ECLI:NL:RBZUT:2003:AH9007
Rechtbank Zutphen
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering tot ontruiming van gekraakte woningen aan de Pastorieweg te Vorden door Stichting De Stiepel
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 1 juli 2003 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting De Stiepel en de krakers van woningen aan de Pastorieweg te Vorden. De Stiepel, eigenaar van vier seniorenwoningen, vorderde ontruiming van de woningen die door de krakers waren gekraakt. De vordering werd afgewezen omdat de voorzieningenrechter oordeelde dat De Stiepel geen spoedeisend belang had bij de ontruiming. De rechtbank had eerder bepaald dat de huurovereenkomst met de bewoners beëindigd moest worden, maar dit was afhankelijk van het verkrijgen van een onherroepelijke bouwvergunning, die nog niet was verkregen.
De Stiepel had de woningen eerder opgezegd voor eigen gebruik en had een sloopvergunning aangevraagd, maar de krakers waren niet bereid om de woningen vrijwillig te verlaten. De voorzieningenrechter concludeerde dat, hoewel De Stiepel belang had bij beëindiging van de onrechtmatige situatie, er geen spoedeisend belang was voor de gevorderde ontruiming. De rechtbank oordeelde dat de krakers onrechtmatig handelden, maar dat dit niet leidde tot een onmiddellijke noodzaak voor ontruiming.
De vordering van De Stiepel werd afgewezen en zij werd veroordeeld in de kosten van de procedure. De uitspraak benadrukt het belang van het spoedeisend belang in kort geding procedures en de voorwaarden waaronder ontruiming kan worden toegewezen.