ECLI:NL:RBZUT:2003:AH9481
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A. Hooghiemstra
- J.A. Lok
- Rechtspraak.nl
Toekenning plaatsingsbudget op grond van de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten na te late aanvraag
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 25 juni 2003 uitspraak gedaan in een geschil tussen Westo Machinebouw B.V. en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. De eiseres, Westo Machinebouw B.V., had een aanvraag ingediend voor een plaatsingsbudget op grond van de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten (Wet REA) voor een werknemer, maar deze aanvraag was te laat ingediend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aanvraag voor het plaatsingsbudget op 6 december 2001 was ingediend, terwijl de dienstbetrekking van de werknemer op 1 januari 2001 was aangegaan. Volgens de Regeling aanvraagtermijnen Wet REA diende een aanvraag binnen twee maanden na aanvang van de dienstbetrekking te worden ingediend, en de sanctie voor het niet tijdig indienen was dat er geen plaatsingsbudget werd toegekend over de periode voorafgaande aan de aanvraag.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de sanctie niet van toepassing was, omdat de dienstbetrekking vóór 1 juli 2001 was aangevangen en de Regeling 2000 van toepassing was. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de Regeling 2001, die na 1 juli 2001 in werking trad, niet van toepassing was op deze aanvraag. De rechtbank heeft het bestreden besluit van de verweerder vernietigd en het besluit van 3 juni 2002 herroepen, waarbij aan eiseres een plaatsingsbudget van € 4.424,06 werd toegekend. Tevens is de verweerder veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 644,-.
De uitspraak is gedaan in het kader van bestuursrecht en socialezekerheidsrecht, en de rechtbank heeft de zaak gegrond verklaard. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep.