ECLI:NL:RBZLY:2012:BY3855
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. van Holten
- G. Blomsma
- F.H. Schormans
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte wegens niet-ontuchtige handelingen in Almere
Op 8 november 2012 heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van ontuchtige handelingen jegens een minderjarige. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de ten laste gelegde feiten, omdat het handelen van de verdachte niet als strijdig met de sociaal-ethische normen kon worden aangemerkt. De zaak kwam aan het licht na een melding op 4 januari 2012, waarbij de verdachte werd beschuldigd van het aanbrengen van een nekklem en het zoenen van een 14-jarige jongen in de nek. Tijdens de zitting op 25 oktober 2012 verklaarde het slachtoffer, [slachtoffer 1], dat de verdachte hem van achteren had vastgepakt en een soort zoen in zijn nek had gegeven, waarbij speeksel was vrijgekomen. Een getuige bevestigde dat ze had gezien dat de verdachte iets raars deed met het slachtoffer.
De verdachte verklaarde dat hij in een vrolijke bui was en de jongens op een vriendschappelijke manier wilde begroeten. De rechtbank oordeelde dat de gedragingen van de verdachte, hoewel onbetamelijk en onsmakelijk, niet als ontuchtig konden worden gekwalificeerd volgens artikel 246 van het Wetboek van Strafrecht. De rechtbank benadrukte dat de kwalificatie van een handeling als seksueel afhankelijk is van de omstandigheden en de intentie van de dader. In dit geval was er geen bewijs van een seksuele bedoeling van de verdachte. De rechtbank concludeerde dat de gedragingen van de verdachte niet noodzakelijkerwijs als seksueel van aard konden worden aangemerkt en sprak de verdachte vrij van de ten laste gelegde feiten.