ECLI:NL:RBZUT:2005:AU4861
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot vaststelling vaderschap na overlijden van de verwekker
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 20 oktober 2005 uitspraak gedaan in een verzoek tot vaststelling van het vaderschap van een minderjarige. De verzoeker, de moeder van de minderjarige, heeft als wettelijke vertegenwoordiger verzocht om de rechtbank te verklaren dat de overleden man, [naam man], de biologische vader is van de minderjarige, geboren op 6 maart 1997 te Spijkenisse. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder en de man een affectieve relatie hebben gehad en dat de minderjarige uit deze relatie is geboren. Echter, de rechtbank heeft geoordeeld dat de moeder onvoldoende bewijs heeft geleverd om aan te tonen dat de man daadwerkelijk de verwekker is van de minderjarige. De rechtbank heeft opgemerkt dat de moeder geen onderbouwing heeft gegeven voor haar stellingen, zoals foto's of getuigen, en dat zij niet is verschenen op de zittingen. De rechtbank heeft ook gewezen op het feit dat de man is overleden en dat het daarom niet mogelijk is om hem te horen. Gezien het gebrek aan bewijs en de omstandigheden rondom het overlijden van de man, heeft de rechtbank besloten dat er geen termen zijn voor het gelasten van een DNA-onderzoek. De verzoeken van de moeder zijn afgewezen, en de rechtbank heeft aangegeven dat er geen gerechtelijke vaststelling van het vaderschap kan plaatsvinden zonder voldoende bewijs. De beschikking staat open voor hoger beroep bij het Gerechtshof te Arnhem binnen drie maanden na de dagtekening van de beschikking.