ECLI:NL:RBZLY:2012:BW1433
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van kinderrechter mr. [A] in ondertoezichtstelling van minderjarige
In deze zaak heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad op 26 maart 2012 uitspraak gedaan over een wrakingsverzoek van verzoeker tegen kinderrechter mr. [A]. Het wrakingsverzoek is ingediend in het kader van een procedure waarin de Raad voor de Kinderbescherming verzocht om de minderjarige zoon van verzoeker onder toezicht te stellen. Verzoeker stelde dat mr. [A] partijdig was, omdat hij had aangegeven het rapport van de Raad mee te nemen in zijn beslissing, terwijl verzoeker tegen dat rapport een officiële klacht had ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling van het wrakingsverzoek op 23 februari 2012, heeft mr. [A] verweer gevoerd tegen de wraking en aangegeven niet in de wraking te berusten.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat een rechter kan worden gewraakt op basis van feiten of omstandigheden die de onpartijdigheid van de rechter in gevaar kunnen brengen. De rechtbank benadrukt dat de rechter uit hoofde van zijn aanstelling wordt vermoed onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit vermoeden weerleggen. De rechtbank concludeert dat er geen aanwijzingen zijn voor vooringenomenheid van mr. [A] en dat zijn handelen tijdens de zitting niet heeft geleid tot een schijn van partijdigheid. De rechtbank wijst het verzoek tot wraking af, waarbij wordt opgemerkt dat verzoeker geen concrete feiten heeft aangedragen die de vrees voor partijdigheid objectief gerechtvaardigd zouden maken.
De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beschikking.