ECLI:NL:RBZLY:2012:BZ1539
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verdeling huwelijkse schulden tussen ex-echtgenoten na echtscheiding
In deze zaak, die voor de Rechtbank Zwolle-Lelystad werd behandeld, gaat het om de verdeling van huwelijkse schulden tussen twee ex-echtgenoten, [de man] en [de vrouw], die tot 16 juni 2011 in gemeenschap van goederen waren gehuwd. De ontbonden huwelijksgoederengemeenschap omvatte huwelijkse schulden ter waarde van circa EUR 90.000 tot EUR 100.000. De vordering van Achmea Retailbank NV tegen beide ex-echtgenoten als hoofdelijk schuldenaren leidde tot een vrijwaringsprocedure, waarbij [de man] [de vrouw] in vrijwaring heeft opgeroepen. [de vrouw] voerde verweer en vorderde in reconventie een volledige verdeling van de huwelijkse schulden in plaats van een gedeeltelijke verdeling.
De rechtbank oordeelde dat, zolang [de man] niet meer dan 50% van de schuld heeft betaald, zijn interne regresvordering tegen [de vrouw] niet kan worden toegewezen op basis van artikel 6:10 BW. De rechtbank hield rekening met de maandelijkse aflossingen die [de man] doet en de invloed daarvan op zijn draagkracht voor alimentatieverplichtingen. De rechtbank concludeerde dat beide partijen hoofdelijk schuldenaren zijn en dat zij ieder voor de helft draagplichtig zijn voor de schuld aan Achmea.
In de beslissing werd bepaald dat partijen ieder bij helfte de huwelijkse schulden moeten voldoen. De rechtbank verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad en compenseerde de proceskosten, waarbij iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het vonnis werd uitgesproken door mr. L.M. Rijksen op 28 november 2012.