ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7090
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. van Hoorn
- J. Elders
- P. van Apeldoorn
- Rechtspraak.nl
Tussenvonnis in zaak van mishandeling van een kleuter te Apeldoorn
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 6 april 2004 een tussenvonnis gewezen in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van mishandeling van de zoon van zijn mededader. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 5 augustus 2003, samen met een ander, opzettelijk de zoon van zijn mededader, een kleuter, van het leven heeft willen beroven. De rechtbank achtte bewezen dat de verdachte dezelfde feiten heeft gepleegd als de moeder van het kind. De behandeling van de zaak werd op 7 mei 2004 voortgezet, waarbij deskundigen van het Pieter Baan Centrum en de reclassering zouden worden gehoord over de mogelijkheid van TBS met voorwaarden voor de verdachte.
De rechtbank heeft in haar overwegingen de tenlastelegging van de verdachte beoordeeld en geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was voor de primair ten laste gelegde poging tot doodslag, maar dat er wel sprake was van medeplegen van poging tot zware mishandeling. De rechtbank heeft daarbij de verklaringen van de medeverdachte en de gedragsdeskundigen in overweging genomen. De gedragsdeskundigen concludeerden dat de verdachte ten tijde van de feiten lijdende was aan een geestelijke stoornis, waardoor de feiten hem slechts in verminderde mate konden worden toegerekend.
De rechtbank heeft besloten om de deskundigen te horen en het onderzoek te heropenen. De zaak werd geschorst tot de volgende zitting op 7 mei 2004. De rechtbank heeft ook de oproeping van de verdachte bevolen, met kennisgeving aan zijn raadsman. Dit tussenvonnis is gewezen na de terechtzittingen van 3 december 2003, 3 maart 2004 en 23 maart 2004, waarbij de rechtbank ook verzoeken van de verdediging heeft behandeld.