ECLI:NL:RBZUT:2004:AP4643
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Wachtgeldregeling en VUT-gerechtigde leeftijd van ambtenaar
In deze zaak heeft eiser, een voormalig ambtenaar, beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, waarin hem werd meegedeeld dat de VUT-wet per 1 april 1997 was afgeschaft. Eiser had een wachtgeldvutgarantie ontvangen, wat inhield dat hij aanspraak zou houden op wachtgeld, zelfs na het bereiken van de VUT-gerechtigde leeftijd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister van VROM de garantie had gegeven dat eiser geen nadeel zou ondervinden van de afschaffing van de VUT-regeling. De rechtbank oordeelde dat de minister van Binnenlandse Zaken de verplichtingen van de minister van VROM had overgenomen. Eiser ontving een wachtgeld dat was vastgesteld op 70% van zijn laatstgenoten bezoldiging, maar dit percentage werd later aangepast naar 78% en vervolgens naar 77%. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen de verlaging van zijn wachtgeld, maar de rechtbank oordeelde dat de aanpassing van het wachtgeldpercentage rechtmatig was. De rechtbank concludeerde dat het bestreden besluit in stand kon blijven en verklaarde het beroep van eiser ongegrond. Eiser heeft niet aangetoond dat zijn netto wachtgeld na de verlaging onder het gegarandeerde bedrag viel. De rechtbank heeft geen termen gezien voor een proceskostenveroordeling.