RECHTBANK ZUTPHEN
SECTOR KANTON, locatie Terborg
[eiser] wonende te [woonplaats], [adres],
e i s e r, hierna te noemen [eiser],
gemachtigde: Mr. H.S. Eisenberger van DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V. te Amsterdam,
rolgemachtigde: C.A.A.M. Schmitz, deurwaarder te Terborg,
de stichting [gedaagde], gevestigd en kantoorhoudende te [woonplaats], [adres],
g e d a a g d e, hierna te noemen [gedaagde],
gemachtigde: Mr H. Grootjans, advocaat te Doetinchem.
Wederom gezien de stukken, waaronder thans het in deze zaak gewezen tussenvonnis d.d. 13 juni 2002;
Gehoord partijen.
1. Het verdere verloop van de procedure:
1.1 Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
1.2 De inhoud van voormelde processtukken en die van het tussenvonnis maakt deel uit van dit vonnis.
2. De vaststaande feiten:
Als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende gemotiveerd betwist en mede blijkend uit de overgelegde stukken staat het volgende vast.
2.1 [gedaagde] is vergunninghoudster van de radiozender [Z], waarop radio programma's worden uitgezonden, die voor wat betreft de programma's tussen 07.00 uur tot 21.00 uur, worden geproduceerd door [bedrijf A].
Op basis van een arbeidsovereenkomst is [man] werkzaam in dienst van [bedrijf A].
Voornoemde [man] treedt al jarenlang op als presentator met de naam [x] in radioprogramma's die door [Z] worden uitgezonden.
2.2 [Man 2], als diskjockey werkzaam in het uitgaanscentrum [Dancing] te [woonplaats], heeft zich een aantal malen tijdens zijn optredens als diskjockey gepresenteerd als [x] van [Z].
2.3 Op 18 september 2000 om 17.45 is een programma uitgezonden, gepresenteerd door voornoemde [man] onder de naam [x], waarin deze onder meer de volgende tekst heeft uitgesproken:
"Ik heb een e-mail ontvangen van [luisteraar]
Hallo die [X], afgelopen weekend heb ik jouw naam tijdens een feest gezuiverd.
Iemand had het over die vette achterlijke onbeschofte [X] van [Z], die ook bij de [dancing] werkt. Ik heb ze uitgelegd hoe het zat en de gemoederen waren snel bedaard, maar vervelend was het wel voor jou, hopelijk houdt het nu eens op want het is niet echt geweldig voor je reputatie.
Groetjes en knuffels voor de Puffels. [luisteraar].
Ja [luisteraar] het signaal is mij al enige tijd bekend. Er werkt daar zoals jij daar leuk beschrijft "die vette achterlijke onbeschofte diskjockey van de [dancing]", die [X] heet. Zijn ware naam is, kan ik je melden, [voornaam] [Man 2]. Deze man maakt er een hobby van om zich uit te geven als [X] en we hebben daar al meerdere klachten over binnen gehad. We hebben zelf al moeders gehad, die mij belde en mij vroegen of, wat ik met hun dochter uitgevreten heb…"
3.1 [Man 2] vordert dat de [gedaagde] bij voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis wordt veroordeeld om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan hem te betalen de som van t 2.972,26 , vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
18 september 2000 tot aan de dag der algehele voldoening, met veroordeling van de [gedaagde] in de kosten van deze procedure, daarin begrepen het salaris van [Man 2] gemachtigde.
Tegen de achtergrond van de vaststaande feiten legt hij daaraan het volgende ten grondslag.
3.2 Door de beledigende, onnodig grievende, smadelijke en lasterlijke uitlatingen van [man] in het radioprogramma is [Man 2] in zijn eer en goede naam zowel in de privé-sfeer als in zijn beroepsmatige omgeving geschaad. Bezoekers hebben hem in de discotheek meerdere malen op nare wijze geconfronteerd met de uitlatingen van [man] als werknemer van de [gedaagde].
3.3 De aard en ernst van de gevolgen voor [Man 2] rechtvaardigen een immateriële schadevergoeding van t 2.722,68, terwijl voorts de redelijk gemaakte kosten ter verkrijging van voldoening buiten rechte, die 2 uren bedragen, een bedrag van t 249,58 belopen.
4.1 [gedaagde] concludeert primair tot niet-ontvankelijkverklaring van [Man 2] in zijn vorderingen, subsidiair tot afwijzing van de vorderingen, met veroordeling van [Man 2] in de kosten van het geding.
Tegen de achtergrond van de vaststaande feiten voert zij daartoe het volgende ten verwere aan.
4.2 [man] is geen ondergeschikte van de [gedaagde]. Aan de [gedaagde] komt evenmin de bevoegdheid toe om [man] werkzaamheden op te dragen of aanwijzingen, dan wel bevelen te geven.
4.3 De in het radioprogramma uitgesproken kwalificatie is niet door [man] bedacht, maar door een luisteraarster van het programma, die deze kwalificatie in het aan [man] verzonden e-mail bericht hanteerde. Het voorlezen van de tekst van de e-mail is niet verwijtbaar.
4.4 De actie van [man] houdt verband met het gedrag van [Man 2], die verwarring heeft gesticht door zich in de discotheek uit te geven als [x] van radio [Z].
4.5 Het gevorderde bedrag is buiten proporties. Voorts zijn door [Man 2] geen kosten gemaakt ter voldoening buiten rechte, aangezien hij een rechtsbijstandverzekering heeft gesloten.
5 De beoordeling van het geschil:
5.1 Het primaire verweer van de [gedaagde], houdende niet-ontvankelijkheid van [Man 2] in zijn vordering jegens de [gedaagde], treft doel.
Voor de toepassing van de kwalitatieve aansprakelijkheid van de [gedaagde] is immers vereist, dat de [gedaagde] zeggenschap heeft over de uitvoering van het radioprogramma, dat [man] zich foutief heeft gedragen en dat er voldoende verband is tussen de opgedragen taak en de fout.
5.2 Daargelaten dat de [gedaagde] de gestelde ondergeschiktheid van [man] aan haar voldoende feitelijk heeft weerlegd en [Man 2] dat verweer niet heeft ontzenuwd, is het volgende van betekenis.
Onbetwist is gebleven dat vrouwelijke bezoekers van de discotheek door [Man 2], zich uitgevend als [x] van Radio [Z], zijn lastig gevallen en dat ouders van deze bezoeksters [man] ervan betichtten, dat hij hun dochters lastigviel.
Gegeven het eigen gedrag en optreden van [Man 2], waarover [man] zelfstandig werd ingelicht, gevoegd bij de inhoud van het meergenoemde, zelfstandige e-mail bericht stond het [man] vrij om het bedoelde e-mail bericht te citeren. Weliswaar is de daarin gebruikte kwalificatie minder vleiend, maar gegeven de hiervoor vastgestelde feiten in geen opzicht beledigend of onrechtmatig jegens [Man 2].
5.3 Het vorenstaande leidt tot de slotsom dat van als onrechtmatig te kwalificeren foutief gedrag van [man] geen, althans in volstrekt onvoldoende mate sprake is, zodat van aansprakelijkheid van de [gedaagde] in formele, maar ook in materiële zin reeds daarom evenmin sprake is.
5.4 Hetgeen overigens is aangevoerd is van geen of slechts ondergeschikte betekenis en doet niet af aan de beslissing, welke meebrengt dat [Man 2] niet-ontvankelijk is in zijn vorderingen jegens de [gedaagde], zodat hij belast zal worden met de proceskosten.
De kantonrechter, rechtdoende
6.1 Verklaart [Man 2] niet-ontvankelijk in zijn vorderingen.
6.2 Veroordeelt [Man 2] in de kosten van de procedure, die tot aan deze uitspraak aan de zijde van de [gedaagde] worden vastgesteld op t 675,00 als gemachtigdensalaris.
Aldus gewezen door Mr. A.C. de Visser, kantonrechter (plv.), en uitgesproken ter openbare terechtzitting van donderdag, 14 november 2002, in tegenwoordigheid van de griffier.