ECLI:NL:RBZLY:2012:BW7849
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.H.S. Lebens-de Mug
- H.C. Moorman
- W.J.B. Cornelissen
- Rechtspraak.nl
Toedeling van perceel bij ruilverkaveling en de rol van de landinrichtingscommissie
In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Zwolle-Lelystad, ging het om een geschil tussen [eiser] en de Landinrichtingscommissie Noordwest-Overijssel over de toedeling van een perceel grond in het kader van een ruilverkaveling. [eiser], eigenaar van een woonboerderij, had bezwaar gemaakt tegen het plan van toedeling omdat hij vond dat hij niet voldoende gecompenseerd werd voor de grond die hij moest afstaan voor de verbetering van de watergang. Hij had de verwachting dat hij 'grond voor grond' zou terugkrijgen, maar de rechtbank oordeelde dat deze verwachting niet was onderbouwd.
De rechtbank stelde vast dat de landinrichtingscommissie niet verplicht was om de koopsom die [eiser] voor de kavel van [A] wilde betalen, te compenseren. De commissie had aangegeven dat er geen reden was voor de overdracht van de grond van [A] aan [eiser] en dat de onderbedeling die het gevolg was van de toedeling aan [eiser] binnen de wettelijke norm van 5% bleef. De rechtbank verklaarde het bezwaar van [eiser] ongegrond en oordeelde dat de toedeling zoals die was vastgesteld, in stand moest blijven.
De rechtbank benadrukte dat [eiser] zijn bezwaren tijdig bij de landinrichtingscommissie had moeten indienen en dat het bezwaar tegen de onderhoudsplicht van de sloot niet-ontvankelijk werd verklaard. De rechtbank concludeerde dat de landinrichtingscommissie niet gehouden was om medewerking te verlenen aan de overdracht van de kavel van [A] aan [eiser] en dat de toedeling van de grond aan [eiser] rechtmatig was. Het vonnis werd uitgesproken op 4 april 2012.