mei 2006 komt eerst [(mede)oprichter ASCON] aan het woord waarna [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] in de gelegenheid wordt gesteld op de woorden van [(mede)oprichter ASCON] te reageren.
Uit de mond van [(mede)oprichter ASCON] wordt onder meer het volgende opgetekend:
"Te weinig kwaliteit bij ASCON? Wie moet dat beoordelen? (...) Ik krijg er een hele vieze smaak van in de mond. (...) Dan wordt de huidige trombosedienst om zeep geholpen; de ASCON wordt de markt uitgedrukt en komt nooit meer terug. (...) Het is puur commercieel gewin. De argumenten van [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] zijn een beetje vals: het gaat om geld en macht."
waarna [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] het volgende naar voren brengt:
"We hebben een paar jaar geleden al gepoogd een beter samenwerking met Ascon van de grond te krijgen, maar dat was bij het bestuur onbespreekbaar. En onlangs hebben we het nogmaals getoetst bij Ascon, maar er was daar geen behoefte om verder te praten (...) De kwaliteit is in onze ogen namelijk minder dan wenselijk. Daarom zijn we een samenwerkingsverband met Deventer aangegaan, dat als beste van Nederland uit de bus is gekomen. Ascon kwam duidelijk minder goed uit datzelfde onderzoek."
4.5 [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] reageert aldus op hetgeen [(mede)oprichter ASCON] naar voren heeft gebracht over de nieuwe trombosedienst van SKB, waarbij hij de beschuldigingen van [(mede)oprichter ASCON] weerlegt. Daarmee staat vast dat de uitlatingen van [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] geen wervend aanbod van het SKB gericht op het publiek bevatten zodat van reclame, laat staan van vergelijkende reclame, geen sprake is.
4.6 Voorzover Ascon stelt dat de uitlatingen van [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] onrechtmatig jegens SKB zijn omdat [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] aantoonbare onjuiste mededelingen over het gebrek aan bereidheid van Ascon om met SKB samen te werken dan wel opmerkingen maakt over de kwaliteit van Ascon, zal ook deze stelling worden gepasseerd. Ascon verwijst in haar argument dat zij aan SKB te kennen had gegeven juist wél bereid te zijn tot samenwerking, naar haar brief van [directeur ASCON] van 16 februari 2006. Echter met SKB wordt geoordeeld dat uit deze brief niet onomwonden blijkt dat Ascon open stond voor verdere samenwerking. In de brief geeft Ascon aan dat een gesprek "in dit kader" haar niet zinvol lijkt. Gezien de context kan dit niet anders betekenen dan dat Ascon op dat moment geen gesprekken met SKB over verdere samenwerking wilde voeren en dat Ascon reeds hierover met SHO in overleg was. Dat Ascon vervolgens benadrukt een goede samenwerkingrelatie met SKB op prijs te stellen en haar bereidheid uitspreekt om in de toekomst over concrete punten overleg te voeren, doet aan het voorgaande niets af.
Nu SKB door [(mede)oprichter ASCON] in de pers ervan wordt beschuldigd dat zij louter om redenen van geld en macht een eigen trombosedienst begint en dat zij puur uit is op commercieel gewin, mag [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] als voorzitter van de Raad van Bestuur van SKB in het kader van hoor en wederhoor op deze woorden reageren zoals hij gedaan heeft omdat hij er een groot belang bij heeft deze beschuldiging te weerleggen. Op grond van het recht op vrijheid van meningsuiting zoals verwoord in artikel 10 van het EVRM, staat het [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] daarbij vrij zich over de kwaliteit van de dienstverlening van Ascon te uiten zoals hij heeft gedaan. Voorzover de vorderingen tot doel hebben de uitlatingen van [voorzitter Raad van Bestuur van SKB] in de Twentse Courant Tubantia en de Gelderlander van 29 mei 2006 te rectificeren, zullen deze dan ook worden afgewezen.
4.7 SKB heeft niet bestreden dat het persbericht dat zij heeft laten plaatsen over de nieuwe trombosedienst, reclame-uitingen bevat en heeft evenmin betwist zij dat sprake is van vergelijkende reclame in de zin van artikel 194a BW en dat deze uitingen dienen te voldoen aan de eisen zoals gesteld in het tweede lid van dit artikel.
4.8 De stelling van Ascon dat deze eisen meebrengen dat SKB niet moet worden toegestaan in haar persbericht te schrijven: "Patiënten uit de regio Winterswijk waren tot dit voorjaar aangewezen op de trombosedienst in Lichtenvoorde. Het Winterwijkse streekziekenhuis Koning Beatrix wilde de zorg voor trombosepatiënten verbeteren" omdat zij op deze wijze suggereert dat de diensten van Ascon beneden de maat zijn, zal worden gepasseerd. Met de term "verbeteren" kan op vele aspecten van de trombosezorg worden gedoeld en niet wordt ingezien waarom het publiek deze term uitsluitend ten nadele van de diensten van Ascom zou uitleggen.
4.9 Ascon heeft ook bezwaren ingebracht tegen de volgende vermelding in haar persbericht:
"Het SKB zocht voor zijn tromboseservice samenwerking met de trombosedienst van het Deventer Ziekenhuis. Volgens [naam] (de coördinator van de trombosedienst van SKB, rb) blijkt uit de jaarcijfers van de Federatie van Nederlandse Trombosediensten over de jaren 2002, 2003 en 2004 dat deze dienst het beste presteert van de 64 aangesloten trombosediensten."
Ascon heeft hierover het volgende aangevoerd. De FNT presenteert jaarlijks een overzicht dat wordt samengesteld uit gegevens die door de leden/trombosediensten in een standaard formulier worden aangeleverd. Doel van deze cijfers is een overzicht te verkrijgen van de antistollingsbehandelingen zoals die door de leden worden verzorgd. De cijfers worden niet door de FNT geverifieerd en de benaming "jaarcijfers van de FNT" is dus bedrieglijk. Het is van de FNT dan ook niet de bedoeling dat deze cijfers worden gebruikt om zichzelf aan te prijzen dan wel om een andere trombosedienst de maat te nemen.
4.10 SKB heeft het voorgaande niet bestreden. Met Ascon wordt geoordeeld dat het zonder enige toelichting of nuancering stellen dat het Deventer Ziekenhuis op grond van deze cijfers gedurende drie jaar de beste is, misleidend is.
SKB heeft hierover nog aangevoerd dat zij geen lid is van de FNT dus dat zij niet bekend was met de restrictie van de FNT over deze cijfers. Zij heeft voorts niets anders gedaan dan de door het Deventer Ziekenhuis - lid van de FNT - geleverde informatie overnemen. Het lag daarbij niet op haar weg, zo meent SKB, te onderzoeken of het Deventer Ziekenhuis zich op de wijze van de cijfers mocht bedienen als zij heeft gedaan. Dit verweer baat haar niet. Nu SKB de mededelingen over de FNT cijfers tot onderdeel heeft gemaakt van haar reclame uitingen kan gesteld worden dat zij zelf gebruik heeft gemaakt van deze informatie waarmee het op haar weg ligt na te gaan of deze informatie voldoet aan de eisen zoals in artikel 6:194a BW gesteld. Het door SKB in dit verband gedane subsidiair gedane beroep op artikel 6:195 lid 2 BW behoeft dan ook geen bespreking meer. Gelet op het oordeel dat deze uiting misleidend is zal de vordering op na te melden wijze worden toegewezen.
4.11 De vordering onder 5 zal worden afgewezen. Ascon heeft niet aannemelijk gemaakt dat SKB de in deze vordering genoemde activiteiten zal gaan ondernemen.
4.12 De vordering onder 6 zal ook worden afgewezen. Ascon heeft niet aannemelijk gemaakt dat SKB patiënten aftroggelt nu de enkele vermelding in haar persbericht: "Patiënten die al antistolling gebruiken en willen overstappen, kunnen contact opnemen met de trombosedienst van het SKB (tel: 0543-54411)" niet als zodanig te duiden valt.
4.13 Gelet op het voorgaande luidt de beslissing als volgt. Nu de vorderingen van SKB slechts gedeeltelijk worden toegewezen zullen de proceskosten worden gecompenseerd in dier voege dat ieder der partijen de eigen proceskosten draagt.
5. De beslissing
De voorzieningenrechter:
5.1 veroordeelt SKB om op de voorpagina van de Twentse Courant Tubantia, op de voorpagina van de Gelderlander, op de voorpagina van het Achterhoek Nieuws en op de voorpagina van de Winterswijkse weekkrant in de eerstkomende zaterdageditie na de datum van betekening van dit vonnis het volgende bericht op te nemen:
"RECTIFICATIE
In eerdere artikelen in deze krant zijn door de Raad van Bestuur van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix (SKB), Winterswijk mededelingen gedaan over de nieuwe trombosedienst van SKB. In dit bericht is gebruik gemaakt van cijfers van de Federatie Nederlandse Trombosediensten. Deze cijfers zijn niet echter niet zonder meer geschikt om trombosediensten onderling te vergelijken. Op basis van deze cijfers kan geen kwalificatie gegeven worden over welke trombosedienst dan ook.
Raad van bestuur van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix te Winterswijk"
5.2 veroordeelt SKB om op de dag na de datum van betekening van dit vonnis op de homepage van haar website het volgende bericht te doen plaatsen voor een periode van minimaal zeven dagen:
"RECTIFICATIE
In een eerder bericht op onze homepage zijn door de Raad van Bestuur van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix (SKB), Winterswijk mededelingen gedaan over de nieuwe trombosedienst van SKB. In dit bericht is gebruik gemaakt van cijfers van de Federatie Nederlandse Trombosediensten. Deze cijfers zijn niet echter niet zonder meer geschikt om trombosediensten onderling te vergelijken. Op basis van deze cijfers kan geen kwalificatie gegeven worden over welke trombosedienst dan ook.
Raad van bestuur van het Streekziekenhuis Koningin Beatrix te Winterswijk"
5.3 veroordeelt SKB om de dag na datum van betekening van dit vonnis het bericht dat is geplaatst op de website van SKB op 22 mei 2006 onder het kopje "Eigen trombosedienst voor SKB" zodanig te wijzigen dat de volgende passage daaruit wordt verwijderd:
"Uit de jaarcijfers van de Federatie van Nederlandse Trombosediensten over de jaren 2002, 2003 en 2004 blijkt dat deze dienst het beste presteert van de 64 aangesloten trombosediensten (...)"
5.4 bepaalt dat SKB een dwangsom verbeurt van € 500,-- voor elke dag dat SKB één van de hiervoor onder 5.1 en 5.2 vermelde rectificaties nalaat, met een maximum van € 100.000,--.
5.5 verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
5.6 wijst het meer of anders gevorderde af;
5.7 compenseert de proceskosten in die zin dat elk der partijen met de eigen kosten belast blijft.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.A.M. Vrendenbarg-Elsbeek en in het openbaar uitgesproken op 1 augustus 2006.