ECLI:NL:RBZUT:2003:AN8504

Rechtbank Zutphen

Datum uitspraak
19 november 2003
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
06/065014-03
Instantie
Rechtbank Zutphen
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • Elders
  • A. van Apeldoorn
  • M. van den Dungen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling in de Piramide-zaak met niet-ontvankelijkheid van benadeelde partijen

In de zaak tegen de verdachte, die betrokken was bij de zogenaamde Piramide-zaak, heeft de Rechtbank Zutphen op 19 november 2003 uitspraak gedaan. De verdachte is veroordeeld tot een werkstraf van 200 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden. De rechtbank oordeelde dat de verdachte, in de periode van 1 juli 1996 tot en met 15 juli 1999, samen met anderen, opzettelijk slachtoffers heeft bewogen tot de afgifte van geldbedragen door middel van misleidende informatie over een beleggingsfonds. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn mededaders valse claims hebben gemaakt over de aard van de investeringen, die in werkelijkheid een piramidespel betroffen. De benadeelde partijen, die zich met vorderingen tot schadevergoeding hadden gevoegd in het strafproces, zijn niet-ontvankelijk verklaard in hun vorderingen. De rechtbank oordeelde dat de vorderingen niet van zodanig eenvoudige aard zijn dat ze door de strafrechter konden worden afgedaan. De benadeelden moeten hun vorderingen indienen bij de burgerlijke rechter. De rechtbank heeft ook overwogen dat de verjaringstermijn voor bepaalde feiten was verstreken, waardoor de officier van justitie niet-ontvankelijk werd verklaard voor die specifieke tenlasteleggingen. De uitspraak benadrukt de ernst van de gepleegde feiten en het misbruik van vertrouwen door de verdachte, die als financieel deskundige optrad.

Uitspraak

RECHTBANK ZUTPHEN
Meervoudige kamer voor strafzaken
Parketnummer: 06/065014-03
Uitspraak d.d.: 19 november 2003
tegenspraak / dip
VERKORT VONNIS
in de zaak tegen:
[Verdachte 2 man],
geboren te [plaats] op [geboortedatum],
wonende te [postcode en plaats], [adres]
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van
5 november 2003.
De tenlastelegging
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij in of omstreeks 1 juli 1996 tot en met 15 juli 1999 te Apeldoorn, in elk
geval in Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans
alleen, (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en)
wederrechtelijk te bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam
en/of van een valse hoedanigheid en/of door een of meer listige kunstgrepen
en/of door een samenweefsel van verdichtsels,
[slachtoffers]
(telkens) heeft/hebben bewogen en/of doen/laten bewegen tot de afgifte van
meerdere, althans een geldbedrag(en), in elk geval van enig goed, hebbende
verdachte en/of zijn mededader(s) toen aldaar (telkens) met vorenomschreven
oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk en/of bedrieglijk
en/of in strijd met de waarheid
- aan eerdergenoemde perso(o)n(en) medegedeeld en/of doen/laten mededelen dat
Life Invest (Fund) en/of Unilife en/of (Uni)life Investment Fund en/of
Powersystem een beleggingsfonds/produkt betrof, althans een combinatie van
sparen en beleggen, althans dat hun/zijn/haar gelden worden belegd en/of
gespaard en/of
- aan eerdergenoemde perso(o)n(en) medegedeeld en/of doen/laten mededelen dat
Life Invest (Fund) en/of Unilife en/of (Uni)life Investment Fund en/of
Powersystem geen piramidespel betrof en/of
- aan eerdergenoemde perso(o)n(en) gesproken over en/of doen/laten spreken
over aandelen en opties in combinatie met Life Invest (Fund) en/of Unilife
en/of (Uni)life Investment Fund en/of Powersystem en/of
- aan eerdergenoemde perso(o)n(en) medegedeeld en/of doen/laten mededelen dat
Life Invest (Fund) en/of Unilife en/of (Uni)life Investment Fund en/of
Powersystem (een) bankgarantie heeft en/of
- aan eerdergenoemde perso(o)n(en) (een) voorlichtingsbijeenkomst(en) geven
en/of doen/laten geven waarbij de deelneming van Life Invest (Fund) en/of
Unilife en/of (Uni)life Investment Fund en/of Powersystem werd gecombineerd
met en/of werd verbonden aan de zogenaamde GAMAX Top 110 Fund en/of het WWM
fonds en/of AXA beleggingsrekening en/of professionele beleggingsfondsen en/of
banken en/of
- aan eerdergenoemde perso(o)n(en) een (bijzonder) hoog rendement over
hun/zijn/haar deelneming in Life Invest (Fund) en/of Unilife en/of (Uni)life
Investment Fund en/of Powersystem gegarandeerd en/of doen garanderen,
waardoor
[slachtoffers]
(telkens) werd bewogen tot bovenomschreven afgifte;
art 326 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
ALTHANS, dat
hij in of omstreeks 1 juli 1996 tot en met 15 juli 1999 te Apeldoorn, althans
in Nederland (telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, (telkens) opzettelijk meerdere, althans een geldbedrag(en), in
elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffers], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), welk(e) goed(eren) verdachte en/of zijn mededader(s) anders dan
door misdrijf, te weten namelijk als beheerder van deze gelden, althans de
door bovengenoemde personen overgedragen (inleg/deelnemers)gelden, onder zich
had(den), wederrechtelijk zich heeft toegeëigend;
art 321 Wetboek van Strafrecht
art 47 lid 1 ahf/sub 1 Wetboek van Strafrecht
2.
hij op meerdere, althans een tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1
april 1994 tot en met 15 juli 1999 te Apeldoorn, in elk geval in Nederland
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen meermalen,
althans eenmaal, (telkens)
- een deelnamereglement van Life Invest en/of Life Investment Fund (doc 4)
en/of
- een wervings/informatiepapier (doc 8) en/of
- een nieuwsbrief (doc 57) en/of
- een bulletin/informatiepapier (doc 38)
, - (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te
dienen - valselijk heeft opgemaakt of vervalst, immers heeft verdachte
(telkens) valselijk
- in dit deelnamereglement onder paragraaf 13 opgenomen en/of doen/laten
opnemen: "de correcte afwikkeling van de geldstroom wordt periodiek
gecontroleerd door tenminste twee externe en onafhankelijke
accountants/belastingadviseurs" en/of "Daarnaast verzorgt een onafhankelijke
commissie van deelnemers de controle over het behoorlijk gebruik van het
maatschappelijk kapitaal in het fonds." en/of (doen/laten) vermelden dat er
een Raad van Toezicht bestaat en/of
- in dit deelnamereglement onder paragraaf 16 (doen/laten) vermelden dat Life
Invest is gedeponeerd als een financieel trechterfonds en/of
- op dit wervings/informatie papier (doen/laten) vermelden: "unilife
beleggersassociatie" en/of " een intelligente combinatie van Powersystem
Investment Fund en AXA beleggingsrekening" en/of
- in deze nieuwsbrief (doen/laten) vermelden: "de eerste aandelen zijn
uitbetaald. Vanaf nu af aan zullen zij, die maandelijks nieuwe aandelen hebben
opgebouwd, ook maandelijks uitbetalingen ontvangen" en/of "Thans vinden er
afrondende gesprekken plaats met een van de grootste Nederlandse banken
waarbij het binnenkort voor nieuwe deelnemers mogelijk wordt gemaakt, indien
men dat wenst, een bankgarantie te verkrijgen" en/of
- in dit bulletin/nieuwspapier (doen/laten) vermelden dat het innovatieve
Life Invest Fund terecht geassocieerd wordt met professionele en vertrouwde
beleggingsfondsen"
, zulks (telkens) met het oogmerk om die/dat geschrift(en) als echt en
onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken;
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
ALTHANS, dat
hij in of omstreeks 1 april 1994 tot en met 15 juli 1999 te Apeldoorn, in elk
geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen meermalen, althans eenmaal, (telkens) opzettelijk gebruik heeft
gemaakt en/of doen/laten gebruiken van (een) vals(e) of vervalst(e)
- een deelnamereglement van Life Invest en/of Life Investment Fund (doc 4)
en/of
- een wervings/informatiepapier (doc 8) en/of
- een nieuwsbrief (doc 57) en/of
- een bulletin/informatiepapier (doc 38),
- (elk) zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te
dienen - als ware die/dat geschrift(en) (telkens) echt en onvervalst,
bestaande dat gebruikmaken hierin dat verdachte en/of zijn medeverdachte(n)
genoemde documenten aan (potentiele) deelnemers heeft/hebben overhandigd en/of
doen/laten overhandigen, althans ter beschikking heeft/hebben gesteld en/of
doen/laten stellen (om aldus deze personen te bewegen tot deelname aan Life
Invest/Life Investment Fund/Unilife/Powersystem en bestaande die valsheid of
vervalsing hierin dat
- in dit deelnamereglement onder paragraaf 13 opgenomen of doen/laten opnemen:
"de correcte afwikkeling van de geldstroom wordt periodiek gecontroleerd door
tenminste twee externe en onafhankelijke accountants/belastingadviseurs" en/of
"Daarnaast verzorgt een onafhankelijke commissie van deelnemers de controle
over het behoorlijk gebruik van het maatschappelijk kapitaal in het fonds."
en/of (doen/laten) vermelden dat er een Raad van Toezicht bestaat en/of
- in dit deelnamereglement onder paragraaf 16 (doen/laten) vermelden dat Life
Invest is gedeponeerd als een financieel trechterfonds en/of
- op dit wervings/informatie papier (doen/laten) vermelden: "unilife
beleggersassociatie" en/of " een intelligente combinatie van Powersystem
Investment Fund en AXA beleggingsrekening" en/of
- in deze nieuwsbrief (doen/laten) vermelden: "de eerste aandelen zijn
uitbetaald. Vanaf nu af aan zullen zij, die maandelijks nieuwe aandelen hebben
opgebouwd, ook maandelijks uitbetalingen ontvangen" en/of "Thans vinden er
afrondende gesprekken plaats met een van de grootste Nederlandse banken
waarbij het binnenkort voor nieuwe deelnemers mogelijk wordt gemaakt, indien
men dat wenst, een bankgarantie te verkrijgen" en/of
- in dit bulletin/nieuwspapier (doen/laten) vermelden dat het innovatieve
Life Invest Fund terecht geassocieerd wordt met professionele en vertrouwde
beleggingsfondsen";
art 225 lid 2 Wetboek van Strafrecht
Ontvankelijkheid van de officier van justitie
· Verjaring
De rechtbank overweegt hieromtrent het volgende. De verjaringstermijn voor het onder 1 ten laste gelegde delict bedraagt zes jaren. Genoemde termijn vangt aan op de dag na die waarop het feit is gepleegd, hetgeen in de onderhavige zaak inhoudt dat het constitutieve gevolg, te weten de afgifte van goederen, moet hebben plaatsgevonden. De verjaring wordt gestuit op het moment van het uitbrengen van de dagvaarding op 11 juli 2003. De rechtbank is derhalve van oordeel dat de officier van justitie niet-ontvankelijk is, voor zover de tenlastelegging betrekking heeft op de afgifte van goederen in de periode van 1 juli 1996 tot 11 juli 1997.
Taal- en/of schrijffouten
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten en/of kennelijke omissies voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Vrijspraak
Naar het oordeel van de rechtbank is niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder 1 primair ten laste gelegde met betrekking tot de slachtoffers [3 slachtoffers] heeft begaan, nu niet kan worden vastgesteld dat de feiten in Nederland zijn gepleegd. Voorts is niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in de bewezenverklaarde periode het primair tenlastegelegde jegens [slachtoffer vrouw] heeft begaan, nu dit slachtoffer in deze periode geen bedragen meer heeft ingelegd.
Bewezenverklaring
Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 primair en 2 primair ten las-te gelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij in de periode van 11 juli 1997 tot en met 15 juli 1999 te Apeldoorn, in elk
geval in Nederland tezamen en in vereniging met anderen, telkens met het
oogmerk om zich en anderen wederrechtelijk te bevoordelen telkens door
een samenweefsel van verdichtsels,
[slachtoffers]
heeft bewogen en/of doen/laten bewegen tot de afgifte van geldbedragen, hebbende
verdachte en/of zijn mededaders toen aldaar telkens met vorenomschreven
oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of bedrieglijk en/of in strijd met de
waarheid
- aan eerdergenoemde personen medegedeeld en/of doen/laten mededelen dat
Life Invest (Fund) en/of Unilife en/of (Uni)life Investment Fund en/of
Powersystem een beleggingsfonds/produkt betrof en/of
- aan eerdergenoemde personen medegedeeld en/of doen/laten mededelen dat
Life Invest (Fund) en/of Unilife en/of (Uni)life Investment Fund en/of
Powersystem geen piramidespel betrof en/of
- met eerdergenoemde personen gesproken over en/of doen/laten spreken
over aandelen en opties in combinatie met Life Invest (Fund) en/of Unilife
en/of (Uni)life Investment Fund en/of Powersystem en/of
- aan eerdergenoemde personen een (bijzonder) hoog rendement over
hun deelneming in Life Invest (Fund) en/of Unilife en/of (Uni)life
Investment Fund en/of Powersystem gegarandeerd en/of doen garanderen,
waardoor
[slachtoffers] telkens werden bewogen tot bovenomschreven afgifte;
2.
hij op tijdstippen in de periode van 1 april 1994 tot en met 15 juli 1999 te
Apeldoorn, tezamen en in vereniging met een ander,
een deelnamereglement van Life Invest en/of Life Investment Fund,
zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te
dienen - valselijk heeft opgemaakt of vervalst, immers heeft verdachte
valselijk
- in dit deelnamereglement onder paragraaf 13 opgenomen en/of laten opnemen:
"De correcte afwikkeling van de geldstroom wordt periodiek gecontroleerd door tenminste
twee externe en onafhankelijke accountants/belastingadviseurs" en "Daarnaast
verzorgt een onafhankelijke commissie van deelnemers de controle over het
behoorlijk gebruik van het maatschappelijk kapitaal in het fonds.", en
- in dit deelnamereglement onder paragraaf 16 (doen/laten) vermeld(en) dat Life
Invest is gedeponeerd als een financieel trechterfonds,
zulks met het oogmerk om dat geschrift als echt en onvervalst te gebruiken
of door anderen te doen gebruiken.
Aangaande het onder 2 primair bewezenverklaarde overweegt de rechtbank dat het wervings/informatiepapier, de nieuwsbrief en het bulletin, als weergegeven in de tenlastelegging, naar haar oordeel geen geschriften betreffen bestemd om tot bewijs van enig feit te dienen.
Vrijspraak van het meer of anders tenlastegelegde
Wat meer of anders is ten las-te gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. De verdachte be-hoort daarvan te worden vrijgesproken.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezene levert op de misdrijven:
feit 1: medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
feit 2: medeplegen van valsheid in geschrift.
Strafbaarheid van de verdachte
Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aanne-melijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.
Oplegging van straf en/of maatregel
Gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdach-te zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, acht de rechtbank een voorwaardelijke gevangenisstraf met daarnaast een taakstraf als na te melden - met welke strafmodaliteit verdachte heeft ingestemd - op zijn plaats. Bedoelde taakstraf zal moeten worden verricht op een projectplaats als opgenomen in de door de Stichting Reclassering Nederland gehanteerde lijst van projectplaatsen.
De rechtbank heeft bij de straftoemeting in het bijzonder in aanmerking genomen dat verdachte samen met zijn mededaders een financieel product aan de man heeft gebracht als ware het een vorm van beleggen, terwijl de deelname feitelijk inhield deelname aan een piramidespel. Er zijn hoge rendementen gegarandeerd, maar de meeste deelnemers hebben niets dan wel een relatief gering bedrag terugontvangen. Verdachte heeft hierdoor vele slachtoffers, die in de meeste gevallen hoge bedragen hadden ingelegd, aanzienlijk financieel benadeeld. Verdachte heeft misbruik gemaakt van het vertrouwen dat de deelnemers in hem hadden als financieel deskundige en ook als voorganger in de kerk of anderszins.
De rechtbank acht een voorwaardelijke gevangenis-straf op zijn plaats teneinde verdachte ervan te weerhouden opnieuw strafbare feiten te plegen.
Vordering tot schadevergoeding
De benadeelde partijen:
- [slachtoffers]
hebben zich met een vordering tot schade-vergoeding gevoegd in het strafproces.
Deze benadeelde partijen zullen niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vorderingen, nu de vorderingen worden betwist en niet van zodanig eenvoudige aard zijn, dat zij zich lenen voor afdoening in het strafgeding. De onderlinge verhouding tussen de diverse schuldenaren is niet eenvoudig vast te stellen. Teneinde die verhouding vast te stellen zou de verdediging mogelijkerwijs in de gelegenheid moeten worden gesteld getuigen te kunnen doen horen. Daarnaast dient zij zonodig de mogelijkheid te hebben personen in vrijwaring op te kunnen roepen. Deze mogelijkheden kent het strafgeding niet.
De benadeelde partijen kunnen hun vordering slechts aanbrengen bij de burgerlijke rechter.
De benadeelde partijen [3 slachtoffers] hebben zich eveneens met een vordering tot schade-vergoeding gevoegd in het strafproces.
Deze benadeelde partijen zullen niet-ontvankelijk worden verklaard in hun vorderingen, nu verdachte van het onder 1 primair tenlastegelegde partieel is vrijgesproken.
De benadeelde partij [slachtoffer vrouw], die zich met een vordering tot schadevergoeding heeft gevoegd in het strafproces, zal niet-ontvankelijk worden verklaard in haar vordering, nu de officier van justitie met betrekking tot het onder 1 primair ten laste gelegde feit partieel niet-ontvankelijk is verklaard wegens verjaring en de benadeelde partij in de bewezen verklaarde periode geen bedragen heeft ingelegd.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
Deze beslissing is gegrond op de artikelen 10, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 27, 47, 57, 225 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING
De rechtbank beslist als volgt.
Verklaart de officier van justitie niet-ontvankelijk in haar straf-vervolging met betrekking tot feit 1 voor zover de tenlastelegging betrekking heeft op de afgifte van goederen in de periode van 1 juli 1996 tot 11 juli 1997.
Verklaart niet bewezen, dat verdachte het onder 1 primair tenlastegeleg-de met betrekking tot de slachtoffers J[4 slachtoffers] heeft begaan en spreekt verdachte daarvan vrij.
Verklaart, zoals hiervoor overwogen, bewezen dat verdachte het onder 1 primair en 2 primair tenlastegelegde heeft begaan.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten las-te gelegd dan hierboven is bewezen verklaard en spreekt ver-dachte daarvan vrij.
Verklaart het bewezenverklaarde strafbaar.
Het bewezenverklaarde levert op de misdrijven
feit 1: medeplegen van oplichting, meermalen gepleegd;
feit 2: medeplegen van valsheid in geschrift.
Verklaart de verdachte ter zake van het bewezenverklaarde straf-baar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 maanden.
Bepaalt, dat de gevangenisstraf niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, op grond dat veroor-deelde zich vóór het einde van een proeftijd van 2 jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt.
Veroordeelt de verdachte tot de navolgende taakstraf, te weten:
een werkstrafgedurende 200 uren, met bevel dat indien deze straf niet naar behoren wordt verricht vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van 100 dagen.
Beveelt dat voor de tijd die door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van de taakstraf in verzekering is doorgebracht, bij de uitvoering van die straf uren in mindering wordt gebracht volgens de maatstaf dat voor een dag in verzekering doorgebracht 2 uur per dag in mindering wordt gebracht.
Verklaart de benadeelde partijen:
[slachtoffers],
niet-ontvankelijk in hun vordering en bepaalt dat de benadeelde partijen hun vordering slechts bij de burgerlijke rechter kunnen aanbrengen.
Aldus gewezen door mr. Elders, voorzitter, mrs. Van Apeldoorn en Van den Dungen, rech-ters, in tegenwoordigheid van mr. De Bruijn-van der Sluijs, griffier, en uitge-sproken op de openbare terechtzitting van 19 november 2003.