ECLI:NL:RBZLY:2012:BX3022
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. van Holten
- G. Blomsma
- L.G. Wijma
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van nitraatbom gooien met zwaar lichamelijk letsel als gevolg
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad, is de verdachte vrijgesproken van het ten laste gelegde feit van het gooien van een nitraatbom, dat op 7 november 2011 plaatsvond. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte niet in een dusdanige rol heeft gehandeld die kan worden gekwalificeerd als medeplegen. De verdachte was op de hoogte van de plannen om een nitraatbom te gooien, maar heeft niet actief deelgenomen aan de uitvoering daarvan. Het enkele feit dat hij de deur van de snackbar open liet staan, was niet voldoende om te concluderen dat er sprake was van nauwe en bewuste samenwerking met de medeverdachten. De rechtbank heeft de verklaringen van de medeverdachten en de benadeelde partij, die zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen door de ontploffing van de nitraatbom, zorgvuldig gewogen. De benadeelde partij, [slachtoffer 2], heeft als gevolg van de ontploffing een gedeelte van haar duim verloren en haar middelvinger gebroken. De rechtbank heeft geoordeeld dat er onvoldoende bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte bij het geweld dat is gepleegd. De vordering van de benadeelde partij is niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte van het hem ten laste gelegde is vrijgesproken. De uitspraak is gedaan op 20 juli 2012, na een zitting op 6 juli 2012, waarbij de verdachte bijgestaan werd door zijn advocaat, mr. C.G. Blok. De officier van justitie, mr. C.C.M. Poland, had gevorderd tot bewezenverklaring van de tenlastelegging, maar de rechtbank kwam tot een andere conclusie.