ECLI:NL:RBZLY:2012:BX2628

Rechtbank Zwolle-Lelystad

Datum uitspraak
27 maart 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
07.651088-11
Instantie
Rechtbank Zwolle-Lelystad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Mensenhandel door echtgenoot van slachtoffer in samenwerking met vriend, uitbuiting binnen huwelijksrelatie met kinderen en vrijwilligheid prostitutie

In deze strafzaak heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 27 maart 2012 uitspraak gedaan in een zaak van mensenhandel. De verdachte, samen met een medeverdachte, werd beschuldigd van het uitbuiten van de echtgenote van de medeverdachte, die in een kwetsbare positie verkeerde door haar alcoholverslaving. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat zij bevoegd was om de zaak te behandelen. De tenlastelegging omvatte onder andere het vervoeren van het slachtoffer met het oogmerk van uitbuiting, het dwingen tot prostitutie en het profiteren van de opbrengsten van haar werkzaamheden. De rechtbank heeft de verklaringen van het slachtoffer en getuigen in overweging genomen, evenals de inhoud van MSN- en telefoongesprekken tussen de verdachte en de medeverdachte, waaruit een patroon van geweld en uitbuiting bleek. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van een nauwe samenwerking tussen de verdachte en de medeverdachte, en dat het slachtoffer niet in staat was om een vrije keuze te maken door haar verslaving en de omstandigheden van haar huwelijk. De rechtbank achtte de mensenhandel wettig en overtuigend bewezen, maar sprak de verdachte vrij van andere ten laste gelegde feiten. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. De rechtbank hield rekening met het psychologisch rapport van de verdachte, waarin een ziekelijke stoornis werd vastgesteld, en met het reclasseringsrapport, dat een laag gemiddeld recidiverisico aangaf. De rechtbank concludeerde dat de aard en ernst van het bewezen feit een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf vereisten, en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die tot een andere beslissing zouden moeten leiden.

Uitspraak

RECHTBANK ZWOLLE - LELYSTAD
Sector Strafrecht - Meervoudige Strafkamer
Parketnummer: 07.651088-11(P)
Uitspraak: 27 maart 2012
VONNIS IN DE STRAFZAAK VAN:
het openbaar ministerie
tegen
[Verdachte],
geboren op [geboortejaar],
wonende te [adres].
ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
Het onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden op 13 september 2011, 7 december 2011 en 13 maart 2012.
De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. W. Hekkelman, advocaat te Zutphen.
Als officier van justitie was aanwezig mr. B.C. van Haren.
TENLASTELEGGING
De verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op één of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 01 juni 2010
tot en met 01 juni 2011 te Genemuiden, althans in de gemeente
Zwartewaterland, althans in Nederland,
(lid 3, onder 1°)
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
een ander, te weten, [slachtoffer],
(lid 1, onder 1°)
door dwang en/of geweld en/of één of meer (andere) feitelijkheden en/of door
dreiging met geweld en/of andere feitelijkheden, door fraude, afpersing,
misleiding dan wel door misbruik van uit feitelijke verhoudingen voortvloeiend
overwicht en/of door misbruik van de kwetsbare positie,
heeft geworven, vervoerd, overgebracht, gehuisvest en/of opgenomen met het
oogmerk van uitbuiting van die [slachtoffer],
en/of
(lid 1, onder 4°)
(telkens) met één of meerdere van de onder 1° van dit artikel genoemde
middelen, die [slachtoffer] heeft gedwongen en/of bewogen zich beschikbaar te stellen
tot het verrichten van arbeid en/of diensten en/of de onder 1° van dit artikel
genoemde omstandigheden enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij,
verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer] zich daardoor
beschikbaar zou stellen tot het verrichten van arbeid en/of diensten,
en/of
(lid 1, onder 6°)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting
van die [slachtoffer],
en/of
(lid 1, onder 9°)
(telkens) met één of meerdere van de onder 1° genoemde middelen die [slachtoffer]
heeft bewogen hem, verdachte te bevoordelen uit de opbrengst van haar seksuele
handelingen met en/of voor een derde,
immers heeft verdachte en/of zijn mededader (één of meermalen)
terwijl verdachte en/of die [slachtoffer] geen inkomsten heeft/hebben uit reguliere
arbeid en/of
terwijl (mede)verdachte en die [slachtoffer] samenwonen en twee kinderen hebben en/of
terwijl die [slachtoffer] verslaafd is aan de alcohol
die [slachtoffer]
- een schuldverklaring laten tekenen en/of
- gedwongen seks met hem, (mede)verdachte, te hebben en/of
- gedwongen seks met anderen te hebben (voor geld) en/of
- mishandeld en/of
- bedreigd met mishandeling (als ze geen geld mee naar huis zou nemen van haar
prostitutiewerkzaamheden) en/of
- bedreigd en/of
- beledigd en/of
- haar in haar/hun woning laten werken als prostituee en/of
- haar naar klanten gebracht en/of
- de werktijden van haar als prostituee bepaald en/of
- klanten voor haar als prostituee geregeld en/of
- gecontroleerd hoeveel klanten zij had en hoeveel geld ze daarmee had
verdiend en/of
- het door haar verdiende geld ingenomen en/of beheerd en/of (deels) aangewend
voor zijn/hun eigen gebruik
2.
[medeverdachte] in of omstreeks de periode van 30 mei 2011 tot en met 02 juni 2011
te Genemuiden, althans in de gemeente Zwartewaterland en/of in de gemeente
Elburg, althans in Nederland, ter voorbereiding van het misdrijf om
opzettelijk en met voorbedachte rade een ander van het leven te beroven, aan
een of meer anderen het voornemen om opzettelijk en met voorbedachte rade een
ander van het leven te beroven (telefonisch en/of via msn en/of e-mail) heeft
kenbaar gemaakt en/of een of meer anderen heeft getracht te bewegen om bij het
plegen van dat feit behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen
en/of inlichtingen te verschaffen en/of opzettelijk een vervoersmiddel, te
weten een auto (met chauffeur), bestemd tot het begaan van dat misdrijf, heeft
verworven en/of voorhanden heeft gehad tot en/of bij het plegen van welk
misdrijf verdachte in of omstreeks de periode van 30 mei 2011 tot en met 02
juni 2011 te Genemuiden, althans in de gemeente Zwartewaterland en/of in de
gemeente Elburg en/of elders in Nederland opzettelijk gelegendheid, middelen
en/of inlichtingen heeft verschaft en/of opzettelijk behulpzaam is geweest
door het verschaffen van een vervoersmiddel en/of zich aan te melden als
chauffeur (voor geld);
3.
hij op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 01 januari
2010 tot en met 01 juni 2011 te Genemuiden, althans in de gemeente
Zwartewaterland, althans in Nederland, (meer malen) opzettelijk mishandelend
een persoon (te weten [slachtoffer]), (met al dan niet tot vuist gebalde hand)
heeft geslagen/gestompt en/of (met geschoeide voet) heeft geschopt/getrapt
tegen/op haar hoofd/gezicht en/of lichaam en/of (met kracht) heeft geduwd
tegen haar lichaam, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft
ondervonden;
De rechtbank verbetert in de tenlastelegging een aantal kennelijke schrijffouten. De verdachte wordt blijkens het onderzoek ter terechtzitting daardoor niet in zijn verdediging geschaad.
VOORVRAGEN
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in haar vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
BEWIJSMOTIVERING
Het standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft gevorderd verdachte vrij te spreken ter zake het onder 2 ten laste gelegde. De officier heeft gevorderd verdachte te veroordelen ter zake het onder 1 en 3 ten laste gelegde.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft vrijspraak bepleit voor de feiten 1, 2 en 3. Ten aanzien van de msn-contacten en sms-berichten heeft verdachte opgemerkt dat zij getuigen van weinig respect ten opzichte van [slachtoffer] en een macaber gevoel voor humor vertonen, maar dat een en ander niet genoeg bewijs oplevert om een veroordeling voor uitbuiting te dragen.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank overweegt, op grond van de hierna in voetnoten vermelde bewijsmiddelen , het navolgende.
Feit 1:
De vraag of sprake is van uitbuiting in de zin van artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht is sterk afhankelijk van de omstandigheden van het geval. De rechtbank stelt voorop, dat het onderhavige geval wordt gekenmerkt door de situatie dat sprake is van een huwelijksrelatie tussen [slachtoffer] en de medeverdachte en dat zij samen kinderen hebben, terwijl verdachte bevriend is met de medeverdachte. Bij de beantwoording van de vraag of sprake is van uitbuiting, dient te worden bezien of in het onderhavige geval sprake is geweest van tewerkstelling en de aard, duur en wijze daarvan, of [slachtoffer] beperkingen heeft ondervonden en of gezegd kan worden dat door verdachte en zijn medeverdachte daaruit economische voordelen zijn behaald. Bij de weging van deze factoren zijn de in de Nederlandse samenleving geldende maatstaven als referentiekader gehanteerd.
Alles overziende is de rechtbank van oordeel dat verdachte, tezamen en in vereniging met zijn medeverdachte, [slachtoffer] door geweld en/of één of meer (andere) feitelijkheden dan wel door misbruik van de kwetsbare positie van [slachtoffer] haar heeft vervoerd met het oogmerk van uitbuiting van [slachtoffer] en haar heeft gedwongen en/of bewogen zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van diensten en opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [slachtoffer].
De raadsvrouw van verdachte heeft aangevoerd dat er geen sprake is van uitbuiting, omdat [slachtoffer] van meet af aan heeft verklaard dat het haar eigen keus was om het werk als prostituee te doen en te blijven doen. Voorts heeft de raadsvrouw van verdachte aangevoerd dat er geen direct verband bestaat tussen de msn-contacten en de sms-berichten en de uitgevoerde handelingen.
Ten aanzien van de vrijwilligheid overweegt de rechtbank echter dat [slachtoffer] bepaald niet eenduidig is geweest met betrekking tot de vraag of zij haar prostitutiewerkzaamheden vrijwillig verrichtte. De rechtbank stelt bovendien voorop, dat het al dan niet instemmen van [slachtoffer] met de prostitutiewerkzaamheden er niet aan in de weg staat dat sprake is geweest van uitbuiting in de zin van artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht. De rechtbank verwijst naar het arrest van de Hoge Raad d.d. 27 oktober 2009 LJN BI7099, waarin onder meer is overwogen dat onder het beïnvloeden van de wil van het slachtoffer en het ontbreken van vrijwilligheid ook wordt verstaan het ontbreken of de vermindering van de mogelijkheid een vrije en bewuste keuze te maken.
Voorts wordt in voormeld arrest verwezen naar de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel dat heeft geleid tot het huidige wetsartikel ter zake van uitbuiting, waarin onder meer is vermeld dat uitbuitingssituaties zich onder meer nogal eens voordoen ten aanzien van personen die verslaafd zijn aan verdovende middelen. Een aan verdovende middelen verslaafde verkeert, aldus die memorie van toelichting, meestal niet in een situatie waarin een onafhankelijke zelfstandige opstelling mogelijk is, vergelijkbaar met de opstelling van een mondige Nederlandse prostituee. De rechtbank stelt vast, dat uit het dossier volgt dat sprake is van een (ernstige) alcoholverslaving. De alcoholverslaving van [slachtoffer] heeft ertoe bijgedragen dat zij in een kwetsbare situatie zat.
Daarnaast hebben de omstandigheden dat [slachtoffer] getrouwd is met de medeverdachte en dat zij samen kinderen hebben, bijgedragen aan de inperking van de mogelijkheid voor [slachtoffer] om ten opzichte van verdachte en medeverdachte haar geheel eigen afwegingen en/of vrije keuzes te maken.
De rechtbank is voorts van oordeel dat de MSN-gesprekken en de telefoongesprekken, waaronder ook SMS-verkeer, van verdachte met zijn medeverdachte niet louter zijn aan te merken als grootspraak zoals de verdediging heeft betoogd.
Relevant daarbij acht de rechtbank dat zij de overtuiging heeft bekomen, dat de weergave in die MSN-gesprekken en telefoongesprekken (minst genomen op hoofdlijnen) overeenkomt met de feitelijk gang van zaken en verhoudingen tussen verdachte, medeverdachte en [slachtoffer]. Voorts acht de rechtbank van groot belang dat het niet gaat om een enkel MSN- of telefoongesprek, maar dat het gaat om een consequente wijze van communiceren gedurende een lange periode waarin verdachte op zijn zachtst gezegd stelselmatig op denigrerende wijze met zijn medeverdachte over [slachtoffer] communiceerde. In die gesprekken is onder andere aandacht besteed aan het richting [slachtoffer] gebruikte geweld. Illustratief in dat verband acht de rechtbank dat verdachte en zijn medeverdachte tijdens een gesprek op 31 mei 2011 een concreet incident hebben besproken, te weten dat de medeverdachte [slachtoffer] een flinke mep zou hebben gegeven, waarbij het bloed uit haar oren spoot. Dat dit geen grootspraak betreft maar dat het incident daadwerkelijk heeft plaatsgevonden volgt naar het oordeel van de rechtbank uit andere bewijsmiddelen, te weten kort gezegd een telefoongesprek van [slachtoffer] met haar moeder over de betreffende mishandeling en de verklaringen van de vader en moeder van [slachtoffer] daarover.
Verder komt uit de geregistreerde gesprekken tussen verdachte en medeverdachte naar voren dat daarin aandacht is voor de alcoholverslaving van [slachtoffer], en dat er meer in het bijzonder voorts steeds aandacht is geweest voor de werkzaamheden van [slachtoffer], het organiseren van die werkzaamheden (het regelen van klanten, het ophogen van advertenties in dat verband, de hoeveelheid klanten) en de opbrengsten van die werkzaamheden.
Nauwe en bewuste samenwerking en opzet
De rechtbank is mede gelet op de inhoud van voormelde MSN- en telefoongesprekken, alsook op basis van de hierna te bespreken bewijsmiddelen van oordeel dat tussen verdachte en medeverdachte sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking. Uit voormelde MSN- en telefoongesprekken en de hierna te bespreken bewijsmiddelen volgt bovendien dat zowel verdachte als medeverdachte zich bewust is geweest van de (hierna te bespreken) relevante feitelijke omstandigheden waaruit het overwicht voortvloeide en dat zij daar zelfstandig aan hebben bijgedragen en bovendien het oogmerk hebben gehad van de uitbuiting.
De rechtbank is van oordeel dat er sprake is van de volgende dwangmiddelen: mishandeling, belediging, [slachtoffer] in haar woning laten werken als prostituee, [slachtoffer] naar klanten brengen, de werktijden van [slachtoffer] als prostituee bepalen en/of klanten voor haar als prostituee regelen en/of controleren hoeveel klanten zij had en hoeveel geld zij daarmee had verdiend en het door [slachtoffer] verdiende geld (deels) aanwenden voor eigen gebruik. De rechtbank overweegt hiertoe als volgt.
Mishandeling
[slachtoffer] heeft op 3 juni 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
Ik ben wel eens mishandeld door [medeverdachte].(…)
Getuige [getuige] heeft op 8 juni 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
[slachtoffer] heeft mij wel eens gezegd dat [medeverdachte] haar geslagen heeft. (…) Twee weken geleden, midden in de nacht, werd mijn vrouw gebeld door [slachtoffer] Ze was geslagen toen [slachtoffer] bij ons thuis kwam. Ik zag dat een van de oren onder het bloed zat. (…) Dit is wel een keer of drie gebeurd dat we haar op moesten halen en dat ze de ogen dicht heeft.
Getuige [getuige 2]heeft op 9 juni 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
Het geweld in hun relatie is eigenlijk al vanaf het begin. Ze heeft geregeld blauwe ogen, blauwe plekken. (…) Een paar weken geleden heb ik haar nog opgehaald dat ze een bebloed oor had. Ik zag dat ook het haar onder bloed zat en het t-shirt dat zij aan had. (…)
Verdachte heeft op 16 juni 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
V: Hoe vaak ben jij getuige geweest van huiselijk geweld tussen [medeverdachte] en [slachtoffer]?
A: Wel tien keer.
De medeverdachte heeft bij de rechter-commissaris op 9 december 2011 onder meer het volgende verklaard :
Ik heb [slachtoffer] zelf 2 keer echt wat aangedaan.
Een mutatieverslag van een gesprek tussen [slachtoffer] en [persoon] d.d. 26 mei 2011, nummer [nummer[ :
[slachtoffer]: Ik ben gewoon door [medeverdachte] in elkaar geschopt. (…)
Een mutatieverslag van een gesprek tussen [slachtoffer] en [persoon] d.d. 31 mei 2011, nummer [nummer] :
[slachtoffer]: Ja, met [slachtoffer] wil je hier alsjeblieft heenkomen. (Met fluisterstem: ) Ik ben van alle kanten in elkaar geslagen.
Een mutatieverslag van een gesprek tussen verdachte en zijn medeverdachte d.d. 31 mei 2011, nummer [nummer] :
[medeverdachte] : dat wijf is naar de huisartsenpost toe hoor.
[verdachte]: Wat dan?
[medeverdachte]: Ik laat me toch niet uitkafferen en weet ik wat. (…)
[medeverdachte]: Ik heb haar een klap voor de harsus gegeven, bloed spoot uit d’r oren. (…) Ik heb een bak vol met lauw water gedouwd en ik heb haar kop onder gedouwd. (…)
[medeverdachte]: Eentje voluit. Ze staat recht voor me, wah, wah, wah, en ik haal uit, ik geef een klap jongen, ik zie het zo uit haar oren spuiten ([medeverdachte] lacht).
[verdachte]: Bloed?
[medeverdachte]: Ja.(…)
[medeverdachte]: De bak met water… het is nog lauw water ook. Echt, ik heb d’r kop er helemaal in gehad.
[verdachte]: Om het bloeden te voorkomen of wat ook…offe..?
[medeverdachte]: Ha, ha ([medeverdachte] lacht) om haar te verzuipen! Twintig seconden, hopsakee. Het is koud, het is koud. Ik zeg wacht maar, ik zet de warme kraan er wel bij aan, hopsakee. Wou ze de stop er uit trekken. Ik de stop weer terug, d’r kop de hele tijd onder gehouden.
[medeverdachte]: ’t was dat ik zelf rustig werd, want anders had ik haar verzopen. (…)
[medeverdachte]: ik vind het ook allemaal wel goed. Ze heeft in ieder geval een flinke meppert gehad (kleine lach). Het spoot er echt uit, joh. Pts, zo uit d’r oren. Ik zeg tegen d’r zo nu is je dikke kaak ook weg, nou is die ontsteking ook opgelost ([medeverdachte] lacht). (…)
[verdachte]: ja, maar ja, als [slachtoffer] nou beklag gaat doen bij de politie, dan staan er twee, drie…
[medeverdachte]: Ach jongen, hou toch op, dat doet ze toch niet! Daar moet je niet zo bang voor wezen, envelopje, dat doet ze toch niet. Dat durft ze niet.
De rechtbank overweegt hierbij dat niet in discussie is dat met “envelopje” verdachte wordt aangeduid en dat (relevant voor het hierna volgende) de in de MSN-contacten voorkomende “Just”, medeverdachte [medeverdachte] is.
MSN-gesprekken tussen verdachte en zijn medeverdachte in de periode 1 december 2010 tot 3 mei 2011 :
From: To: Message
[verdachte] Just schoppen en slaan
(…)
Just [verdachte] Ik heb die hoer net weer naar boven getrapt
(…)
Just [verdachte] Ik trap die hoer aan het werk en zorg dat er genoeg bier in huis is
(…)
Just [verdachte] Hoop klappen alweer hoor ik denk dat dat lichaam wel 3 weken nodig heeft waar jij vandaag op stond (been/knie) was al na een half uur blauw
[verdachte] Just Moet zwart worden
Just [verdachte] Toen de panty er nog voor zat was het zwart ;)
(…)
[verdachte] Just Ze hoeft nooit meer met te praten
[verdachte] Just Elk woord tegen mij is een mep
Just [verdachte] Net weer een paar keer met een vol bierflesje op dr kop geslagen shit nu schuimt het
Belediging
Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 18 juli 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
[verdachte] was altijd negatief over [slachtoffer] Hij schold haar uit voor kut-wijf en vieze hoer enz. in mijn bijzijn.
[slachtoffer] in haar woning laten werken als prostituee
[slachtoffer] heeft op 3 juni 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
V: Welke locaties gebruik jij om je klanten af te werken?
A: Gewoon thuis en bij de klanten thuis.
Getuige [getuige] heeft op 8 juni 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
Een keer was ik bij [slachtoffer] thuis en toen kwam er een man van boven. Deze onbekende ging in een streep de voordeur uit. [slachtoffer] kwam ook de trap af en ik hoorde dat [medeverdachte] tegen [slachtoffer] zei: “Heeft hij betaald?”.(…)
MSN-gesprekken tussen verdachte en zijn medeverdachte in de periode 26 november 2010 tot 21 december 2010 :
From: To: Message
Just ([medeverdachte]) [verdachte] Zo die ligt weer boven geld te verdienen
(…)
[verdachte] Just En die hoer
Just [verdachte] Ligt op dr rug :)
[verdachte] Just Alleen
Just [verdachte] Nee, volgens mij gingen ze een half uur geleden met z’n tweeën naar boven
(…)
Just [verdachte] Ik heb die hoer net weer naar boven getrapt
(…)
[verdachte] Just En de hoer
[verdachte] Just Hoe is het daarmee
Just [verdachte] Nou die hoer is ook weer klaar
Just [verdachte] Hoor ze net naar beneden lopen
(…)
Just [verdachte] Ach moet je morgen dat wijf even motiveren om de slaapkamer op te ruimen en op dr rug te liggen dan heb je die 350 zo
[verdachte] Just Hahahaha
(…)
[slachtoffer] naar klanten brengen
[slachtoffer] heeft op 9 december 2011 bij de rechter-commissaris onder meer het volgende verklaard :
[verdachte] heeft mij een keer of 2, 3 weggebracht. Dat was ook meer op zijn initiatief. Ik heb hem daar wel eens geld voor gegeven. Hij kreeg dan contant geld van mij. (…) [verdachte] heeft mij een keer naar een klant gebracht, maar dat was in overleg met hem. (…) [verdachte] kreeg geld van mij als hij mij wegbracht naar een klant. Dat kreeg hij als hij mij terugbracht en ik geld had gekregen van de klant. Dat zal een keer of 2 of 3 zijn geweest.
Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 18 juli 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
[verdachte] is ook betaald voor de rit naar Westenholte toen hij [slachtoffer] naar een klant bracht. (…)
Verdachte heeft op 12 juli 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
Ik heb [slachtoffer] twee keer gereden. De eerste keer dat ik haar reed vertelde ze mij dat ze naar een kennis ging. Dit was in Zwolle. Ik moest haar echter stipt op een bepaald tijdstip ophalen dus wist ik wel genoeg. De tweede keer heb ik haar alleen opgehaald. Dit was in [wijk].
De werktijden van [slachtoffer] als prostituee bepalen en/of klanten voor haar als prostituee regelen en/of controleren hoeveel klanten zij had en hoeveel geld zij daarmee had verdiend
Getuige [getuige] heeft op 8 juni 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
Een keer was ik bij [slachtoffer] thuis en toen kwam er een man van boven. Deze onbekende ging in een streep de voordeur uit. [slachtoffer] kwam ook de trap af en ik hoorde dat [medeverdachte] tegen [slachtoffer] zei: “Heeft hij betaald?”.(…)
Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 18 juli 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
[verdachte] kwam op het idee om op seksjobs op internet te zetten. (…) [verdachte] vroeg steeds aan mij “heb je haar er al op gezet”? Dit deed hij steeds als hij bij ons was. (…) Envelopje, [slachtoffer] en ik hebben de tekst gemaakt voor de advertentie. (…) Als jullie alle sms-berichten erbij pakken, dan zul je zien dat [verdachte] vraagt naar de opbrengsten van de werkzaamheden van [slachtoffer]. Tevens smste [verdachte] zelf terug naar de klanten van [slachtoffer]. (..) Hij had ook steeds drukte over het omhoog zetten van de advertenties van [slachtoffer] op internet. (…) [verdachte] vond dat het tijd was voor nieuwe foto’s met nieuwe lingerie, die zijn uiteindelijk ook gemaakt. [verdachte] zei dan tegen mij ‘zo, dat heb ik mooi voor jou geregeld’. (…) Envelopje maakte heel veel gebruik van de laptop. Als hij bij ons was, dan pakte hij de laptop en de grijze telefoon van [slachtoffer] die ze gebruikt voor haar prostitutiewerkzaamheden. De sms’en ging hij dan bekijken. (…) [verdachte] kwam met het idee om [slachtoffer] als prostituee op internet aan te bieden. Ik denk dat we in november of december 2010 [slachtoffer] op het internet gezet hebben op seksjobs.nl. (…) [verdachte] was nieuwsgierig of [slachtoffer] met een klant bezig was, omdat hij geld wil zien. (…) [verdachte] gaat als hij binnen is eerst kijken op de site waar [slachtoffer] op staat, hij pakte de hoerentelefoon van [slachtoffer] om te kijken wat hier op staat, hij pakte mijn portemonnee en keek hier dan in. Hij vroeg ook altijd wat voor afspraken [slachtoffer] nog verder had. (…) [verdachte] bemoeide zich hiermee om geld in het laatje te krijgen. (…)
MSN-gesprekken tussen verdachte en zijn medeverdachte in de periode 29 november 2010 tot 3 mei 2011 :
From: To: Message
[verdachte] Just ([medeverdachte]) En die hoer
Just [verdachte] Ligt op dr rug :)
[verdachte] Just Alleen
Just [verdachte] Nee, volgens mij gingen ze een half uur geleden met z’n tweeën naar boven
[verdachte] Just ok das genoeg
Just [verdachte] Ja maar nou heeft ze net ook een afspraak voor 23.00 uur gemaakt en ik wou dan eigenlijk naar bed.
[verdachte] Just Doe gewoon de deur op slot
Just [verdachte] Zet dr telefoon wel uit hij heeft het adres nog niet
[verdachte] Just Zie das beter
[verdachte] Just Maar dan loop je geld mis
Just [verdachte] Tja dat weer wel
(…)
Just [verdachte] Lets play die hoer heeft vandaag maar 300 opgeleverd
[verdachte] Just maar 300
[verdachte] Just schoppen en slaan
(…)
Just [verdachte] Nee madam ligt alweer maar pfffffff moe wordt je van dr
[verdachte] Just mooi laten liggen
(…)
Just [verdachte] Ik heb die hoer net weer naar boven getrapt
(…)
Just [verdachte] Rij dr morgen maar naar Vollenhove kan ze met dr kut aan het werk
[verdachte] Just Komt er nog een klant vanavond
Just [verdachte] Ik zal die advertentie eens omhoog knallen en die telefoon bij dr neer pleuren
(…)
[verdachte] Just En de hoer
[verdachte] Just Hoe is het daarmee
Just [verdachte] Nou die hoer is ook weer klaar
Just [verdachte] Hoor ze net naar beneden lopen
(…)
Just [verdachte] De volgende klant belt al dat die in Genemuiden is
[verdachte] Just Nou lekker
[verdachte] Just Das mn telefoon geld
(…)
Just [verdachte] Deze blijft maar een half uurtje
[verdachte] Just Dus 80
Just [verdachte] Heb er nog eentje in de mail die vanavond een cardate wil die even mailen zo
[verdachte] Just Ook goed
(…)
Just [verdachte] Die escort naar die woonboot ga ik zo even bellen dan delen we de taxikosten kijken wat die doet
(…)
Just [verdachte] Die escort voor vanavond is maar voor een uur hoor gewoon 160 euro
Just [verdachte] Emmeloord van de Valk
[verdachte] Just Tsss wat een eind weg
Just [verdachte] Maakt toch niet uit; hij betaalt ;)
[verdachte] Just Das waar
(…)
Just [verdachte] Ik trap die hoer aan het werk en zorg dat er genoeg bier in huis is
[verdachte] Just Anders gebeurt er niks
(…)
Just [verdachte] Ach moet je morgen dat wijf even motiveren om de slaapkamer op te ruimen en op dr rug te liggen dan heb je die 350 zo
[verdachte] Just Hahahaha
(…)
[verdachte] Just Morgen advertentie omhoog
Just [verdachte] Doe ik ook al om 9 uur en gewoon om de 2 uur omhoog gooien. Rauwe kut kan ze krijgen
[verdachte] Just Hihihi
(…)
Just [verdachte] Kun je zien hoe ik druk aan het werk ben en dat wijf even de les leren en zorgen dat ze na 22:00 350 euro bij elkaar heeft voor je ;-0
(…)
Just [verdachte] Neuken moet ze de machine staat stil en kost geld
[verdachte] Just Omhoog zetten
(…)
Just [verdachte] Ja en? In idd geval wel 300 ;)
[verdachte] Just Wat vandaag
[verdachte] Just Heel goed
[verdachte] Just Reserveer 241 he
(…)
[verdachte] Just Gooi die advertentie omhoog
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
Just [verdachte] Jaja ontspan man het is toch nog niet donker?
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just NU
[verdachte] Just ADVERTENTIES OMHOOG
(…)
Just [verdachte] Die hoer heeft dr best gedaan teller vandaag op 220 en dan moet de avond nog komen
[verdachte] Just Beter
[verdachte] Just Zo hoort
[verdachte] Just Het
[verdachte] Just Minimaal 250 per dag
[verdachte] Just Anders komt [medeverdachte] niet rond
Just [verdachte] Juustem!
Just [verdachte] Minimaal 2 klantjes per dag
[verdachte] Just 3 is beter
(…)
Een tapgesprek tussen verdachte en zijn medeverdachte d.d. 25 mei 2011 :
[verdachte] vraagt of ze nog steeds boven ligt of alweer boven ligt.
[medeverdachte]: nee nog steeds en hebben er ondertussen al 7 of 8 gebeld en dat ze vast in slaap is gevallen.
[verdachte] vraagt met of zonder die vent en zegt dat die vent dan wel alle uren moet betalen.
(…)
[verdachte] zegt dat hij die vent van zijn nest moet halen en dat hij zijn portemonnee moet trekken en dat [medeverdachte] de deur op de knip moet doen.
Een mutatieverslag van een gesprek tussen verdachte en zijn medeverdachte d.d. 27 mei 2011, nummer [nummer] :
[medeverdachte]: Nou die huppelkut is ongesteld.
[verdachte]: Alweer?? (…)
[verdachte]: O dan kun je een mail sturen naar die vent die een ongestelde kut wil likken.
[medeverdachte]: Aanpakken, het moet uit de lengte of uit de breedte komen.
Mutatieverslag van een gesprek tussen verdachte en zijn medeverdachte d.d. 29 mei 2011, nummer [nummer] :
[medeverdachte]: Ik heb haar de hele week, zodra de ongesteldheid er van af is, aan de bak, hopsakee.
[verdachte]: Heel goed, heel goed.
[medeverdachte]: Dat kinky-forum werkt goed. Beetje dom lopen ouwehoeren en hup, allemaal privéberichtjes.
Mutatieverslag van een gesprek tussen verdachte en zijn medeverdachte d.d. 30 mei 2011, nummer [nummer] :
[medeverdachte] zegt dat dat wijf nog op haar nest ligt.
[verdachte] vraag: nog of alweer?
[medeverdachte] zeg: Nog.
[medeverdachte] vertelt dat hij vanaf nu elke dag heeft volgepland voor haar. In ieder geval elke dag 1 klantje. En hij heeft de advertenties aan staan en er zijn klantjes die willen wat meer, maar daar is zij toe bereid, zegt ze.
[verdachte]: Nou ja, dan moet ze maar weer openstaan. Het is geven en nemen.
[slachtoffer] heeft op 9 december 2011 bij de rechter-commissaris bij de rechter-commissaris onder meer het volgende verklaard :
[verdachte] nam de overhand in ons gezin. Hij ging achter de laptop zitten, in mijn telefoon zitten kijken. Hij bemoeide zich met dingen waar hij niets mee te maken had. (…) [verdachte] bemoeide zich overal mee. Hij beantwoordde zelfs smsjes en deed dan alsof ik het was. Ik wist daar dan niets van af. Het klopt wel dat [medeverdachte] ook wel mailtjes van mij las, maar hij is mijn man. [medeverdachte] zei mij wel als er mail was van potentiële klanten. (…)
Het door [slachtoffer] verdiende geld (deels) aanwenden voor eigen gebruik.
Medeverdachte [medeverdachte] heeft op 18 juli 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
[verdachte] kankerde op mijn vrouw, maar hij heeft er volop van meegeprofiteerd. Het volgende is er van betaald: autoradio, boxen voor in de auto, brandstof, heel veel eten, diverse malen geldbedragen waaronder een keer 300 euro. De vrije dagen die hij genomen had betaalde ik dan soms, soms dacht ik ook wel je krijgt hier niets voor. [verdachte] werd betaald uit de werkzaamheden van [slachtoffer]. Hij is ook betaald voor de rit naar [wijk] toen hij [slachtoffer] naar een klant bracht. (…) ik heb er ook van geprofiteerd. Ik ben met de taxi weg geweest met en we hebben de uitjes ervan gefinancierd. (…) [verdachte] was af en toe zo brutaal dat hij het geld uit [slachtoffer]’s handen pakte. Hierna pakte ik het wel terug hoor, maar betaalden we de benzine bijvoorbeeld. Ik kan je zeggen dat [verdachte] er niet slechter van geworden is financieel toen hij met ons omging. (…)
MSN-gesprekken tussen verdachte en zijn medeverdachte in de periode 26 november 2010 tot 6 april 2011 :
From: To: Message
Just ([medeverdachte]) [verdachte] Zo die ligt weer boven geld te verdienen
[verdachte] Just Hahaha kunnen wij morgen uit
Just [verdachte] Juustem ;)
(…)
[verdachte] Just 100% geld voor envelop tegemoetkoming in de kosten
Just [verdachte] Juustem
(…)
[verdachte] Just Laat dr werken voor mn centen
(…)
Just [verdachte] De volgende klant belt al dat die in Genemuiden is
[verdachte] Just Nou lekker
[verdachte] Just Das mn telefoon geld
(…)
Just [verdachte] Ach moet je morgen dat wijf even motiveren om de slaapkamer op te ruimen en op dr rug te liggen dan heb je die 350 zo
[verdachte] Just Hahahaha
(…)
Just [verdachte] Kun je zien hoe ik druk aan het werk ben en dat wijf even de les leren en zorgen dat ze na 22:00 350 euro bij elkaar heeft voor je :-0
[verdachte] Just Dan moet ik voor en na werktijd komen
Just [verdachte] Ja na werktijd enkel even cashen en naar je ouders alles rond maken
(…)
Just [verdachte] Ja en? In idd geval wel 300 ;)
[verdachte] Just Wat vandaag
[verdachte] Just Heel goed
[verdachte] Just Reserveer 241 he
(…)
[verdachte] Just Minimaal 250 per dag
[verdachte] Just Anders komt [medeverdachte] niet rond
Just [verdachte] Juustem!
Just [verdachte] Minimaal 2 klantjes per dag
[verdachte] Just 3 is beter
(…)
Verdachte heeft op 16 juni 2011 bij de politie onder meer het volgende verklaard :
V: Wat gebeurde er met het geld dat [slachtoffer] met haar werkzaamheden verdiende?
A: Dat gaf zij aan [medeverdachte], het ging in zijn portemonnee
Conclusie
Alles overziende acht de rechtbank de onder 1 ten laste gelegde mensenhandel in vereniging gepleegd wettig en overtuigend bewezen.
Feit 2:
De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat hetgeen onder 2 ten laste is gelegd niet wettig en overtuigend bewezen kan worden en zal verdachte hiervan vrijspreken.
Feit 3:
De rechtbank acht hetgeen ten laste is gelegd onder 3 niet wettig en overtuigend bewezen en zal verdachte hiervan vrijspreken. De rechtbank overweegt hiertoe dat er sprake is van geweldsuitoefening door verdachte in de richting van [slachtoffer], maar dat uit de bewijsmiddelen niet wettig en overtuigend volgt dat [slachtoffer] pijn en/of letsel heeft ondervonden van de onder 3 aan verdachte ten laste gelegde gedragingen.
BEWEZENVERKLARING
De verdachte dient van het onder 2 en 3 ten laste gelegde te worden vrijgesproken, omdat de rechtbank dit niet wettig en overtuigend bewezen acht.
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte onder 1 ten laste is gelegd, met dien verstande dat
1.
hij in de periode van 01 juni 2010 tot en met 01 juni 2011 te Genemuiden, althans in de gemeente Zwartewaterland, althans in Nederland,
(lid 3, onder 1°)
tezamen en in vereniging met een ander,
een ander, te weten, [slachtoffer],
(lid 1, onder 1°)
door geweld en/of één of meer (andere) feitelijkheden dan wel door misbruik van de kwetsbare positie, heeft vervoerd met het oogmerk van uitbuiting van die [slachtoffer],
en
(lid 1, onder 4°)
(telkens) met één of meerdere van de onder 1° van dit artikel genoemde
middelen, die [slachtoffer] heeft gedwongen en/of bewogen zich beschikbaar te stellen
tot het verrichten van diensten en/of de onder 1° van dit artikel genoemde omstandigheden enige handeling(en) heeft ondernomen waarvan hij,
verdachte wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat die [slachtoffer] zich daardoor
beschikbaar zou stellen tot het verrichten van diensten,
en
(lid 1, onder 6°)
(telkens) opzettelijk voordeel heeft getrokken uit de uitbuiting van die [slachtoffer],
immers heeft verdachte en/of zijn mededader
terwijl die [slachtoffer] geen inkomsten had uit reguliere arbeid en
terwijl medeverdachte en die [slachtoffer] samenwonen en twee kinderen hebben en
terwijl die [slachtoffer] verslaafd is aan de alcohol
die [slachtoffer]
- mishandeld en
- beledigd en
- haar in haar woning laten werken als prostituee en
- haar naar klanten gebracht en
- de werktijden van haar als prostituee bepaald en/of
- klanten voor haar als prostituee geregeld en/of
- gecontroleerd hoeveel klanten zij had en hoeveel geld ze daarmee had verdiend en/of
- het door haar verdiende geld (deels) aangewend voor zijn/hun eigen gebruik.
Van het onder 1 meer of anders ten laste gelegde zal de verdachte worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet wettig en overtuigend bewezen acht.
DE STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
Het bewezene levert op:
Feit 1
Mensenhandel, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen, strafbaar gesteld bij artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht.
Er zijn geen feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van het bewezenverklaarde uitsluiten. Dit levert de genoemde strafbare feiten op.
DE STRAFBAARHEID VAN DE VERDACHTE
Er zijn geen feiten of omstandigheden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten. De verdachte is derhalve strafbaar.
OPLEGGING VAN STRAF EN/OF MAATREGEL
Het standpunt van het openbaar ministerie
De officier van justitie heeft op grond van hetgeen zij bewezen heeft geacht gevorderd verdachte te veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden waarvan 8 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar met aftrek van ondergane voorlopige hechtenis.
Het standpunt van de verdediging
Verdachte heeft vrijspraak bepleit van de feiten 1, 2 en 3.
Het oordeel van de rechtbank
Gelet op de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, op de
omstandigheden waaronder verdachte zich daaraan heeft schuldig gemaakt en op de
persoon van verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is
gebleken, acht de rechtbank de na te noemen beslissing passend.
Verdachte heeft zich samen met een ander schuldig gemaakt aan uitbuiting van de echtgenote van zijn medeverdachte. Hij heeft daarmee een inbreuk gemaakt op een van de belangrijkste grondrechten die door het recht beschermd worden, namelijk de persoonlijke vrijheid.
Uit het psychologisch rapport opgemaakt door mr. drs. R.A. Sterk, psycholoog, d.d. 27 oktober 2011 volgt dat bij verdachte sprake is van een ziekelijke stoornis in de vorm van een parafilie namelijk voyeurisme. Tevens is er sprake van een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens in de vorm van een persoonlijkheidsstoornis NAO met antisociale, narcistische en ontwijkende trekken. In verband met de ontkennende opstelling van verdachte is er geen advies gegeven omtrent de mate van toerekeningsvatbaarheid en een eventueel gewenste behandeling.
Uit het reclasseringsrapport van 6 september 2011 betreffende verdachte, opgemaakt door S. Bouwmeester, blijkt dat het recidiverisico wordt ingeschat als laag gemiddeld. Geadviseerd wordt een (gedeeltelijk) voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen met als bijzondere voorwaarde dat verdachte zich moet houden aan de aanwijzingen die de reclassering hem geeft.
Gelet op de inhoud van voormeld reclasseringsrapport zal de rechtbank een deels voorwaardelijke straf opleggen met vorenbedoelde bijzondere voorwaarde.
De rechtbank heeft bij haar beslissing ten voordele van verdachte rekening gehouden met een de verdachte betreffend uittreksel justitiële documentatie d.d. 5 augustus 2011, waaruit volgt dat verdachte niet eerder voor een soortgelijk delict is veroordeeld.
Gelet op het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat een gedeeltelijk onvoorwaardelijke vrijheidsstraf noodzakelijk is, omdat aard en ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, gelet ook op het strafrechtelijk verleden van de verdachte, door een lichtere strafrechtelijke afdoening van de zaak miskend zouden worden. Bijzondere omstandigheden die tot een ander oordeel zouden moeten voeren, acht de rechtbank niet aanwezig.
De oplegging van straf of maatregel is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d en 27 van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING
Het onder 2 en 3 ten laste gelegde is niet bewezen en de verdachte wordt daarvan vrijgesproken.
Het onder 1 ten laste gelegde is bewezen zoals hiervoor aangegeven en levert het strafbare feit op, zoals hiervoor vermeld. De verdachte is deswege strafbaar.
Het onder 1 meer of anders ten laste gelegde is niet bewezen en de verdachte wordt daarvan vrijgesproken.
De rechtbank veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden.
De tijd, door de verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, zal bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering worden gebracht.
Van de gevangenisstraf zal een gedeelte, groot 8 maanden, niet worden tenuitvoergelegd, tenzij de rechter later anders zal gelasten, omdat de verdachte zich vóór het einde van een proeftijd van 2 jaren aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of omdat de verdachte ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of gedurende die proeftijd de hierna te melden bijzondere voorwaarde niet heeft nageleefd.
Als bijzondere voorwaarde wordt gesteld dat de verdachte zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen, te geven door of namens Reclassering Nederland, zulks zolang deze instelling of een door haar aan te wijzen andere reclasseringsinstelling dat gedurende de proeftijd nodig oordeelt, met opdracht aan die instelling als bedoeld in artikel 14d van het Wetboek van Strafrecht.
Aldus gewezen door mr. G.A. Versteeg, voorzitter, mrs. F.E.J. Goffin en A.M. van der Pal, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.C. van Druten als griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 maart 2012.
Mr. van der Pal voornoemd was buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.